Leiden: Het grootste bescnermde stadsgezicht in Nederland f iujpAJtx 66 DEEL I DOOR W. M. N. EGGENKAMP* Op 1 februari 1982 werd de gehele binnenstad van Leiden, dit wil zeggen het gehele gebied binnen de Singels, alsmede een deel van de net daarbuiten gelegen Zoeterwoudse Singel ingeschreven in het register van beschermde stads- en dorpsgezichten. Tegen de aanwijzing van dit gebied tot-beschermd stadsgezicht bleek geen enkel bezwaar te zijn ingediend. Het gebied is cired'225 hectare groot. Het is daarmee het grootste beschermde stadsgezicht, dat tot nu toe in Nederland i'| 'mgeschreven. Dat is op zich niet zo verwonderlijk. In de 17e eeuw was Leiden pa A-msterdain^de belangrijkste stad van Holland. Het heeft na Amsterdam dan ook de grootste ,historischk\binnenstad. Omdat het met Leiden na de zeventiende eeuw minder voorspoedig isjgegparïehïdé economische druk op de binnenstad dientepgevqlge pok minder groot is geweest dag in andere steden^n^prgeUjkbare/^0tt0isTniLeidén félatief veel in stand gebleygn. Maar LeiJk^gingj^èl^èt^ijnJijd=mee. In deTèfSe helftj werden/de LTiet. ,i- vjan dewortge eeuw \jallen geslecht ende'stadspb ortep op twee na geslpApé{ In deelr^pijftig-Zbegin zestiger!jaeen^varij ^ëne^èeu^keez I^iden-XiH^Wégenpian èté\^a0§j0^Sddering en Stadsvernieuwihgil Sn dit plan^toWd^del}e!eikbaarheidKmn'd'e^st0^als^centrum/van het .wa, Jys ^,ni gewm pfr autycemrnpi ^1\ Om^é^^lan^tf }^ku^nenjyer-w^ertHjk€h méést vaak^véêpmn,-bepaaldé^f!itorikch^groei- de situaties^of Jtadsdeïén^Verdwijn^n. Het wegedplaff kénde eenl hriëyoUdige datering, 11 R\ .w..., .y/ /y\ rr waarva^alleen de eerste een principiële instemming/van\de^gemeenterap Het basisp^^kerul&^wëé^i^rlng^gebieSefrriameUfkhéi^g^üed Herengmchi/Zijlsihgelen De In de bini^ffstadzounogmaar^ gehoond gaan warden. fyesthd {moest mvqrmen om^alle^ity-funct.iesTUmiè!t%kuf(hen ieien iichidcmAte^-véstMékZen zo ;,W„< /V Si I\V\ Mgfjk/uitje^ireiden. Op basis wan d%z\tpiee pltimumhs in^Leiam veel geslooplp^>it gehe&pde allerjwst in^g^wee^wjuÈt^ggn0m0j0erik0g0iëdén ]>nSverder ten behoeve)van dA0plandé^we^ymanleg0ob.rplatp.éel)iZijn^déLgpgeigracht\n^dJSTr}l^fliet gedempt. IjraWe/ hgf&latyp/qbfèèrjhet m^U^o^r^s000nteer^jm<^éhHnHfléien storm van krMgk zot\pfifevei*en, l^é^tédesüjds^dé^gteidi^jng^an^0lgn^w.ë,0fa^rl]lHet bleek in zijn sop0gpgZëendieeLmild0ante zij0Bë^s!qto^tfééqmmispgfvm^cleZMèAumen- tenraad stelde0èstijd^ien/aantign ^an^ÏÏëf ÈrMctdurplm^pMp.r^ALli^efAgglomeratie, waarop het Wegehplan\ 'em^^péplMrrSmermgqe^^tüdséermêMÏng/foöriborduurde, ver heugd vast, 'dat bij he^mprm0nKMrddp0'tfKét aspeetqva'n~~dê:6éidse binnenstad en de historische bebouwing zqt^nrlpgelijk^U^ontkhfiLi'^'^' In de eerste helft van de -zeventiger jaren volgt de doorbraak in het denken over de stadsvernieuwing. Het slopen, zeker voor wegenaanleg, roept tal van protesten op. Handha ving van wat nog over is wordt nagestreefd. Het wonen in de binnenstad krijgt een centrale plaats in het beleid. GEVOLGDE PROCEDURE Op het moment, waarop de hiervoor be schreven omslag in het denken over oude historische binnensteden een feit werd, kwam er, na jaren van nauwelijks contact, een goed overleg tussen de gemeente en de Rijksdienst voor de Monumentenzorg tot stand (1974). Besloten werd een nota op te stellen, die zou moeten leiden tot een be schermd stadsgezicht. In februari 1976 verschijnt deze nota, van de hand van de heer Ir. A. C. Schut, medewer ker bij de Rijksdienst voor de Monumenten- zorg. Op 28 juni 1976 besluit de Leidse ge meenteraad met deze nota in te stemmen. Tegelijkertijd besloot de gemeenteraad, wat zeker zo belangrijk was - om vooruitlopend op de inschrijving van het beschermde stads gezicht - bij het bepalen van het ruimtelijke beleid rekening te houden met de strekking van deze nota. In de maanden voorafgaande aan deze raadsbesluiten, werd iedereen in Leiden in de gelegenheid gesteld op de nota van de Rijksdienst te reageren. Eigenlijk bleek op dat moment al, dat waarschijnlijk niemand bezwaren had tegen de inschrijving van de Leidse binnenstad tot beschermd stadsgezicht al vond de Stichting Leidse Bin nenstad (een overkoepelend orgaan van het bedrijfsleven en met name van de winkeliers in de binnenstad) toen, dat eerst een integrale visie op de binnenstad zou moeten worden vastgesteld en dat pas daarna op grond van de visie de procedure tot aanwijzing van het Beschermde Stadsgezicht zou kunnen wor den gevolgd. Na deze raadsbesluiten begon de officiële procedure zoals omschreven in de Monu mentenwet. In dat kader nam de gemeente raad op 20 februari 1978 een nagenoeg gelijk besluit als op 28 juni 1976. Deze officiële procedure heeft bijna 6 jaar in beslag genomen, bepaald niet kort, wanneer men bedenkt, dat nagenoeg iedereen het in houdelijk met het voorstel eens was. In zeke re zin komt de officiële inschrijving in Lei den nu als mosterd na de maaltijd. Immers de beschermende werking van een be schermd stadsgezicht wordt pas effectief, wanneer bestemmingsplannen voor dat ge bied zijn vastgesteld. De gemeenteraad dient volgens de wet déze plannen binnen uiterlijk twee jaar na de inschrijving vast te stellen of, indien er reeds bestemmingsplannen zijn vastgesteld, deze binnen die tijd te herzien. Welnu in Leiden zijn in de afgelopen drie a vier jaar bestemmingsplannen voor het gehe le te beschermen gebied vastgesteld. Uiter aard is daarbij gelet op de hiervoor genoem de raadsbesluiten en rekening gehouden met het te beschermen stadsgezicht. Bij het opstellen van deze plannen heeft dan ook steeds overleg plaatsgevonden met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Ver korting van de procedure lijkt mij wenselijk. Dit kan alleen al bereikt worden door een betere coördinatie tot stand te brengen tussen de verschillende overheidsinstanties die bij de advisering betrokken zijn en om de advi sering aan bepaalde - fatale - termijnen te binden. Daarmee kan de procedure in tijd waarschijnlijk al gehalveerd worden. In Lei den zouden in dat geval bijna alle bestem mingsplannen voor het beschermde gebied na de inschrijving zijn vastgesteld. Dit alles neemt niet weg, dat zich in Leiden nu een unieke situatie voor deed. In bijna alle ge meenten waar een deel van het grondgebied is aangewezen tot beschermd stadsgezicht duurt het nog jaren na de inschrijving voor dat de betreffende bestemmingsplannen zijn vastgesteld. In Leiden waren deze plannen al klaar, vlak voordat de inschrijving plaatsvond en dat terwijl het hier gaat om het grootste be schermde stadsgezicht van Nederland. Dit heeft ertoe geleid dat de gemeente Leiden aan de Monumentenraad gevraagd heeft, of zij deze plannen formeel opnieuw in proce dure moet brengen. Materieel heeft het im mers geen enkele zin de nu aan de gang zijnde bestemmingsplanprocedures opnieuw te beginnen. Het zou slechts tot grote ver warring aanleiding geven. Hierna zal worden ingegaan op de vragen wat de invloed van de nota Te Beschermen Stadsgezicht op het sindsdien geroemde ruimtelijke beleid is geweest, hoe het moge lijk was in Leiden tijdig alle bestem mingsplannen voor het beschermde stadsge zicht gereed te hebben en hoe aan de be- Mr. W. M. N. Eggenkamp is Hoofd van het Bu reau Stadsvernieuwing te Leiden

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1982 | | pagina 10