Secretariaat van
Provinciale
Commissie geeft
voldoening
Westermann
Mj^derSteen
58
'De provincie Utrecht is een boeiend en veel
zijdig arbeidsveld voor onze Commissie. De
verscheidenheid is groot: historische binnen
steden, de Utrechtse Heuvelrug met het her
haaldelijk bedreigde bezit van in bouwtech
nisch en landschappelijk opzicht niet zelden
verwaarloosde grote en kleine landhuizen,
het poldergebied, zoals de Lopikerwaard en
uiteraard de Vechtstreek. Van tijd tot tijd
gaan we als Provinciale Heemschutcommis
sie op pad. Het gaat dan om al dan niet
aangekondigde bezoeken. Signaleren we dat
er ergens iets mis is, dat maatregelen tot
behoud wenselijk zijn, dan bellen we B W
van de betrokken gemeente op voor nadere
inlichtingen. Het aantrekkelijke van het werk
vind ik dat onze Commissie een team is van
deskundige en slagvaardige, maar vooral en
thousiaste mensen.'
Dit zegt mevrouw drs. L. J. Westermann-
van der Steen, die sinds zes jaar optreedt als
secretaris van genoemde Commissie en dat
een bevredigende, hoewel tijdrovende zaak
acht.
'Ik ben geen deskundige, niet technisch ge
schoold op het terrein van de monumenten
zorg, maar ik organiseer graag. Het regelend
optreden en de correspondentie zijn dan mijn
inbreng. Onze Commissie telt twaalf leden,
drie van hen zijn vrouwen.'
- 'Is monumentenbescherming nog steeds
een overwegend mannelijke aangelegen
heid?'
- 'Laat ik voorop stellen dat vrouwen in dit
veld niet worden geweerd. Misschien is het
zo, dat vrouwen die bijvoorbeeld kunstge
schiedenis hebben gestudeerd, eerder entree
hebben. Primair moet je natuurlijk daadwer
kelijke belangstelling hebben, je op dit spe
cifieke cultuurgebied dienstbaar willen ma
ken, het als zinvolle vrijetijdsbesteding wil
len aanvaarden'.
BELANGSTELLINGSSFEER
'Voordat ik mij meldde voor het lidmaat
schap van de Provinciale Commissie Utrecht
had ik slechts wat algemene kennis van mo
numentenbescherming. Het monument doet
mij in esthetische zin wat. Ik heb familie in
Doorn en omdat ik, toen ik in Utrecht woon
de, vaak de route Utrecht-Doorn via Bunnik,
Zeist en Driebergen reed, heb ik de aftake
ling van de 'Stichtse Lustwarande' de laatste
twintig jaar van nabij kunnen volgen. Huizen
die niet werden afgebroken, kregen soms
monsterachtige aanbouwsels. Behalve voor
Heemschut interesseerde ik mij o.a. voor het
Utrechtse Monumentenfonds waarvan ik een
aantal jaren deel uitmaakte in de werkgroep
publiciteit.
Vanzelfsprekend werd ik in de loop van de
Montfoort: behoud van het karakter betekent ook
de herinnering aan de sterk agrarische functie,
die dit stadje ooit had, levend houden.
Foto: Chris Pennarts, Montfoort.
jaren ook lid van al lerlei andere verenigingen
die met historie of restauratie te maken heb
ben. Sedert drie jaren vertegenwoordig ik
Heemschut in de Stichtse Culturele Raad
(sectie Bescherming Cultuurbezit), een or
gaan van de Provincie Utrecht. Mijn relatie
tot Heemschut dateert van het tijdstip dat ik
van een bevriende relatie een abonnement op
het maandblad Heemschut ten geschenke
kreeg. Enkele jaren daarna las ik dat er vaca
tures waren in een aantal Provinciale Com
missies, o.a. Utrecht. Zo is het gegaan. In
mijn tijd heeft deze Commissie zich ver
nieuwd, er ontstond een bijzonder actief be
stuur.'
WERKZAAMHEDEN
Mevrouw Westermann-van der Steen, die is
verbonden aan het Laboratorium voor Zoölo
gische Oecologie en Taxonomie in de Sticht
se hoofdstad, duidt dan in grote lijnen een
deel van de werkzaamheden van de Commis
sie aan. Ze stelt vast dat de Commissie in de
persoon van haar voorzitter, dr. E. B. J.
Postma (ex-voorzitter van het College van
Bestuur van de Stichting 'Nijenrode', Insti
tuut voor Bedrijfskunde te Breukelen) een
bekwaam voorzitter heeft. En dat de Com
missie - zonder ook maar de andere leden
iets te kort te doen - bijzonder gelukkig is
met de kwaliteiten van de heer F. A. Groen,
eertijds verbonden aan de Provinciale Plano
logische Dienst van Utrecht en technisch ad
viseur J. D. Heijbroek. De Commissie
neemt haar externe taak hoogst serieus. Dat
geldt de oriënterende en daardoor meestal
leerzame bezoeken. Soms wordt het gezel
schap rondgeleid door een ambtenaar, wiens
werk gelieerd is met de monumentenzorg,
maar het komt ook voor, dat men op eigen
initiatief opereert. Contact met lokale oud-