Boekennieuws
Uit het Koren
metershuis
Zeven eeuwen bouwen; de bouwwereld
in 's-Gravenhage.
Honderd jaar aannemersorganisatie
De twee titels houden ten nauwste ver
band met elkaar. De afdeling 's-Graven-
hage e.o. van het Ned. Verbond van
Ondernemers in de Bouwnijverheid be
stond het afgelopen jaar honderd jaar.
Ter gelegenheid van dit eeuwfeest wer
den twee boeken gepubliceerd. Om met
het laatste te beginnen, in 1880 nam C.
Meijers het initiatief tot het oprichten
van een sociëteit van aannemers, hoofd
zakelijk ten doel hebbende de belangen
der aannemersleden der sociëteit te be
vorderen.
Het initiatief leidde tot de oprichting van
de sociëteit 'De Nijverheid'. Daaruit is
later de Haagse afdeling van de landelij
ke organisatie voortgekomen. Aan de
hand van archieven heeft het bestuurslid
Wim Berg een groot aantal gegevens
over het wel en wee van wat aanvanke
lijk een sociëteit was, bijeen gebracht en
die werden door Wim Ket, secretaris in-
en externe betrekkingen van het Ned.
Verbond van ondernemers in de bouw
nijverheid tot een leesbaar geheel aan
eengeschreven. Het eenvoudige boek
werk, overigens geïllustreerd door af
drukken uit notulen en andere archief
stukken, is een brok historie van een
Haagse werkgeversorganisatie, die in de
loop van een eeuw wel een heel ander
gezicht heeft gekregen.
'Zeven eeuwen bouwen' heeft een totaal
andere opzet. De jubilerende organisa
tie nodigde H. Janse van de Rijksdienst
voor de Monumentenzorg uit een boek
te schrijven hoe en wat er in een periode
van zeven eeuwen in 's-Gravenhage is
gebouwd. Janse verkreeg daarbij de me
dewerking van de heer Geert J.
Hartkamp (voor de tweede helft van de
19e eeuw en de twintigste eeuw).
De stafafdeling Bouwkundig onderzoek
en documentatie van de Rijksdienst
staat vermeld als samensteller. Van de
onlangs afgetreden voorzitter van het
Gewest 's-Gravenhage, de heer Chr. J.
Buijtendijk, is het voorwoord.
De bouwactiviteiten op de plek, die later
Die Haghe zou heten, begon omstreeks
1250 toen graaf Willem II in de bossen
van de binnen-duinstreek een jachtslot
stichtte, een onderdeel van wat we nu
kennen als het Ridderzaal-complex.
Omstreeks 1280 begon de bouw van de
Grote Zaal ten westen van de woonvleu-
gel: de tegenwoordige Ridderzaal, een
bouwwerk, waaraan onverbrekelijk de
naam van Floris V is verbonden.
Van dit complex uitgaande heeft Janse
een boeiend beeld geschreven over het
geen er op allerlei terrein in 's-Gravenha-
ge is gebouwd, door de landsoverheid,
de kerkbestuurders, de burgers en het
stadsbestuur, enz. In zijn beschrijving
legt Janse vooral de nadruk op het voor
het bouwen gebruikte materiaal en op de
architectuur. Zo ontleende Janse aan de
Grafelijkheidsrekeningen van 1317 dat
tienduizenden bakstenen werden aange
voerd uit Rijswijk en uit 'Sydwinde', de
dijk tussen Den Haag en Wassenaar. Jan
de metselaar maakte drie reizen naar
Rotterdam en kocht er negenenvijftig
hoed kalk. Philips van den Damme reis
de twee keer naar Den Briel om er dui
zend bladen eiken wagenschot te kopen.
Later, voor andere bouwwerken werd
bouwmateriaal uit o.m. Duitsland en
België gehaald, vooral natuursteen. Jan
se vertelt daarover allerlei bijzonderhe
den, ook over het vervoer en de wijze
waarop - in de middeleeuwen de bouw
stenen omhoog werden gebracht. Men
gebruikte daarvoor een tredradkraan,
een soort grote ton op zijn kant met een
diameter van ongeveer vijf meter, die zo
geplaatst was dat er één of meer mannen
in staan konden. Al lopende draaiden ze
het rad rond onder hun voeten. In het
midden was een houten as die aan één
kant buiten het rad uitstak. Op die uit
stekende spil werd het hijstouw opge
wonden. Op die wijze was het mogelijk
zware lasten, zoals blokken natuursteen
en grote balken met betrekkelijk weinig
moeite op te hijsen.
In de loop van het boek komen allerlei
Haagse gebouwen aan de orde, die nu als
beschermde monumenten de trots van
Den Haag uitmaken, zoals de Grote
Kerk, de Kloosterkerk, het oude stad
huis, het Mauritshuis, de paleizen, enz.
Uit het relaas van Janse blijkt ook - om
eens iets heel anders te noemen - hoe
veel trammelant er eigenlijk altijd is ge
weest alvorens een 'nationaal monu
ment' tot stand kwam. Toen de eerste
steen voor het monument op Plein 1813
werd gelegd, wist men nog niet eens hoe
het er zou gaan uitzien!
Dat er in Den Haag, evenals elders, vaak
onbarmhartig met oude bouwwerken is
omgesprongen, laat Janse evenmin on
besproken. Ook Den Haag heeft een pe
riode van sloopwoede gekend. Uit de
recentere geschiedenis komt vooral de
figuur van Berlage naar voren, die zo'n
grote invloed op de Haagse stadsuitleg
en op een aantal bouwwerken heeft ge
had.
Het boek is rijkelijk van illustraties voor
zien; jammer alleen, dat sommige nogal
ver van de daarop betrokken tekst staan
en dat de nummering hier en daar ont
breekt. We constateerden ook een enke
le onnauwkeurigheid; het Huis Schuy-
lenburg staat niet aan het Voorhout,
maar aan de Lange Vijverberg. Door de
materie naar de eeuwen te verdelen ont
breekt een aaneengesloten beschrijving
van de bouwgeschiedenis van gebouwen,
zoals het Ridderzaalcomplex. Een en an
der neemt niet weg, dat we het boek
vrijwel in één ruk hebben uitgelezen.
Niet alleen voor de Hagenaar interessan
te leesstof, maar voor een ieder, die be
langstelling heeft voor het bouwen door
de eeuwen heen.
Het boek kan worden besteld bij
N.V.B.O. 's-Gravenhage, Nassauplein
37, 2585 ED 's-Gravenhage; F 90,- Men
ontvangt dan het andere boek gratis.
v.d.W.
Nieuwezijds Kolk 28
1012 PV Amsterdam
Postbus 10525
1001 EM Amsterdam
Tel. 020 - 22 52 92
Tel. 020 - 23 09 94
(ledenadministratie)
Postgiro nr. 124326
De doelstelling van Heemschut: De ver
eniging stelt zich ten doel de bescher
ming van de schoonheid van Nederland
in het algemeen en van monumenten in
het bijzonder.
Leden van de Bond Heemschut ont
vangen het tijdschrift kosteloos:
Het lidmaatschap bedraagt minimaal:
individuele leden 40,-
mogelijkheid voor reductie voor
65+ en 24- 20,-
donateurs/niet individuele leden 55,-
losse nummers 2,50
losse nummers incl. porto 4,60
131