en het vee naar de stallen binnen de wal
len drijft. In Stevensweert is dat ook nu
nog een normale zaak. De aanwezigheid
van de boeren binnen de voormalige ves
ting betekent voor het stadsbeeld, dat
grote schuren met hoge topgevels langs
de straten oprijzen. In de Mandenma
kersstraat ziet men een mooi voorbeeld
van een wel erg vervallen schuur met
vlechtingen, duivengaten bovenin en een
verweerde gevelsteen.
In welhaast iedere straat wisselen boog
vormige inrijpoorten het ritme van de
rechthoekige deur- en vensteropeningen
af, en wanneer men een paar stappen
binnen de poort heeft gezet, merkt men
dat hier de gesloten Limburgse hoeve
onopvallend in de stadsbebouwing
wordt opgenomen.
Maar het zijn slechte tijden voor de boe
ren. De uitgestrekte zand- en griridafgra-
vingen langs de Maas ontnemen de boe
ren hun land en velen moeten hun be
drijf sluiten. De schuren zullen komen
leeg te staan en vervallen, wanneer men
Het huis 'De Borcht' met stoep en
keitjesplaveisel
Foto's: W. J. Pantus, Nijmegen
met linden omzoomd. Oude panden,
waaronder het protestantse kerkje, wer
den door de gemeente aangekocht en
vervolgens gerestaureerd.
Na jaren van achteruitgang wordt er
weer getimmerd, gemetseld en geverfd.
Langzaamaan ziet men het succes zich
aftekenen. Langzaamaan komt ook het
leven weer terug in de stad, maar toch is
het er nog stil. De liefste wens van de
burgemeester is de vestingwerken weer
te kunnen aanleggen.
Maar als dat gebeurt en de eerste bussen
met toeristen op het Plein parkeren, zal
het met die stilte wel gedaan zijn.
Willem Jan Pantus
Literatuur:
Van der Aa, Aardrijkskundig woorden
boek der Nederlanden, Gorinchem 1847
W. L. Leclercq, Limburg, reisboek,
Amsterdam 1949
W. Sangers en A. H. Simonis, Geschie
denis van Stevensweert en Ohé en Laak,
z.p. 1954
-, Voorloopige lijst der Nederlandsche
Monumenten van Geschiedenis en
Kunst, VIII, 2, de prov. Limburg,
's Gravenhage 1926
geen andere bestemming vindt.
U hebt het waarschijnlijk al begrepen.
Wat u hierboven gelezen hebt, lijkt op
een idylle. U hebt zich misschien ver
wonderd afgevraagd, of zo iets dergelijks
in Nederland nog bestaat.
Welnu, ik kan u zeggen, als het spel van
machten en krachten in het maatschap
pelijk gebeuren zijn gang was gegaan,
dan zou het gave historische beeld, dat u
vandaag de dag voor ogen krijgt, er niet
meer zijn geweest. Nog tot vijf jaar gele
den trok de bevolking meer en meer uit
de oude straten weg om buiten de voor
malige vesting een ruimere woning met
voor- en achtertuin te bouwen. Er dreig
de leegstand en verkrotting. Een besluit
van de gemeenteraad bracht een kente
ring teweeg. Door de oude kern aan te
wijzen als rehabilitatiegebied konden
particulieren in staat gesteld worden hun
huizen weer te herstellen. De gemeente
Het protestantse kerkje op het plein
van haar kant verbeterde de openbare
voorzieningen. Zo werd het stratennet
gerepareerd, de oude keitjesplaveisels
werden aangevuld en uitgebreid en de
gietijzeren lantaarns opgeknapt of her
plaatst. Ook werd de Markt opnieuw
123