Nieuwe zonnewijzer in Willemstad 123 bacht opdat we fundamenteel, respectvol en met kennis van zaken, dat wat ons door vroegere generaties is toever trouwd, tegemoet treden. Zonder het met zoveel woorden te zeg gen, pleitte de heer Van Nispen om een herziening van de vakopleiding in de eerste plaats op de technische scholen. Dat behoeft echter niet te betekenen, dat daar (veel) minder aan algemene ontwik keling zou moeten worden gedaan. Die, algemene ontwikkeling kan natuurlijk niet worden verontachtzaamd, maar het zou denkbaar zijn hieraan meer aandacht te besteden tijdens het basis-onderwijs. In dit verband wees de heer Van Nispen overigens terecht op het belangrijke werk van de Stichting Vakopleiding Bouwbedrijf èn op het initiatief van een tiental restauratie-aannemers, die leer lingbouwplaatsen instelden. We meenden er goed aan te doen op deze plaats enige aandacht aan de analyse van de heer Van Nispen te besteden. Het vraagstuk van het vakmanschap is voor een voortgang in de restauratie van archi tectonisch erfgoed van de allergrootste betekenis. Telkens weer mogen we ons verheugen in het resultaat van restaura ties van grote en klcine(re) monumenten Teveel wordt dan meestal de aandacht gevestigd op hetgeen de architect heeft verricht. Natuurlijk, de restauratie architect die zijn vak goed verstaat, is bij de zorg voor onze monumenten van de allergrootste betekenis. Maar zonder er varen restauratie-aannemers èn vakbe kwame handwerkslieden kan geen res tauratie tot stand komen. Deze twee laatstgenoemde categorieën worden nogal eens vergeten, al menen wij dat we ons daaraan minder schuldig maken dan bijv. de algemene pers. Er mag best wat meer aandacht worden geschonken aan het uitvoerende vakhandwerk, dat een grote dosis arbeidsvreugde geeft, ar beidsvreugde waaraan het - in het alge meen gesproken - in ons land nogal eens lijkt te ontbreken. Jammer dat in de 'bouw' de 'meestertitel' nog niet is inge voerd, heeft ing. C. Slingerland, voor zitter van de Stichting Vakopleiding Bouwbedrijf, opgemerkt. v.d.W. Ruim een jaar nadat in Heemschut van februari 1979 een artikel verscheen over zonnewijzers, 'Bezonde mini-monu mentjes', kunnen we ons verheugen over wat dit artikel voor gevolgen had. De heer F. van Welzenes, die oude ge bouwen een warm hart toedraagt, kreeg dit artikel onder ogen. In Willemstad had hij Het Arsenaal (1793) door restauratie in ere hersteld, en werd door hem het Scheepswerfje aan de Benedenkade prachtig herbouwd. Al gauw waren de eerste kontakten gelegd toen hij voor "t Werfje' graag een zonnewijzer wilde. Kontakt, vooral met ir. Th. J. de Vries uit Prinsenbeek. Die zag met het ont staan van de nieuwe zonnewijzer een wens in vervulling gaan; hij maakte een ontwerp, hetgeen een lange weg van zoe ken naar vormen, materialen en bereke ningen betekende. Zoals in het eerderge noemde artikel stond geschreven, geeft het uiteindelijke resultaat toch wel een kleine 'openbaring van wetenschappelij ke activiteit' uit onze jaren, gepaard aan groot vakmanschap bij de uitvoering. De vorm van de nieuwe Willemstadse zonnewijzer beantwoordt aan de vraag die de muur van het pand stelde: een vlak van 1,5 bij 1,5 meter. Twee schalen zijn op dit vierkant mèt het wapen van Wil lemstad, tekst en tijdsvereffeningslus ge componeerd. Over de vorm van de grote schaduwgever kan worden vermeld dat het geheel op de eerste Lente èn eerste Herfstdag bij zonnig weer, zuiver het vignet van het bedrijf van de eigenaar (een pyramide) in een licht-schaduwspel laat zien. De keuze van de materialen is voor een monument als dit zeer belangrijk. Willen we de generaties na ons nog van deze tijdwijzer laten genieten, dan moeten er hoge eisen worden gesteld aan de duur zaamheid van het geheel. Eigenaar en ontwerper kwamen na het inwinnen van informatie tot de conclusie dat een plaat perspex van 2 cm dikte een goede basis moest zijn. Om lijnen, cijfers en figuren vast te leggen werd gekozen voor grave ren. Bij sommige oude zonnewijzers werd dit ook gedaan, waardoor restaura tie later zeer eenvoudig was. De twee stijlen of schaduwgevers zijn uit edelstaal gezaagd en voorzien van een laag blad goud. Een omlijsting van teakhout com pleteert het geheel. De zonnewijzer in Willemstad heeft als bovenste schaal een aanduiding volgens de vroegere Italiaanse urentelling, waar bij het aantal uren tot zonsondergang is af te lezen. De Italianen stelden tot 1850 hun klok in op het moment van zonson dergang, zodat wij de 'klaarlichte' uren overdag optimaal konden benutten. De driehoekige stijl wijst ook het sterrebeeld aan volgens het vijftig eeuwen oude Ba bylonische sterrenstelsel. Hoewel de sterrebeelden later in periode zijn ver schoven, worden ze in de oude vorm nog voor voorspellingen in de astrologie ge bruikt. De grote stijl geeft met lichte afwijking de Middeneuropese Tijd aan. In het on gunstigste geval leest de leek een tijd af .die zestien minuten verschilt van de hor- logetijd. Voor de kenner is onder de schaal een vereffeningslus te vinden, waarmee hij op elk moment bij zon op de wijzer de exacte tijd kan bepalen. Het grote plezier van de toeschouwer is op zonnige dagen tot de conclusie te ko men dat men, zoals de burgemeester van Willemstad, de heer Andel, bij de ont hulling van de zonnewijzer opmerkte 'zonder gebruik te maken van andere energie dan de zon' de juiste tijd kan afle zen. Eisen we niet de precisie van een moder ne tijdwijzer, dan kunnen we ook nog, tegenover de nieuwe zonnewijzer, één van de oudste zonnewijzers in Nederland gebruiken. Deze hangt aan de toren van het voormalige stadhuis en dateert van 1588. Laten we hopen dat het fenomeen 'zon newijzer' mèt ons een lang en zonnig le ven tegemoet gaat. ir.Th.J. de Vries, Prinsenbeek

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1980 | | pagina 8