Slaan we nu een flinke periode over, dan 126
komen we in 1797 terecht toen een deel
van de kerk als gevolg van verval in
stortte. Een gedeelte van het kerkschip
was hiermee tot een ruïne geworden en is
niet meer herbouwd. In 1798 werd de nu
bestaande westgevel opgericht, die het
'gat' dichtte, waardoor twee traveeën
van het oude schip behouden bleven.
Voor het verloren gegane orgel werd
door de gebrs. Batz te Utrecht een nieuw
orgel geleverd.
In 1867 werden tegen de noord- en zuid
zijde van de kooromgang neogotische
portalen gebouwd en verrees tussen sa
cristie en zuidertransept een tussenlid. Het
meubilair kreeg in deze tijd een opstelling
in de vorm van een amphitheater. Tot
1967 is de kerk vrijwel in de toestand
gebleven, waarin zij in de 19e eeuw was
gebracht.
Bij de thans voltooide restauratie zijn
kapconstructies, goten en muren her
steld. Herbouwd is de vieringtoren,
waarmee de kerk weer een bekroning
kreeg. Mede daardoor kreeg de toren een
nuttige functie als carillontoren. De
vormgeving is deels bepaald naar be
staande gegevens, zoals ringbalken,
waarop de in 1767 afgebroken toren heeft
gestaan. Vier traptorens werden gecom
pleteerd en van oorspronkelijke spitsen
voorzien.
Bij het herstel van muren en steunberen
behoorde ook de restauratie van de ra
men. Achter een houten raam in de clas
sicistische westgevel bleek het oorspron
kelijke natuurstenen venster nog aanwe
zig. De restauratie hiervan was dus een-
4 voudig. In koor en omgang waren in de
19e eeuw grof gedetailleerde houten ra-
i men aangebracht. Gelukkig bleven enkc-
j le raamtraceringen gespaard die een in-
druk gaven van de oorspronkelijke
5 pracht van de kerkramen. In alle ramen
j zijn nu nieuwe in basaltlava uitgevoerde
j traceringen aangebracht, waarvan de
s vormgeving is vastgesteld naar de in de
blindnissen gevonden gegevens.
Bij de restauratie werd besloten tot het
amoveren van het zuidportaal en het
handhaven van het portaal aan de noord
zijde. Daarentegen is de in de 19e eeuw
uitgeschakelde hoofdingang aan het
Kerkplein in ere hersteld. De twee tra-
I veeën van het schip zijn nu hal en ont-
1 moetingsruimte geworden van waaruit