Lochem heeft monumentenverordening nodig
Té
112 Lochem is onder de Nederlanders meer bekend als attractief vakantieoord dan als oud vestingstad
je. Over enkele jaren zal het 750-jarig bestaan worden gevierd, ter gelegenheid waarvan een
zilveren leeuwendaalder zal worden geslagen. Helaas is er in Lochem veel gesloopt dat uit
historisch en karakteristiek oogpunt bewaard had moeten blijven. Het 'gezicht' van het stadje is
daardoor nogal aangetast. Om verder verval te voorkomen werd in i976 de Stichting Verfraai
ingsgezelschap Lochem opgericht, die zich ten doel stelt te bevorderen dat cultuurhistorisch en
sfeerbepalend goed in de meest ruime zin behouden blijft en waar nodig wordt hersteld. De
stichting concentreert zich voornamelijk op het behoud en de bescherming van karakteristieke
objecten die niet worden beschermd op grond van de Monumentenwet en die door sloop worden
bedreigd. In het hier volgende artikel doet de stichtingsvoorzitter, de heer H. GKerstholt, uit de
doeken wat er in Lochem te doen valt om nog te bewaren wat behoudenswaard is. Vooraf een
stukje geschiedenis.
De plaats Lochem, van oorsprong een
oude nederzetting aan de Berkel, wordt
in 1059 voor het eerst in een oude oor
konde genoemd. De groeiende belang
rijkheid van Lochem kwam in 1233 tot
uiting, toen Otto II, graaf van Gelre en
Zutphen, de plaats verhief tot stad. De
bewoners van Lochem mochten een ei
gen bestuur uitoefenen en verkregen
rechten die eerst de graaf toebehoorden.
Tot 1330 was Lochem slechts omringd
door wallen en grachten; de namen
Ooster-, Zuider-, Wester- en Noorder-
wal herinneren nog aan de aarden ver
sterkingen. Daarna werd Lochem als
grensvesting ommuurd in opdracht van
graaf Reinald II vanwege de oorlogen
met de bisschop van Utrecht en met de
bisschop van Munster. Lochem was toen
toegankelijk door drie poorten: de Mo
lenpoort bij de watermolen aan de Ber
kel, de Walderpoort en de Smeepoort.
Deze poorten waren de sterkste verdedi
gingspunten van de ommuring. Tussen
de Zuider-, en de Westerwal was geen
poort gebouwd, maar werd een verster
king aangelegd: de Blauwe Toren. Noch
van de poorten, noch van de muren is
ook maar één stukje bewaard gebleven;
in de achttiende eeuw zijn deze ves
tingwerken gesloopt. De Blauwe Toren
is in de tweede helft van de 19e eeuw
afgebroken, een brug is over de gracht
gelegd en nu herinnert alleen de naam
van de Blauwe Torenstraat nog aan de
vroegere sterkte.
In de 15e, 16e en 17e eeuw is Lochem
geteisterd door oorlogen en branden,
waardoor veel monumenten uit deze tijd
verloren zijn gegaan. Ook in de daarop
volgende eeuwen zijn door brand, maar
ook door sloop, veel historische zaken
verdwenen.
Zo bezit Lochem nu nog slechts enkele
monumentale gebouwen van vóór 1800;
bekend zijn vooral de Grote Kerk, date
rend uit de 1 le eeuw, het mooie raadhuis
en de bibliotheek, die dateert uit 1638.
Uit de tijd na 1800 treffen we zowel bin
nen als buiten de vesting gebouwen aan
die de moeite van het behouden waard
zijn. Buiten de vesting gaat het hierbij
voornamelijk om een aantal stijlvolle met
parkachtige tuinen omgeven huizen.
Binnen de grachten bevindt zich nog een
aantal uit deze tijd afkomstige, vaak ka-