I li! tinchem opnieuw kaalslag. Stadsmuur huisjes en andere kleinschalige wonink jes op de binnenringen van de stad zijn bij tientallen gedoemd te verdwijnen, even als 'n oude synagoge en het prachtige-, in neorenaissance stijl opgetrokken hotel Rademaker in de schaduw van de Catha- rinakerk. Voor het nieuwe gemeentehuis met sawah-achtige opgang van prof. Tauber wijken 14 arbeiderhuisjes en 'n oude pastorie. Voor groenvoorzieningen in de nieuwbouwwijk Overstegen gaat een uit 1770 daterend Saksich vakwerk boerderijtje tegen de vlakte. De laatste grote sloopgolven voltrekken zich in 1973 en 1977 als in het noordelijk stadsdeel twee gevelrijen in neo-renais- sance-stijl sneuvelen. De eerste voor kruispuntverbetering en een parkeer plaats, de tweede voor een in aanbouw zijnde supermarkt met bovenwoningen. Pas dan wordt Doetinchem goed wak ker, zijn er (overigens vergeefse-) red dingsacties en verschijnen er in de regio nale dagbladen steeds meer epistels over 'alles wat in zo korte tijd verloren ging'. Ook het gemeentebestuur verandert, na de komst van een nieuwe burgemeester en een college-wisseling, van koers en begint langzaam waardering te krijgen voor het historisch waardevolle dat Doe tinchem nog rest. Wie Doetinchem thans bezoekt treft in de stad zelf een allegaartje aan van bouw stijlen en bouwniveaus. Toch zijn er, naast de officieel beschermde monumen ten, nog genoeg karakteristieke bouw sels over. Bouwsels, waarvan er in min der geschonden steden misschien dertien in een dozijn gaan, maar die voor Doe tinchem toch bijzonder zijn. "In monumentaal opzicht wekt Doetin chem inderdaad de indruk van een have loos gebit", zegt Jan Steijntjes van de monumenten-werkgroep Deutekom "overal staat wat. Maar omdat oorlog en sloop al zoveel hebben verwoest zijn we al gauw geneigd te zeggen dat dat en dat moet beschermd worden. Om te voor komen dat de stad straks alleen uit mo derne winkelpuien bestaat en boerderijen in het buitengebied a-historisch worden verbouwd of, in het uitbreidingsgebied, geruisloos worden opgeslokt door een tonige utiliteitsbouw." Vandaar het forse aantal van 123 objecten dat de oudheidkundige kring Deutekom heeft voorgedragen voor een plaatsje op de (toekomstige) gemeentelijke monu mentenlijst. Objecten omdat de voor dracht niet alleen uit bouwwerken be staat, maar bijvoorbeeld ook zaken telt als het op de stadsgracht aangelegde plantsoen (met Wilhelmina-linde en zwerfsteen), drie oude kerkhofjes (de Joodse begraafplaats en de voormalige dodenakkers van Stad- en Ambt Doetin chem), ja zelfs een door de Canadese be vrijders achtergelaten Centuriontank. Dat laatste als blijde, tegelijk trieste her innering aan de voor Doetinchem onuit wisbare gevolgen van de Tweede Werel doorlog. Maar..., laten we eens naar die objecten gaan kijken en een eindje met Steijntjes meelopen, met een door de Deutekom- werkgroep uitgestippelde monumenten route in de hand. Komend over de oude verbindingsweg naar Doesburg nemen we het complex van de voormalige Geldersche Tramwe gen (thans GSM) als vertrekpunt. Een complex, dat op zichzelf al iets bijzonders is. Hier begon in november 1880 de ge schiedenis van het Gelders Streekver voer, met z'n aandoenlijke stoomlocjes en z'n grote gele autobussen. Het sta tionsgebouw (voorheen tramhotel annex stalhouderij) staat, met z'n achterliggen de goederenloods, hoog op de voor dracht voor een gemeentelijke monu mentenlijst. Evenals het statige-, voor malige GTW-directiegebouw (met z'n gedeeltelijk geblokte witte hoekpilaster, rode bakstenen middenpartij en witgc- bloemde ornamenten boven de ven sters) Over de toekomst van dit gebouw encomplex heeft lange tijd onzekerheid bestaan, maar alle panden zijn thans fraai gerestaureerd. De Keppelsewcg richting stad volgend, passeren we allengs de plaats waar tot 1862 de Grutpoort heeft gestaan. We zijn hier in de Grutstraat. Aan weerszijden verrijzen twee statige herenhuizen (in de bekende neo-klassieke trant van eind vo rige eeuw). Het pand ter linkerzijde - het zogenaamde Tieckenhuis - is in 1968 uit een saneringsplan gelicht, maat staat thans op instorten als gevolg van de bouwactiviteiten (heien en bemaling) voor de eerder beschreven supermarkt met bovenwoningen.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1980 | | pagina 18