Uw aandacht voor. in godsdienstig en maatschappelijk op zicht zeer verscheiden is,maar die, zoals burgemeester Dekker met voldoening constateert, één is om de historische stadskern zo goed mogelijk te bewaren als „Parel van de Veluwe", een ere-titel die als schoonheidsprijs enkele jaren gele den werd verleend.*) v.d.W. Voor dit artikel zijn gegevens ontleend aan: Het stadhuis gerestaureerd (1979); Gelderland Monumenteel; Kunstreisboek (Rijkscommissie voor de. monumentenbe schrijving); en aan mr. W. J. Geertsema, commissaris der Koningin in Gelderland, tij dens de opening van het gerestaureerde stad huis. In het jaarverslag van de stichting ,,De Overijsselse molen" wordt bezorgdheid uitgesproken over de teruggang van het aantal molens in ons land. In Overijssel staan er nog maar 49 (nog geen vijf pro cent van het landelijk aantal). Niettemin is er voldoening over de zorg van over heid en particuliere instellingen voor het behoud van hetgeen nog bestaat. Een goed overleg tussen instellingen en in stanties is wel geboden. Gelukkig blijkt dat overleg er te zijn, ook met de Bond Heemschut. Het scheppen van de voor waarden voor dit samenspel en het daar aan blijven werken lijkt ,,De Overijsselse molen" een eerste vereiste. In een over zicht wordt verslag gedaan over de situa ties van de Overijsselse molens. Opge merkt wordt dat verscheidene molens te weinig draaien. Andere molens dienen nodig te worden gerestaureerd. ,,De Pas siebloem" in Zwolle bijvoorbeeld raakt steeds verder in verval, het is onmogelijk deze molen te laten draaien. In het jaarverslag van „De Holland- sche Molen" wordt het Nederlandse mo- lcnbestand opgegeven als 954, waarvan 75 watermolens. Veruit het grootste aan tal molens komt in Zuid-Holland voor: 214; daarna volgt Friesland met 120; Noord-Holland met 119; Gelderland met 111 (waarvan er zeven in het Openlucht museum staan) en Noord-Brabant met 108. Utrecht bezit slechts 28 molens, van alle provincies het kleinste aantal. In 1978 is overigens vrij veel aan restauratie of herstel van molens gedaan. In 39 gevallen werd de restauratie voltooid; in 13 geval len kwam herstel tot stand. In uitvoering of voorbereiding waren restauratie en herstel van 91 molens. Over de toestand van de Utrechtse kastelen geeft het jaarverslag van de stichting „Utrechtse kastelen" veel in formatie. „Sandwijck" in De Bilt be vindt zich in een desolate toestand. „De Vuylcoop" (Schalkwijk) is dringend aan restauratie toe. „Endelhoven" (Maars- sen) is geheel ingestort. „Oudaen" (Breukelen) is grotendeels gerestaureerd. Het werk is echter nog niet gereed. Voor antiek-verzamelaars vestigen we de 'aandacht op het boek „Kunst- en Antiekveiling I", waarop inmiddels een tweede deel is gevolgd. De boeken ver- 261 melden geveilde antieke voorwerpen van zeer uiteenlopende aard, ze geven een be schrijving en berichten de opbrengstprij- zen. De boeken zijn zeer rijk geïllus treerd. In deel II is een index van schilde rijen, tekeningen en grafieken opgeno men. In dit deel komen ook de geveilde collectie haute couture van Fong Leng, een aantal oude wijnen, alsmede geveild speelgoed voor. Verkrijgbaar bij de boekhandel; 42.50 per deel. Staatssecretaris Hazekamp (Econ. Za ken) heeft de Landelijke Stuurgroep BRW-experiment Leefbaarheid Kleine Kernen geïnstalleerd. De groep draagt een interdepartementaal karakter en heeft als studiedoel een bijzonder regionaal welzijns-experiment (BRW), gericht op de leefbaarheid in de kleine kernen. Er zullen ook provinciale werkgroepen worden ingesteld alsmede zg. satelliet- groepen, bestaande uit gedeconcentreer- de rijksdiensten, die ter plaatse oplossin gen kunnen leveren voor knelpunten. Voorlopig is drs. H. J. Olthof waarne mend voorzitter van de Landelijke Stuur groep. De werkgroep Herstel Leefbaarheid Oude Stadswijken Utrecht heeft een rap port „Minstroom" uitgebracht, bedoeld als bijdrage tot een mileubewuste plano logie naar aanleiding van het bestem mingsplan Abstede te Utrecht. Het rap port is met medewerking van het bureau Studium Generale van de rijksuniver siteit te Utrecht tot stand gekomen. Be langstellenden kunnen het rapport bestel len door overmaking van 7,50 op postgirorekening 37 49 571 t.n.v. L. de Boer, rekening Werkgroep, Doelenstraat 8, Utrecht. Het kan ook gekocht worden op Achter Clarenburg 2, Utrecht. Het rapport doet voorstellen tot plaatsing van een aantal objecten op de Rijksmonu mentenlijst, resp. Gemeentelijke Monu mentenlijst. De meeste objecten zijn ge legen aan de Abstederdijk, de Zonstraat en de Notebonienlaan. De burgemeester van Amersfoort, drs. A. R. Vermeer heeft het gerestau reerde museum Flehite heropend. Bij de ze gelegenheid is tevens het 1(X)-jarig be staan van het museum en de oudheidkun-

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1979 | | pagina 35