menten-commissie zijn twee van de
maatregelen van het provinciaal be
stuur van Gelderland dat er steeds meer
naar streeft een „eigen gezicht" te to
nen op het terrein van de monumen
tenzorg. „Onze bestuurders willen op
weg naar een volwassen beleid. Monu
menten herstellen en behouden vóór de
mensen die ermee leven. Deze sociale
achtergrond is wezenlijk".
110 van een kleine projectontwikkelaar,
richt het bouwplan zich op koopflats.
Ze zullen zeker gretig aftrek vinden in
deze Vcluwsc omgeving. Maar het
trieste is dat ze niet in het hart van
Beekbergen passen. Een stomp ge
bouw van vier lagen hoog hoort daar
niet. De dorpsraad heeft zich daarom
tot tegenstander verklaard, evenals
Heemschut. Inmiddels is komen vast te
staan dat dit gedeelte van het dorp
wordt „beschermd" door een bestem
mingsplan van 16 jaar oud.
Al deze voorbeelden van monumenten-
ellende in Gelderland doen Heemschut
een betere toekomst wensen. Men
werkt maar al te graag mee aan de ont
wikkeling van een beter klimaat voor
de zorg aan, voor en rond monumen
ten. Bezwaarschriften zouden voorko
men kunnen worden door Heemschut
meer te laten meepraten dan te laten
tegenpraten.
Daarnaast streeft Heemschut ernaar het
„grote publiek"mee te krijgen. Ieder
een zou er zich van bewust moeten
zijn hoe er wordt omgesprongen met
cultuurwaarden. Als het eenmaal zover
is, moeten de bestuurders vanzelf wel
uit een ander vaatje tappen.
Voorzitter Hopperus Buma vat het
Gelderse Heemschut-verhaal op dit
moment als volgt samen: „Overal
schiet men tekort, als het om de be
scherming van monumenten gaat.
Daar zullen allerlei redenen voor wor
den aangevoerd door de overheden.
Op zulke ogenblikken moet er iemand
inspringen in het belang van de monu
menten. Dat is Heemschut. Wij heb
ben gelukkig de ervaring dat we als
partij, geboren uit particulier initiatief,
snel au serieux worden genomen. Dat
is trouwens logisch, want wij kennen
geen eigenbelang. En we zijn onafhan
kelijk. Vanuit die positie zoeken we
bondgenoten. We hebben bijvoorbeeld
meer correspondenten nodig. Als het
kan, zouden dat mensen met een
bouwkundige achtergrond moeten zijn.
Met hen willen we werken aan een op
timaal alarmeringssysteem voor monu-
mentenbehoud.
De Gelderse Monumenten-commissie,
door het provinciaal bestuur ingesteld
om haar te adviseren, is sinds enige tijd
ondergebracht bij de vereniging het
Gelders Genootschap tot bevordering
en instandhouding van de schoonheid
van stad en land. De leden van deze
vereniging zijn de Gelderse gemeenten,
waarvoor het Gelders Genootschap het
Welstandstoezicht verzorgt.
De Monumenten-commissie heeft voor
haar werkzaamheden een beleidsnota
geschreven die er zijn mag: „Op weg
naar een volwassen beleid. Monumen
ten herstellen en behouden vóór de
mensen." Belangrijk zijn de punten op
het gebied van de advisering en de
coördinatie in het totaal van het ruim
telijk beleid in de provincie.
De opzet en inpassing van de monu-
De heer F. Kors van de sectie monu
mentenzorg van de Provincie Gelder
land kan deze verklaring ondersteunen
met voorbeelden. Het provinciaal be
leidsplan voor de komende jaren met
een eigen paragraaf over monumenten
zorg is daarbij een belangrijke bron.
Voor Gelderland pakken de maatrege
len voor de rehabilitatiegemeenten (niet
verwarren met stadsvemieuwingsge-
meenten) gunstig uit. Dat zijn er negen:
Buren, Culcmborg, Doesburg, Elburg,
Harderwijk, Hattern, Nijmegen,
Zaltbommcl en Zutphen. Het Rijk
(CRM) heeft jaarlijks bijna vier miljoen
gereserveerd voor de aanpak van wo
ningmonumenten en de Provincie zet
er een miljoen bovenop. De gemeenten
zelf zullen per restauratieproject 30
procent moeten bijpassen. Als ze erin
slagen hun plannen pasklaar te maken,
kunnen de verschillende overheden in
gezamenlijk overleg veel bereiken. De
provinciale overheid in Gelderland is
daar optimistisch over. De binnenste
den van de rchabilitaticgemeenten kun
nen er een totale opknapbeurt door
krijgen. „Ik hoop dat deze comple
mentaire aanpak vruchten zal afwer
pen", zegt de heer Kors. „Als Provin
cie zullen wc alle nodige service bie
den, naar alle kanten."
Toch staat vast, dat dit een van de-
weinige onderdelen van de monumen
tenzorg is waar de vooruitzichten niet
somber zijn. Over het algemeen is het
in Gelderland niet beter of slechter dan
in andere provincies. De lagere overhe
den koppelen hun subsidies voor de
monumentenzorg aan de geldstroom
die het Rijk laat vloeien. En het Rijk
heeft vaak geen geld. Gevolg: stagna
tie; men komt niet toe aan een sluitend
totaalbeleid. Alleen „ad hoe" zijn er
enige zwaluwen die nog niet over zo
mer kunnen berichten.