■I
104
mentaal Zeeland beschouwt, denkt
waarschijnlijk in de eerste plaats aan Mid
delburg èn Veerc. Maar Coes, Vlissin-
gen. Hulst en Sluis hebben op het gebied
van architectonisch erfgoed ook heel wat
te bieden. En daarbij denken wc mede
aan verdedigingswerken, waarvan men
in Verschanste schoonheid" een over
zicht kan aantreffen: voormalige vestin
gen, versterkte plaatsen, forten enz. in
Aardenburg, Biervliet, Hulst, Middel
burg, Retranchement, St-Anna ter Mui
den, Tholen, Vecre, Vlissingcn, Zierik-
zee, Philippine, Oostburg en de forten
Rammekens (bij Rithem) en Ellcwouts-
dijk. Aan kastelen is Zeeland niet zó rijk;
volgens het CBS telt deze provincie er
uit. 1977 zeven die beschermd zijn, waar
van de voornaamste wellicht zijn het slot
van Haamstede, het slot van Mocrmond
(Rencssc) en kasteel Westhove in Oost-
kapcllc. Het aantal beschermde molens
bedraagt er 69 op een landelijk totaal van
1048.
Evenals de andere provincies heeft ook
Zeeland zijn restauratiegeschiedenis die,
zoals we al zagen, voor een niet gering
deel werd en wordt bepaald door oorlog
en natuurelementen. Mede als gevolg
van de stormramp van 1953 onderging
Zeeland als onderdeel van de Delta
werken uit landschappelijk oogpunt be
langrijke veranderingen. Geweldige
bruggen, nieuwe meren en dijkverhogin
gen hebben in het Zeeuwse land heel wat
veranderingen teweeggebracht en nog is
het einde van dit gigantische waterstaat-
werk hier niet voltooid.
Met dit alles is het globale Zeeuwse beeld
in de tweede helft van de 20e eeuw geens
zins volledig. Wie van veranderingen
spreekt, denkt aan de vlasbouw, die lang
niet meer die betekenis heeft als zo'n hon
derd jaar geleden. De industrie heeft er
haar intrede gedaan. Het silhouet van
verscheidene Zeeuwse steden wordt niet
langer beheerst door ranke (of dikke) to
rens. Ook hier heeft de kille flatbouw zijn
intrede gedaan. Zeeland vertoont niet
meer zó het beeld, dat in 1883 een Portu
gese journalist beschreef als ,,ecn provin
cie waar de wateren van de Schelde en de
Maas dieper in de bodem doordringen;
de vlakte valt uiteen in een archipel van
kleine eilandjes, Noord-Beveland,
Schouwen, Tholen, Walcheren, St. Phi-
lipsland, Overflakkce - uiterst vruchtba
re alluviale gronden, die achter het
scherm van hun dijken de rijke oogst ver
bergen van het befaamde Hollandse vlas,
de dichte boekweitvelden, de meekrap en
het koolzaad."
Zo pittoresk is Zeeland helaas niet meer.
Een inventarisatie van het Zeeuwse mo-
numentenbezit leert echter, dat er on
danks rampspoed, gelukkig nog veel be
waard is gebleven en dat in Zeeland velen
bereid zijn zich in te zetten voor het be
houd van zo menig monument, waaraan
Vlaamse invloed onmiskenbaar is. Trou
wens ook de Spaanse tijd heeft op Zee
land en zijn bevolking z'n stempel ge
drukt, zij 't in mindere mate dan de
zuiderburen.
In rangorde neemt Middelburg onder
Hollandse monumentensteden de vierde
plaats in. En ofschoon de Zeeuwse
hoofdstad vooral na 1945 haar beste
beentje heeft voorgezet om te herstellen
of weer op te bouwen, wat in die ramp
zalige oorlogsperiode was vernield, is,
naar de opvatting van de Bond Heem
schut niet alles zonder kritiek te aanvaar
den. En nog is men in Middelburg driftig
bezig. Zo is door een groot aantal restau
raties bijv. de Heerenstraat najaren van
verval weer nagenoeg hersteld. Andere
restauratics, die nog niet zo lang geleden
tot stand zijn gekomen, treft men aan in
de Kuiperspoort, de Hoogstraat, aan dc
Vlasmarkt, de Nieuwstraat, in de omge
ving van de Oostkcrk, aan de Singel
straat, de Schuitvlotstraat en het Dam
plein, alle in wat het beschermd stadsge
zicht moet omvatten. In uitvoering of
voorbereiding zijn restauraties aan o.a.
het pakhuis van de West-Indische Com
pagnie; ,,Dcmcrary", dc synagoge, wo
ningen aan dc Blindcnhoek, drie
koetshuizen (Kuiperspoort), een oud
pakhuis tot woning aan de Kousteense-
dijk, een boerderij aan dc Walchcrsewcg,
enz.; in totaal zo'n honderd.
In Vlissingcn, welke stad evenmin onge
schonden uit de Tweede Wereldoorlog is
gekomen, was vóór 1970 het begrip
„monumentenzorg" een weinig bekend
verschijnsel, waarvoor slechts een enke
ling warm liep. Pas de eerste fase van de
sanering, waarbij het noordelijk deel van
de oude binnenstad werd gesloopt,
bracht een mentaliteitsverandering te
weeg. Nu probeert men gelukkig te be-