Het huis van Oldenbarnevelt Wat menschen bouwen wort geen eeuwigheyt gegeven Vondel De woorden van de 17e eeuwse dichter, die hierboven staan, zijn door ons niet willekeurig gekozen. In elk geval zijn ze toepasselijk op de bebouwing aan de noord-westzijde van de Kneuterdijk in Den Haag, waar tot voor een enkel jaar het departement van Financiën was gevestigd. Er is namelijk aan die huizen in de loop der eeuwen heel wat vertimmerd, o.a. als gevolg van het feit, dat ze tot woning van onderscheidene hoge lieden hebben gediend. En tenslotte hebben ze vele decennia huisvesting verleend aan genoemd departement. En nu wordt er weer aan verbouwd. Van Heulstraat tot Parkstraat wordt herbouwd en gerestaureerd om er een waardige zetel voor de Raad van State van te maken. Het Amsterdamse architectenbureau Wegener Sleeswijk en Wichers is bezig deze grote klus te klaren. Er is een bedrag van bijna veertig miljoen gld. mee gemoeid. Het omvangrijke werk is aangenomen door de Amsterdamsche Aanneming Maatschappij B.V., die de restauratiewerkzaamheden heeft opgedragen aan de N.V. Gebr. Georges en ïng. Jozef Vandekerckhove in het Belgische Ingelmunster. We kunnen ons voorstellen als lezers zich verbazen over het feit, dat een buitenlands bedrijf een restauratie uitvoert aan een Ne derlands historisch object. Deze Belgische activiteit verdient daarom een toelichting. Ze is een uitvloeisel van EEG-voorschrif- ten, die het mogelijk maken, dat bedrijven uit de leden-landen bij elkaar werken aan nemen. Er zal met de uitvoering van het werk onge veer vier jaar gemoeid zijn. Als we spreken van een historisch object dan is daarmee niets te veel gezegd. Er valt over de bebouwing van deze zijde van de Kneuterdijk heel wat te vertellen. Voor ve- 1 Het huis van de Graaf van Wassenaar, Heer van Obdam, later een van de koninklijke paleizen in Den Haag, maar tot voor enkele jaren in gebruik bij het ministerie van finan ciën. Uit de prentenverzameling van het Gemeen te-archief van Den Haag len is het overigens misschien informatief om te weten waarde naam Kneuterdijk van daan is gekomen. Volgens F. Kerdijk, die daarvoor o.m. te rade ging bij Th. Morren en D. S. van Zuiden, in zijn boekje over Haagse straatnamen (W. P. van Stockum en Zoon N.V., 1935) zou de naam duiden op het kneuteren of knoteren (men schreef vroeger ook wel Knoterdijk) der vogels. Mogelijk is in het begin der 16e eeuw hier een vinkenbaan geweest. Deze verklaring wordt intussen aan Huygens toegeschreven. Toen we hierboven schreven dat er her bouwd en gerestaureerd wordt van Heul straat tot Parkstraat, was dat eigenlijk niet helemaal juist. Het terrein van de activitei ten omvat o.a. ook de zgn. Gotische Zaal tegenover het Koninklijk Paleis aan het Noordeinde èn het voormalige paleisje op de hoek van Heulstraat en Kneuterdijk. Er heeft ter plekke al vroeg bebouwing be staan. Op oude prenten zijn in de hoek van de Kneuterdijk, waar nu het voormalige pa leisje staat, zijn twee gescheiden patriciërs huizen te zien, daterend uit de 15e eeuw. Het hoekhuis is o.a. bewoond geweest door Elisabeth van Beieren, door de heren van Naaldwijk en later door de Prins de Ligne en Marie van Nassau, zuster van Prins Mau- rits. Het meer naar de Parkstraat (vroeger Nagtegaalspad geheten) gelegen huis is o.a. bewoond geweest door de president van den Hove van Holland Comelis Suys en door JacobCats. In 1610 werd het huis aan Johan van Oldenbarnevelt verkocht. Hij liet, zo schrijft A. W. de Vink in Die Haghe (1921/22), zijn pas verworven bezit op de Kneuterdijk afbreken en herbouwen. Met voordacht had hij deze plek, gelegen op het hoge bosgedeelte, uitgekozen om zich hier een ruime, geriefelijk ingerichte woning, omringd door vruchtbare moestuinen, te stichten. Moeilijk valt uit te maken of van Oldenbarnevelt tevens de ontwerper van .zijn nieuwe huis is geweest. Het is niet onmogelijk, dat Hendrick de Keyzer er de hand in heeft gehad. Hoe dit zij, het vier verdiepingen hoge gebouw had een fraai bewerkte voorgevel, aan beide hoeken ver sierd met gebeeldhouwde leeuwen. De fa- pade met haar twee puntig toelopende gevel toppen, waain de in diepe nissen aange brachte beelden de „Rechtvaardigheid" en de „Voorzienigheid" prijkten, had een hoog leien dak met monumentale schoor stenen, afgesloten door een decoratieve hardstenen ballustrade met zware balusters; terzijde van de hoofdingang met de wapen steen, de van onderluiken voorziene ge brandschilderde kruisvensters, het glas van boven beschut door schuin gekruist tralie- 196

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1978 | | pagina 15