landhuis. De toren wordt voor het eerst
vermeld in 1654, maar is naar alle waar
schijnlijkheid veel ouder. De nestholtes zijn
aan de binnenzijde van de muur ingemet
seld. De duiven vliegen binnen door kleine
houten aanvliegkastjes op het tentdak. He
laas is deze toren erg vervallen.
Een mooi voorbeeld van een vierkante dui-
ventoren is te vinden op het landgoed Te
Werve in Rijswijk op het gazon tegenover
het huis. De toren uit 1590 is gerestaureerd;
duiven vliegen door de gemetselde aan-
vlieggaten in de vier topgevels.
Naast vrijstaande torens werden ook dui-
ventorens gebouwd als onderdeel van de
versterkte huizen zelf. Van de Kasteelse
Hof in Ooy is tot nu toe alleen de duivento-
ren gerestaureerd en onlangs is van de ruïne
van Seldensaten in Berlicum eveneens de
duiventoren weer geheel opgebouwd.
Een veelvookomend gebruik was het aan
brengen van duivenverblijven bovenin
poortgebouwen. Van deze poortgebouwen
is een behoorlijk aantal bewaard gebleven.
Te noemen zijn onder meer die van de
Friese staten met hun zo genaamde ,,gib-
be-gatten", de toegangspoort van kasteel
Ammersoyen en de toegangspoort van het
voormalige huis Groenensteyn langs de
Langbroeker Wetering.
In het algemeen zijn de oude stenen duiven-
verblijven goed onderhouden. Toch moet
hier enige aandacht worden gevraagd voor
de eens prachtige toren van Remmerstein in
Rhenen, die na de oorlog totaal in verval is
geraakt.
Over vrijstaande houten tillen zijn maar
weinig gegevens voorhanden. Wanneer
men er oude prenten over raadpleegt, kleine
houten tillen, zéér hoog geplaatst, op één of
twee stijlen en grote vierkante of rechthoe
kige kasten met rieten dak, rustend op vier
stijlen.
Een kleine hoge til is tot nu toe alleen nog
aangetroffen achter kasteel Zuydewijn in
Vrijhoeve-Capelle en wel in zeer vervallen
staat.
De grote kasten op vier stijlen komen wat
algemener voor in het noorden en het mid
den van het land.
In de provincie Groningen voornamelijk
staan nog enkele simpele „doefkasten" bij
boerderijen en borgen. Deze doefkasten zijn
rechthoekig en worden afgedekt met een
pannen zadeldak. De aan vlieggaten zijn in
125
de kast zelf aangebracht. Een deur of luik
verschaft toegang. Binnen in de kast zijn
houten nestkastjes langs de wanden aange
bracht.
Onlangs is de doefkast van de boerderij Ta-
cumaheerd in Uithuizen fraai opgeknapt en
verplaatst naar de Menkemaborg. Bij de
Menkemaborg stond oorspronkelijk een
dergelijke duiventil.
In het midden en oosten van het land staan
nog enkele houten tillen waarbij de duiven
binnenvliegen via een lantaarn op het tent
dak. Een voorbeeld hiervan staat in het Ne
derlands Openluchtmuseum in Arnhem.
Het originele exemplaar in Hamersveld is
nog geen tien jaar geleden ingestort en op
geruimd.
Een dergelijke mooie, maar zeer verwaar
loosde til is nog te vinden in Wijhe bij het
voormalige Huis De Gelder. De til, voor
zien van zandlopers, staat nu tussen later
aangeplante bomen. Er zijn plannen de til te
restaureren en te verplaatsen naar open
veld.
Het recht van duivenslag van De Gelder zou
al van 1600 dateren. Ook de zeer bijzondere
grote duiventil van kasteel Olden-Aller bij
Putten staat op het punt te verdwijnen.
Hierboven was al sprake van houten dui-
venkastjes aan gevels en stadsmuren. Der
gelijke kasten kwamen in zeer uitgebreide
vorm voor, voornamelijk aan kasteelmuren.
Voor zover bekend heeft alleen nog kasteel
Amerongen zo'n tientallen meters lange
kast. Deze hangt aan de voorburcht boven
het water. Een opknapbeurt zou wel drin
gend gewenst zijn.
Zware ronde duiventoren nabij het land
goed Remmerstein, Rhenen; in zeer slechte
toestand.