Li
Aspecten van het restaureren in
de praktijk (vervolg)
III
«-y.»
mm
ê®m
nm
mm
Het eerste artikel over dit onderwerp verscheen in het maart-nummer 1978
In tegenstelling tot mijn oorspronkelijke
voornemen om aan de hand van één huis
enkele steeds weerkerende problemen bij
het restaureren de demonstreren, wil ik deze
problemen juist centraal stellen en illustre
ren met méér huizen voorbeelden. Het ver
haal wordt - hoop ik - daardoor wat leven
diger. Om de zaak wat te beperken bepaal ik
mij tot het exterieur van een woonhuis.
Aangezien elke restauratie een geval op zich
is, kan ik slechts aanduiden in welke rich
ting men denkt.
Een probleem dat steeds weer bij het restau
reren opduikt, is dat van de venster-inde
ling. In de meeste gevallen is het zó, dat in
de loop van de tijd de oorspronkelijke roe
de-indeling van de eerste bouwfase van het
huis verdwenen is. Tegenwoordig is men
zover, de aanwezige vensterindeling te res
pecteren en ze gewoon te laten zoals wordt
aangetroffen. Tot voor kort (vooral m de
60er jaren) en zelfs nu nog, dacht men daar
anders over: men stopte in elke oude gevel
de kleine ruitjes, die begin 18e eeuw in
zwang waren. Men doet dit nu nog; vooral
als het om volledige reconstructie van een
woonhuis gaat. Een huis dat op een gegeven
moment geheel is verdwenen wordt naar
oude afbeeldingen weer opgebouwd, alsof
het er altijd heeft gestaan. Om de kijker toch
maar vooral de indruk te geven dat het
,echt'is wat er gebouwd wordt, komen de
18e eeuwse ruitjes weer om de hoek kijken.
Bij de reconstructie van het huis Raam-
gracht/Zanddwarsstraat in Amsterdam (ge
reed in november '76) passen deze ramen in
de gevel; het huis stamt uit de periode
1700-1725 1). Toch was ook hier de laatste
fase', voordat het huis vlak na de oorlog
werd afgebroken, die van het T-raam de
eind 19e- begin 20ste eeuwse vensterinde
ling). De keuze ligt hier moeilijk. Kiest men
voor het T-raam, dan suggereert men nog
méér dat het huis er altijd is geweest. Zoals
het er nü bijstaat is het te onaannemelijk dat
het vanaf 1700 in die staat tot ons is geko
men. De „kitsch" van het nieuwe (aan
meer dingen dan alleen de vensters te zien, -
ik kom hier nog op terug) wordt versterkt.
Hier vraagt de lezer zich natuurlijk onwille
keurig af waarom hier voor reconstructie is
gekozen. Het antwoord luidt: de opzichtig
heid van deze hoek, vooral vanaf de brug
over de Groenburgwal, vraagt om een har
monische eenwording met de omgeving. De
vraag is of een huis in hedendaagse vorm
geving ons dit kan biedenHet punt is echter
72