1
ontvankelijk te verklaren en de Portugees
Israëlietische Gemeente kon als voorheen
de begrafenissen uitvoeren onder de condi
tie dat het vervoer zonder ceremonie en in
stilte zou plaatsvinden.
De in Groet begravenen werden naar Ou
derkerk aan de Amstel overgebracht, de
laatste in 1634.
Het in eerste instantie aangekochte stuk
grond was maar tijdelijk voldoende; in de
loop der jaren werden regelmatige gron
daankopen gedaan. Maar ook daaraan
kwam op een gegeven ogenblik een einde
omdat er nauweüjks meer grond beschik
baar was. Vandaar dat reeds een stuk grond
met zand werd opgehoogd, alwaar in de
achttiende eeuw overledenen waren begra
ven, een handeling die een rabbinale goed
keuring vereiste maar die werd verkregen.
Vanwege de calamiteiten gedurende de
Tweede wereldoorlog zal zich in de toe
komst geen plaatsgebrek voordoen!
De grafstenen en tomben variëren sterk in
vorm. Het Portugees, binnen de administra
tie van de Portugees Israëlietische Ge
meente en tussen de leden onderling gebe
zigd, vindt men terug in de teksten op de
grafstenen. Opvallend zijn de verschillende
stijlen van de grafstenen en tomben. Zo ziet
men enerzijds pagode- en oosterse stijl, an
derzijds barok- en rococovormgevingen.
Dit hangt niet alleen nauw samen met de tijd
waarin begraven werd, maar ook met de
persoonlijke smaak en voorkeur van de fa
milie, alsmede met de nauwe verbonden
heid - zeker in het begin - met onder meer
het Iberisch schiereiland.
Afhankelijk van de rijkdom van de familie
kon men zich bepaalde „extra's" veroorlo
ven, tot uitdrukking komende in het gebruik
van min of meer kostbare natuursteen of
marmer. Teksten zijn er in vele variaties;
minder veelvuldig zijn de beeldhouwwer
ken - werkelijke voortbrengselen van de
eigentijdse Nederlandse beeldhouwkunst -
die al of niet bijbelse voorstellingen te zien
geven. Ook het in steen met alle facetten
voorziene uitgehouwen familiewapen zien
wij in sommige gevallen.
De begraafplaats is uit curiositeit een trek
pleister voor Nederlanders en buitenlan
ders, maar ook voor wetenschapsmensen uit
binnen- en buitenland.
Vroeger was dat al zo, want kunstenaars van
internationale bekendheid schilderden (Ja-
cob van Ruysdael), beschreven (Daniël
Willink) en etsten (Romeyn de Hooghe en
Blotelingh) deze unieke plek. Eigenlijk is
dat niet zo verwonderlijk, omdat vele na
men van vooraanstaande figuren op grafste
nen of tomben worden aangetroffen: Franco
Mendes, Vaz Dias, Texeira de Mattos,
Henriques de Castro, Mendes da Costa, De
Pinto en Sarphati, om maar enkele te noe
men.
115
Het spreekt welhaast vanzelf dat van de
begravenen een register werd bijgehouden,
het Livro do Bet Haim. In het verleden
gebeurde dat echter niet met de nauwkeu
righeid van tegenwoordig. Ook kon men
vroeger niet voorzien dat vele generaties
later belangstelling zou worden getoond
voor elk detail dat op de grafsteen of tombe
vermeld staat. In de loop der eeuwen ver
zakten de stenen voor een deel. Teksten
werden geheel aan het gezicht onttrokken;
verwering had uiteraard ook invloed op de
stenen. In dit verband komt dan de naam
van David Henriques de Castro, overleden
in oktober 1898, naar voren, die het als zijn
levenswerk beschouwde plattegronden en
beschrijvingen te maken. Hij slaagde er in
van het oudste deel van de begraafplaats een
plattegrond samen te stellen in 34 cartons en
van de twaalf eerste een boekdeel beschrij
vingen te maken van 400 bladzijden. 6000
zerken en tomben bracht hij te voorschijn,
waarvan er 1000 door zijn bemiddeling
werden hersteld. Zijn werk echter kon hij
niet voltooien; de Portugees-Israëlietische
Gemeente prijst zich echter gelukkig dat
enkele zeer toegewijden nog steeds bezig
zijn met archivering van alle beschikbare
gegevens. Dit leidde er toe dat men nu be
schikt over ongeveer 50.000 kaarten met
gegevens over ongeveer 27.000 personen
die begraven werden. De gedecimeerde
Portugese Gemeente heeft en zou ook nooit
voldoende gelden beschikbaar hebben om
deze arbeidsintensieve werkzaamheden uit
te laten voeren, vandaar de gelukkige om
standigheid dat de „Stichting tot onderhoud
en instandhouding van historisch joodse be
graafplaatsen in Nederland" - met kapitaal-
inbreng van de Portugees-Israëlietische
Gemeente - kan bogen op subsidies'van het
Rijk, de provincie en de gemeente Ouder
kerk aan de Amstel. Het is intussen van
belang kennis te nemen van de activiteiten
van de Stichting tot Instandhouding en On
derhoud van Historische Joodse Begraaf
plaatsen in Nederland, een stichting die met
een jaarbudget werkt van ca. 30.000,-.