Uitbreiding Amsterdam
Bedreiging in Voorthuizen
Torensilo's Losser
Boerderij Ankeveen
In een brief aan GS van Noord-Holland
heeft Heemschut nog eens z'n bezwaren
tegen het ontwerp-bestemmingsplan
„Gaasperdam" van de gemeente Amster
dam uiteengezet. Het plan „Gaasperdam"
beoogt de afronding van de Zuid-Bijlmer.
Heemschut over dit plan: „Het plangebied
heeft de mogelijkheden in zich voor het rea
liseren van een aantrekkelijk woongebied.
Hieraan leveren - naast de mogelijkheden
van de Gaasperplas en omgeving - verschil
lende karakteristieke, landschappelijke
waarden zoals de riviertjes het Gein en de
Gaasp, in samenhang met het waardevolle
agrarische landschap en de ruig begroeide
Hollandse Kade, een grote bijdrage".
Het kernbezwaar is nu dat met deze waarden
te weinig rekening wordt gehouden. Zo wil
Heemschut langs het Gein een bredere agra
rische strook, evenals trouwens langs de
Gaasp. Vooral voor het Gein is dat erg be
langrijk. Wat de Gaasp betreft: het plan gaat
ervan uit dat het gebied langs dit riviertje in
z'n geheel voor recreatie wordt bestemd,
maar Heemschut vraagt zich af of dit niet zal
leiden tot een nodeloze verarming. Dan is er
het probleem van de Gooiseweg waarvoor
veel ruimte is gereserveerd - en dat, terwijl
helemaal niet vaststaat of die weg er ooit zal
(moeten) komen. Het reserveren van een
brede strook voor deze primaire weg drukt
sterk z'n stempel op het plan. Dat plan zou,
met handhaving van het geplande aantal
huizen, beter kunnen worden ingericht als
men de Gooiseweg schrapt. Dan zitten er
voor Gein, Gaasp en Hollandse Kade inder
daad mogelijkheden in om deze aantrekke
lijkheden meer de ruimte te laten.
B en W van Bameveld is gevraagd be
schermende maatregelen te willen nemen
ten opzichte van het 19e-eeuwse pand aan
de Hoofdstraat 160 - 166 te Voorthuizen
dat bekend staat als „Blankenberents-
goed". Dit pand wordt met sloop bedreigd.
Heemschut tot B en W:Wij betreuren deze
gang van zaken ten zeerste omdat het een
pand betreft dat, indien opgeknapt, zeer ka
rakteristiek is en samen met de oude gere
formeerde kerk en de daarachter gelegen
smederij een waardevol element in het
dorpsbeeld vormt".
De Bond adviseert de gemeente om op korte
termijn een gemeentelijke monumentenver
ordening in te. stellen waarmee aan panden
als „Blankenberentsgoed" een zekere be
scherming kan worden gegeven.
De gemeente Losser heeft haar bestem
mingsplan „Losser-Buitengebied" veran
derd, en wel in die zin dat onder bepaalde
voorwaarden de bouw van torensilo's (voor
de opslag van ruwvoeder) tot een hoogte
van 30 meter kan worden toegestaan. Al in
eerdere stadia heeft Heemschut hiertegen
bezwaren ingediend, eerst bij de raad van
Losser en later bij GS van Overijssel. Beide
colleges konden echter niet met de Bond
meegaan en deze is nu bij de Kroon in be
roep gegaan om alsnog een principiële uit
spraak te krijgen. Heemschut stelt dat toren
silo's, zo zij al aanvaardbaar zijn, minder
extreem hoog moeten zijn (bijv. tot 20 m)
en alleen kunnen worden toegelaten in die
gebieden die niet van grote landschappelijke
waarde zijn. Kwetsbare gebieden, zo vindt
ook de minister van Landbouw en Visserij,
moeten van silo's verschoond blijven. Met
kwetsbare gebieden doelt de minister op de
potentiële landschapsparken, en daartoe
mogen de natuurgebieden in de gemeente
Losser bepaald wel gerekend worden.
Heemschut: „Aangezien in het algemeen in
een kwetsbaar gebied de hoogte van de be
bouwing afloopt al naar gelang de mate van
kwetsbaarheid, zou in het geval-Losser bij
de oprichting van silo's van dit principe
worden afgeweken door een hoogte van
30 m niet volledig uit te sluiten".
Heemschut heeft de Monumentenraad ge
vraagd zich ervoor te willen inzetten dat de
boerderij „Den Blanken" aan het Stichts
End te Ankeveen op de monumentenlijst
geplaatst wordt. Op een schilderij uit 1700
komt de boerderij al voor. Op dit moment is
het pand hard aan herstel toe. Heemschut
voegt hieraan toe: „In verband met het feit
dat het een centraal gelegen pand betreft, in
de nabijheid van de kerk op de vroegere
dorpsterp, zullen vele bestemmingsmoge
lijkheden zich aandienen als de boerderij
eenmaal in oude luister hersteld zal zijn".
185