Een jaarverslag Meer ruimte voor Rijksdienst Jaarverslagen plegen in het algemeen geen boeiende lectuur te vormenambtelijke ver slagen maken daarop meestal geen uitzon dering. Daarom doet het ons deugd nu eens melding te kunnen maken van een goed ge slaagd jaarverslag, nl. dat van de Rijks dienst voor de Monumentenzorg. Het is het eerste jaarverslag van deze dienst, dat niet alleen prettig leesbaar is, maar dat ook typografisch goed is verzorgd (de druk is van Van Gorcum, Assen). Omdat het een eerste jaarverslag geldt, wordt in de inhoud nogal eens op vorige jaren teruggekeken. Het.bevat een schat van gegevens, waardoor dit verslag niet, zoals meestal het geval is met jaarverslagen, voor archiefopberging in aanmerking komt, maar nuttig is als naslagwerk. Niet alleen wordt min of meer uitvoerig de hele pro blematiek van monumentenzorg plus stads vernieuwing uit de doeken gedaan, maar de lezer wordt een uitstekend inzicht gegeven in de veelomvattende taken van de Rijks dienst. Om eens een voorbeeld te noemen: in het foto- en tekenarchief bevinden zich nu zo'n 190.000 foto's en ca. 100.000 bouw tekeningen en ontwerpen, waaronder vele van vroegere restauraties. Een afzonderlijke paragraaf is gewijd aan het Ned. documentatiecentrum voor de bouwkunst te Amsterdam, een instelling, die nog te weinig bekend is. Schreven we onlangs, dat het zo moeilijk is een duidelijk inzicht te krijgen in de finan ciën, die met monumentenzorg in de ruim ste zin, gemoeid zijn, dit jaarverslag bevat in de bijlagen daarover zeer ruime informa tie. Het lijkt ons de moeite waard daaraan enkele cijfers te ontlenen. Zo werd in 1974 voor bijna 54.5 miljoen aan subsidies be taald ten behoeve van de restauratie van monumenten. Aan ingekomen subsidiever zoeken stond einde 1974 een bedrag open van 213.960.237,-; aan woonhuisrestau raties in Amsterdam bijna 37 min.; kerk restauraties enz. bijna 21 min. De subsi dieverzoeken voor Amsterdamse woonhui zen en pakhuizen omvatten 218 panden. Het aantal subsidieverzoeken, waarvoor in de eerstkomende jaren geen subsidie beschik baar zal zijn bedroeg per 31 december 1974 ca. 2400, waarmee in totaal naar schatting een subsidiebedrag van 205 min. gemoeid zal zijn. Uit. 1974 waren er 158 gevallen van door particulieren voorgefinancierde subsidies bij goedgekeurde en in uitvoering genomen restauraties, welke in latere jaren zullen worden gesubsidieerd; het gaat hierbij om een bedrag van 14,3 min. In 1974 werden drie monumenten zonder vergunning (art. 14 van de Monumenten wet) gesloopt. In het kader der werkloosheidsbestrijding kwamen in 1974 174 objecten gereed; voor 1975 zullen dat er 335 zijn. Tussen 1973 en 1975 ging het in dit kader om een bedrag van totaal ca. 108 min. Per 31 oktober 1974 waren in ons land 39.827 monumen ten beschermd krachtens art. 9 van de wet; hiertoe behoren 2228 kerkelijke gebouwen, 27.903 gebouwen en woonhuizen, 4820 agrarische gebouwen, 1038 molens en 261 kastelen. We hebben hiermee maar een losse greep uit de cijfers gedaan, maar er valt uit dit, rijk met foto's en tekeningen voorziene verslag, nog veel meer interessants te peuren. v.d. W. Bij de behandeling van de rijksbegroting voor CRM in de Tweede Kamer is een amendement van de heren Kosto c.a. aan genomen, dat beoogt de Rijksdienst voor de Monumentenzorg meer ruimte te verschaf fen, d.w.z. het ambtelijk apparaat uit te breiden. Dankzij dit amendement kan het personeel van de Rijksdienst met veertien man toene men. Aanvankelijk had de heer Kosto twee miljoen naar de Rijksdienst willen overhe velen, maar hiertegen was een meerderheid van de Tweede Kamer gekant. Het gaat nu om overheveling tot een bedrag van onge veer acht ton. Het bedrag onder post 87 (subsidies en andere uitgaven ten behoeve van de monumentenzorg) ad 83.398.000 is door het amendement verlaagd met 832.000. De post voor personeelsuitga ven van de Rijksdienst wordt anderzijds verhoogd met 700.000 en de post voor materiële uitgaven van de Rijksdienst wordt van 1.209.000,- gebracht op 1.341.000,-. Uitbreiding van de Rijksdienst stond al lang op het verlanglijstje, maar tot nu toe werden er onvoldoende middelen vóór beschikbaar gesteld. Het werk van de Rijksdienst is ech ter, mede door M 75 en door de restauraties in het kader van het extra werkgelegenheidsprogramma dusdanig toegenomen, dat het dringend noodzakelijk was meer personeel aan te trekken. Het hadden er eigenlijk 34 moeten zijn, maar dat viel onder de huidige financiële moeilijkhe den van het Rijk blijkbaar niet te verwezen lijken. Als het nieuwe personeel zal zijn aange trokken, zal de Rijksdienst o.m. meer toe zicht kunnen houden op de uitvoering van restauratiewerkzaamheden. Het is duidelijk, dat we de aanvaarding van het amendement een goede zaak vinden, al menen we het enigszins te moeten betreu ren, dat de uitbreiding van de Rijksdienst tot gevolg heeft, dat er in 1976 minder geld voor restauratie-subsidie beschikbaar zal .zijn. v.d. W.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1976 | | pagina 8