„Levende stenen":
Meer weten over de
Nederlandse bouwkunst
Ir
verkeren, zoals in Lambertschaag en Wes
terblokker.
Om het werk van de Stichting Oude Hol
landse Kerken voort te kunnen zetten is een
leger donateurs nodig. Uw bijdrage maakt
het mogelijk restauraties te bekostigen, een
vaste architect in dienst te nemen en regel
matig publicaties te doen verschijnen, die
verantwoorde informatie verschaffen over
kerken en hun inventaris. De rijk geïllus
treerde bulletins worden in een ringband aan
de donateurs toegezonden.
Ons werk kan weinig uitstel lijden. U kunt
dan ook donateur worden door minimaal
20,- te storten op postgiro 3301010 ten
name van de Stichting Oude Hollandse
Kerken, postbus 165, Leiden of op bankre
kening 64.43.48.356 van Slavenburg's
Bank, Leiden.
Drs. E. Elzenga
Slichting Oude Groninger Kerken, Praedi-
niussingel 23, Groningen;
Stichting Oude Friese Kerken, Achter de Grote
Kerk 17, Leeuwarden;
Stichting Oude Gelderse Kerken, Postbus 19,
Dieren.
Vergelijking
Noot van de redactie: We hebben gaarne
plaatsruimte willen geven aan de oproep
van drs. Elzenga, zoals we al eerder aan
dacht schonken aan de door hem aan het slot
van zijn artikel genoemde andere provin
ciale stichtingen. Bij één onderdeel van het
artikel van de heer Elzenga zouden we een
kanttekening willen plaatsen en wel bij zijn
opmerking over de kathedraal in Novgorod
en de daarbij getrokken vergelijking met
Nederland. We geloven namelijk, dat in
dien een kerkgebouw, dat waard is voor het
nageslacht behouden te blijven, doch niet
meer voor de eredienst kan worden ge
bruikt, nog zeer wel functioneel kan zijn als
museum, gemeenschapshuis, concertzaal
e.d. Met andere woorden een oud kerkge
bouw verdient behouden te blijven ook al
krijgt het een andere passende functie. De
heer Elzenga wijst daar trouwens ook op.
Het leek ons echter nuttig op dit aspect on
zerzijds nogeens de nadruk te leggen. Er zijn
helaas voorbeelden te over, waarbij kerkge
bouwen of wel zijn gesloopt of een bestem
ming hebben gekregen die met de oorspron
kelijke functie in ethisch-morele zin volko
men in strijd zijn. Zo kennen we een Gods
huis, dat na de oorlog een bioscoop werd,
waarin het niet ongebruikelijk is sex-films te
vertonen. Dit nu gaat ons te ver. Het is
daarom goed, dat bij de overname van kerk
gebouwen door de stichtingen, die zich in
zetten voor het behoud, duidelijke voor
waarden worden gesteld, die „ontheili
ging" voorkomen.
Er zijn tegenwoordig heel wat mensen die
belangstelling hebben voor onze bouw
kunst. Bij de één is de interesse vooral histo
risch gefundeerd, bij de ander komt zij voort
uit het besef dat de aanleg en de bebouwing
van dorpen en steden zo'n belangrijk on
derdeel uitmaakt van ons'milieu. Voor allen
geldt, dat de belangstelling gepaard gaat
met de behoefte meer over het onderwerp
aan de weet te komen.
De één is geïnteresseerd in de bouwstijlen.
In welk tijdvak moet ik de gotiek plaatsen,
en wanneer kan ik spreken van renaissance?
Wat zijn de kenmerken? Je komt woorden
tegen als classicisme of - moeilijker nog -
ecclecticisme. Wat is de betekenis daarvan?
Een ander zou graag beter geïnformeerd
willen zijn over het ornament. Wat zijn voor
iedere stijlperiode de typerende vormen, en
hoe worden ze genoemd? Een volgende
heeft technische belangstelling. Hem
boeien zaken als houtskelet, metselver-
band, kapconstructie en dergelijke. Mis
schien geldt voor de meesten, dat eigenlijk
alles wat er te vermelden valt over het bou
wen van vroeger en nu, ze interesseert, als
er op een bevattelijke manier over wordt
verteld, meer toegespitst op beter leren kij
ken en inzicht dan op grote feitenkennis.
Beter leren kijken naar bouwkunst. Hoe?
Het is duidelijk dat er een achterstand is op
het gebied van de middelen die de geïnteres
seerde leek daarbij zouden moeten helpen.
Het is zonder veel problemen mogelijk in
formatie te krijgen over geschiedenis, ma
thematica, en zoveel andere zaken; om talen
te leren of te tekenen. Daarvoor zijn boeken
beschikbaar, grote en kleine, meer of min
der populair, cursussen, grammofoonpla
ten, enz. Voor het leren zien van bestaande
vormen van bouwkunst is evenwel nauwe
lijks enig materiaal beschikbaar. Wat er aan
boeken of tijdschriften verschijnt op
architectuur-historisch gebied gaat er veelal
van uit dat de lezer op dat terrein al vol
doende ingevoerd is.
Sinds kort bestaat er nu een schriftelijke
cursus die in de leemte voorziet. Deze cur
sus „Levende Stenen" opent de mogelijk
heid om de bestaande belangstelling voor de
Nederlandse bouwkunst te verdiepen en
meer achtergrond te geven, of om een
nieuwe hobby op dit gebied op te bouwen.
Die kans is er nu voor iedereen, overal in het
land en met welke basiskennis of vooroplei
ding ook. De cursus „Levende Stenen" is
in het Monumentenjaar van de grond geko
men: één van de blijvende resultaten van de
actie die in 1975 is gevoerd. Het is een
niet-commerciële opzet. Het gaat om een
ideëel doel: vergroting van kennis van en
belangstelling voor onze Nederlandse
bouwkunst, uit vroeger dagen tot nu toe,
belangrijke objecten en eenvoudige, afzon
derlijke bouwwerken en stads- en dorpsge
zichten, stijl en constructie.
De Stichting ter Bevordering van de kennis
van de Nederlandse Bouwkunst, die de cur
sus uitgeeft, hoopt dat zeer velen zullen
profiteren van de kansen die nu - met finan
ciële steun van de overheid - geboden wor
den om ook op dit gebied iets te doen aan de
eigen ontwikkeling. Het totale lesgeld voor
de cursus is slechts 130,- (dit bedrag kan
ook in twee termijnen worden betaald). Het
gaat om twee series, elk van 24 lessen.
Geschreven voor leken, door deskundigen.
Inschrijving is mogelijk op elk moment van
het jaar. U kunt zo beginnen. Inlichtingen:
Stichting Nederlandse Bouwkunst, Postbus
736, Leiden, Tel. (071) 89 32 34.
-•■safWfösr