80 zwaaikom, nu met als afsluiting een pleintje dat ir. Den Boer destijds nog gereconstrueerd heeft. Het centrum zelf beschrijft hij als een langpootspin in z'n web. Naar het zuiden toe waaieren de draden van dat web uit naar het Asser bos. Het ligt er ideaal. Vanuit welk stads hart stap je zo gemakkelijk over in het groen als in Assen? Dan, naar het noor den toe, is er de begrenzing door het Kanaal, ofwel het Noord-Willemskanaal. Met de Vaart het enige water van de Drentse hoofdstad. Het onstaan Zo is dat historisch allemaal gegroeid. En die historie grijpt ver terug. Op het jaar 1227, toen de Drenten samen met de Groninger Gekingen hun heer, de bis schop van Utrecht, ten onder deden gaan. Dat gebeurde in de slag bij Ane, in de buurt van Coevorden. De straf bleef echter niet uit. Een jaar later al had de opvolger van de gesneuvelde bisschop zijn onderdanen weer in bedwang en legde hun als boete het stichten van een klooster op. Na wat zoeken viel de keus hiervoor op een terrein in de marke van Witten waar drie stroompjes, omringd door akker- en groenlanden, bij elkaar kwamen. Daar verrees omstreeks 1257 een klooster voor Cisterciënser zusters. Het klooster Maria in Campis. Daarmee was de basis gelegd van wat nu Assen is. Dit, door toedoen van de refor matie, want die leidde tot opheffing van het klooster. Het ging over in handen van het landschap Drenthe en werd de zetel van het provinciaal bestuur. Van daaruit groeide Assen, zij het in een zeer lang zaam tempo. Het gereedkomen in 1780 van de Drentse Hoofdvaart die, via Mep- pel, Assen over water met Amsterdam verbond, vermocht niet het groeitempo te verhogen. Daar wilde koning Lodewijk Napoleon dan wel iets aan doen. Hij schonk in 1809 Assen stadsrechten en was zó weg van het plaatsje in de Drentse dreven, dat hij het plan opvatte er zijn zomerresidentie van te maken. De koning gaf de vermaarde architect Giudici, aldus meldden de stukken, opdracht een uitbreidingsplan voor Assen te ontwerpen. Voor zesduizend inwoners. Giudici kwam met een streng rechthoe- kig systeem, met een groot centraal plein waaraan de belangrijkste gebouwen waren gesitueerd. Het koninklijke zomer paleis was gedacht aan die karakteris tieke Drentse Hoofdvaart. Maar zover is het allemaal nooit gekomen. Lodewijk Napoleon was al gauw van het toneel ver dwenen, en daarmee ging ook Giudici's plan in rook op. Dat plan paste welis waar niet in de Drentse sfeer van die tijd, maar het had toch wel allure. Zeker is dat, als het zou zijn uitgevoerd, de kaar ten in Assen vandaag heel anders zouden liggen. Geen kijk Maar Assen vond zelf zijn weg, tot wat het nu is. En daar is in ieder geval ir. Den Boer niet erg enthousiast over. ,,lk erger mij elke dag opnieuw," zo zegt hij. „De gemeente heeft absoluut geen kijk open begrip voor het waardevolle dat je hier aantreft. Zij ziet gewoon niet wat je daarmee kunt doen, als je het architecto nisch goed aanpakt. Er zit dan ook totaal geen lijn in. Het hangt allemaal als los zand aan elkaar." Er is voor het centrum een bestemmingsplan, het Komplan Noord. Het dateert uit het begin van de zestiger jaren en stoelt nog op de filoso fie dat Assen vooral groot moet worden. Een stad van honderdduizend inwoners en een krachtig, voor de auto toeganke lijk koopcentrum. Die filosofie is ai lang achterhaald. Niet alleen in haar uitgangspunten, maar ook door de feitelijke ontwikkeling. Assen is, na alle gestoei, nog niet verder dan 44.000 inwoners. Daar komen nog wel zo'n 10.000 bij, maar dan nóg blijft Assen een kleine stad. Toch blijft de ge meente vasthouden aan een verouderde visie. Met alle gevolgen vandien. Van het oude centrum is al vrijwel niets meer heel. Er is en wordt niet naar gekeken wat er bewaard zou kunnen blijven, er wordt alleen maar gesloopt. Kaalslag op grote schaal. Honderden huizen zijn al tegen de vlakte gegaan, en nog gaat het in volle hevigheid door. Smeltkroes De oud-directeur van de PPD ziet het met lede ogen aan en stelt vast: „Vroeger kon je in het centrum winkelen, maar ook wonen. Die woonfunctie heeft Assen voor het gemak maar vergeten." Daarvoor kwamen in de plaats een Hema, een Vendet en een Miro. C A komt. De autochtone middenstand doet inmiddels van harte mee, getuige de niet aflatende drift tot nieuw- en verbouw. Vraag echter niet hóé. Een wandeling door het centrum met ir. Den Boer

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1974 | | pagina 32