aH
Planken Wambuis
HEEMSCHUT
Maar het monumentenjaar is pas ge
slaagd, als het wordt ondersteund door
activiteiten in alle windstreken van ons
land. Het monumentenjaar ontleent zijn
betekenis aan het naar de mensen toe
brengen van de gedachten dat ook zij
belang hebben bij en medeverantwoorde
lijk zijn voor ons monumentaal bezit.
Daarom zullen wij b.v. proberen de
schooljeugd te interesseren, de jeugd in
zijn algemeenheid te activeren, daarom
zijn er werkgroepen, die zich bezighou
den met het leven in het monument, met
de voorlichting er over.
Maar er kan nóg zoveel bedacht en be
sproken worden, als de inbreng van de
vele verenigingen en stichtingen, die zich
met de bescherming van ons cultuurbezit
bezighouden ontbreekt, dan zal van die
bredere doorwerking geen sprake zijn.
Het is het voornemen van het nationaal
comité met de organisatie te overleggen
op welke wijze zij mee kunnen werken
om het monumentenjaar tot een succes
te maken, tot een gebeuren, waar men
niet om heen kan. Wij voorzien, dat als
dit met de nodige voortvarendheid ge
beurt er ook voor de organisaties een
blijvend positief resultaat uit voort zal
vloeien. Dat door de acties en activitei
ten, aangepast aan de plaatselijke situa
tie, het draagvlak van het werk kan wor
den versterkt. Dat is voor de organisaties
van betekenis, het heeft evenzeer waarde
voor de totaliteit van ons bouwkundig
cultuurgoed. Wie zich zijn verleden niet
bewust is, heeft geen bewuste toekomst.
Verleden en toekomst zijn via het heden
onverbrekelijk aan elkaar verbonden.
Het is dit besef, dat ons bij het werk, dat
ons wacht, moet inspireren. Het heden
moet benut worden om activiteiten te
ontplooien, die de brug tussen verleden
en toekomst slaan."
„Voor ons land is het jaar 1975 nog van
bijzondere betekenis omdat het juist in
deze tijd 100 jaar geleden zal zijn, dat de
Nederlandse overheid zich heeft ingezet
tot een meer gerichte zorg voor ons cul
turele erfgoed.
Holland op z'n smalst
Jhr. mr. Victor de Stuers heeft daar met
een artikel in de Gids .Holland op z'n
smalst' de start toe gegeven. Daar zal het
volgend jaar op gepaste wijze aandacht
voor worden gevraagd.
Voor onze hoofdstad zal 1975 het jaar
zijn waarin het 700-jarig bestaan zal wor
den herdacht, de Amsterdammers ken
nende, zal het gelukkig ook wel gevierd
worden."
De prins besloot z'n toespraak met een
beroep op de aanwezigen vertegen
woordigers van talloze verenigingen en
stichtingen om de activiteiten voor het
Monumentenjaar 1975 te stimuleren.
Na de vertoning van een korte film:
Monumenten Ons een zorg, sprak de
heer Vonhoff de samenkomst toe.
We zijn te laat
Al zag hij de toekomst niet zó somber in,
toch moest de heer Vonhoff constateren,
dat we te laat zjjn, dat we achter liggen
met onze zorg voor de bescherming van
het monument. Daarom is het Monu
mentenjaar 1975 een uitdaging. Hoe
kunnen we die uitdaging aanvaarden?
Het nationaal comité zal op velerlei ter
rein initiatieven ontplooien, zoals ten
toonstellingen en het betrekken en
interesseren van de jeugd in hetgeen ons
bezighoudt. De heer Vonhoff noemde
het een unieke kans voor het publieke
initiatief om in te spelen op de mogelijk
heden, die het comité zich voorstelt te
openen. Het Monumentenjaar 1975
moet tot een doorlopende activiteit uit
groeien. Daarbij zullen we ons niet te
sterk projectgebonden moeten tonen;
het doel moet ruimer zijn. We kunnen
ons niet veroorloven slapende te blijven.
We moeten prikkelen tot activiteiten.
Het nationaal comité wil die activiteiten
steunen en bundelen. Er moet naar
nieuwe mogelijkheden worden gezocht.
De heer Vonhoff zei in dit verband ervan
overtuigd te zijn, dat er nog vele onbe
kende mogelijkheden zijn. Het zou
onverantwoord zijn als die niet werden
benut. De tijd, die ons rest, is kort. Er
doen zich vele moeilijkheden voor, maar
laten we daarover niet spreken, maar met
elkaar naar oplossingen zoeken, zodat
het Monumentenjaar 1975 het begin zal
worden van een nieuwe toekomst met
een blik op het verleden.
Het gezelschap kreeg vervolgens een
Engelse film „A future for the past" te
zien, waarin men geconfronteerd werd
met de problemen, waarmee ook vele
Engelse steden worstelen. Ook aan de
overzijde van de Noordzee is onnoeme
lijk veel gesloopt, dat waard was behou
den te blijven. Ook daar is men maar al
te vaak bezweken voor de „eisen" van
het verkeer. De film toonde de aan
wezigen eveneens, dat er ontstellend
lelijke gebouwen op de kaalgeslagen
plaatsen zijn neergezet. En voorts liet de
film zien, dat bij lang niet alle stadsuit
breidingen rekening is gehouden met het
omringende landschapsschoon. Ook in
Engeland leven vandalen.
Angstwekkend was verder de verwoes
tende invloed van het verkeer op monu
mentale bebouwing in vaak voor dit
zware verkeer te smalle straten. Hier en
daar heeft men zich ook niet ontzien
moderne viaducten over een oude stads
kern heen te bouwen. Maar zó somber
kon deze film niet zijn, of ze toonde ook
wat een kostelijk bezit Engeland nog aan
de 15e-, 16e-en 17e-eeuwse architectuur
heeft. Gelukkig is in Engeland de drang
om behoud groot. Wat men wil, klinkt
eenvoudig sprak de toelichtende stem;
„wat houdt ons tegen? 't Is altijd een
kwestie van geld." En zo is het in Neder
land eveneens.
Terecht kreeg deze Engelse film een
dankbaar applaus.
Nadien hebben vertegenwoordigers van
verscheidene verenigingen nog bepaalde
denkbeelden voor het monumentenjaar
naar voren gebracht, of verteld van de
problemen waar ze mee worstelen.
„Als wij zorgen voor de ideeën," zo zei
de heer Vonhoff ten slotte, „komt het
geld er ook wel!
Het 1965 ha grote landgoed Het Planken
Wambuis is gered. Het Rijk heeft het
aangekocht voor ca. f9,5 miljoen. Tezelf-
der tijd werd bekend gemaakt, dat het
Rijk het bezit heeft verworven van de
Amerongse Berg (1151 ha!, tegen een
bedrag van zeven miljoen gld. en het
Huis ter Heide (619 ha) voor f3,5 mil
joen.
Het behoeft weinig betoog, dat we ons
bijzonder verheugen over de aankoop
van het Planken Wambuis, over de toe
komst waarvan we ons in het februari
nummer van de vorige jaargang ernstig
bezorgd maakten na kennisneming van
een advertentie, waarin het landgoed te
koop werd aangeboden. We deden een
ernstig beroep op de overheid om het
Planken Wambuis aan te kopen. Dat is
dan nu geschied. Het staat intussen nog
niet vast of het een natuurreservaat van
het ministerie van CRM wordt dan wel
onder beheer komt van Staatsbosbeheer
of aan de Vereniging tot behoud van
natuurmonumenten wordt overgedragen.
Deze vereniging wordt belast met het
beheer van Huis ter Heide; Staatsbos
beheer krijgt de zorg over de Amerongse
Berg.
De drie aanwinsten zijn uitermate be
langrijk, in aanmerking nemende, dat te
vaak nog aanslagen worden gepleegd op
het weinige natuurschoon in ons land.
Wat het Planken Wambuis betreft, dat
vormt nu een fraaie aansluiting bij
andere landgoederen, waarvan we moe
ten hopen, dat het rustieke karakter vol
komen bewaard zal blijven.
v. d. W.