stellen werd daarna met een grote meerderheid verworpen op grond van de overweging, zoals door een der leden uitgedrukt, de goede geest in de bond te laten prevaleren. Hierna kwam het voorstel tot wijziging der statuten aan de orde Deze wijzi ging was voorbereid door een kleine commissie met bijstand van een jurist en een notaris. Het Dag. bestuur had vele reacties op het wijzigingsvoorstel ontvangen, hetgeen dr. Hoegen be paald verheugend noemde, omdat daaruit de daadwerkelijke belangstel ling van de leden voor Heemschut blijkt. De vergadering heeft verscheidene uren aan de behandeling van de wijzi gingsvoorstellen besteed. Veel aan dacht werd geschonken aan de vraag of de vereniging de naam „Bond" moest handhaven. Er gingen uit de vergadering stemmen op „bond" te laten vervallen om zodoende het ka rakter van een vereniging van individu ele leden duidelijker te doen uitkomen. Van de zijde van het bestuur werd hiertegen bezwaar gemaakt omdat Heemschut algemeen als „Bond Heemschut" bekendheid heeft gekre gen. De oude naam werd daarom ge handhaafd. Ook de nieuwe doelomschrijving ont moette kritiek; zo werd de opmerking gemaakt, dat deze identiteitsverlies zou kunnen betekenen. De voorzitter merk te hiertegenover op, dat de nieuwe doelomschrijving het hele terrein van Heemschut bestrijkt. Toch werd aan art. IV op aandrang uit de vergadering nog iets toegevoegd. Het doel zal dus voortaan luiden; De vereniging heeft ten doel het waken voor de schoon heid van Nederland in de meest uitge breide zin. De laatste vijf woorden zijn aan het oorspronkelijke bestuurs voorstel toegevoegd. De overige wijzigingen die tijdens de vergadering nog werden aangebracht, menen we in dit verslag niet op de voet te moeten volgen, maar wel willen we nog op enkele details wijzen. Zo dient melding te worden gemaakt van de invoering van het instituut van verlaag de contributie voor de jongere leden tot 25 jaar. De aanvankelijk voorgestel de maximum leeftijdsgrens van 18 jaar werd op voorstel van het Dag. bestuur gewijzigd in 25 jaar. Tot 18 jaar hebben de leden geen stemrecht. Op voorstel uit de vergadering werden de artikelen V en VI omgewisseld. Na der gewijzigd werd ook art. VII (Alg. bestuur). Voorgesteld was dit uit ten hoogste 25 leden te doen bestaan. Besloten werd hiervan dertig te maken. Verder zullen naast de voorzitter ook de secretaris in de toekomst als zoda nig door de algemene ledenvergade ring worden benoemd. Aansluitend hierop werd ook art. VIII aangepast. Het Dag. bestuur zal voortaan even eens door de algemene ledenvergade ring worden benoemd. Nader zal nog in het huishoudelijk regl. worden vastgelegd, dat ook de leden kandidaten kunnen stellen voor het (algemeen) bestuur zoals ook in het oude H.R. stond. Eveneens krijgt de algemene ledenvergadering meer in spraak door een ter vergadering aan gebrachte wijziging van de slotbepa ling van de statuten. Nadat aldus de wijzigingen van de statuten waren vastgesteld in een dis cussie, waarbij over en weer van een goede harmonie werd blijk gegeven, werden voorzitter en secretaris ge machtigd de Koninklijke goedkeuring aan te vragen en niet-principiële wijzi gingen, die eventueel door het Ministe rie van Justitie mochten worden ge wenst, aan te brengen. Drie ter verga dering aangewezen leden zullen de secretaris bij deze afwerking assiste ren. De jaarlijkse algemene ledenvergade ring Met de behandeling van de statutenwij ziging waren meer dan drie uren heen gegaan en toen moest nog de jaarlijkse algemene ledenvergadering worden gehouden. Die vergde nog eens ca. drie uur, wel een bewijs hoezeer de aanwezigen de belangen van Heem schut ter harte gaan. Men offerde er zelfs een lunchpauze voor op! De hon- gerigen werden echter dank zij het improvisorisch talent van de heer Mol- huysen toch gevoed. Dr. Hoegen hield om tijdswille een uiterst korte openingsrede, waarin hij in aansluiting aan de nieuwe uitgangs punten, neergelegd in de nieuwe statu ten, nog eens wees op de noodzaak van bundeling van krachten, hetgeen in de Nationale Contactcommissie kan worden bereikt, maar dat betekent niet, dat Heemschut zijn identiteit en onaf hankelijkheid zal verliezen; integen deel. Juist van Heemschut zullen nieu we activiteiten moeten uitgaan. Boven dien zal Heemschut door de nieuwe opzet op het nationale vlak nog grotere waakzaamheid aan de dag kunnen leg gen. Bij de Ingekomen stukken was een brief van de particulier-secretaresse van H.K.H. Prinses Beatrix der Neder landen waarin zij in opdracht van H.K.H. mededeelde dat zij tot haar spijt verhinderd was de algemene vergade ring bij te wonen. Na goedkeuring van de notulen van de vorige algemene ledenvergadering, werd de benoeming van mr. J. H. W. Verzijl tot secretaris door de vergade ring bekrachtigd, waarbij de vergade ring dispensatie verleende t.a.v. art. IV der oude statuten. Bij de bespreking van het jaarverslag van de secretaris werd uit de verga dering de opmerking gemaakt, dat daarin onvoldoende tot uitdrukking is gebracht, wat de heer Ton Koot gedu rende een lange reeks van jaren voor Heemschut heeft betekend. Van de desbetreffende passage in het jaarver slag had meer warmte kunnen uitgaan. De koelheid is onverdiend, zo werd betoogd. Mr. Verzijl merkte hiertegenover op, dat we allen heel goed weten wat de heer Koot voor Heemschut heeft bete kend. Sommige leden bleken hiermee toch niet geheel vrede te hebben; andere leden merkten echter op, dat de heer Koot in de vorige ledenvergadering al uitvoerig dank is gebracht en dat de instelling van een penning, die de naam van Ton Koot zal dragen de hoogste onderscheiding is, die men iemand kan toekennen. Dr. Hoegen stelde er prijs op de verga dering ervan te doordringen, dat het Dag. bestuur alles in het werk heeft gesteld om „narigheden" met betrek king tot het aftreden van de heer Koot te vermijden. Hij stelde, dat er tussen het bestuur en de heer Koot geen persoonlijke „narigheid" is. Het bestuur heeft getracht alle scherpe kanten te vermijden. Als consequentie van dit standpunt had het bestuur de heer Koot tot erelid willen bènoemen. De heer Koot heeft het bestuur geschre ven dit ere-lidmaatschap niet te willen aanvaarden. De heer Koot heeft, zo hield dr. Hoegen de vergadering voor, zelf ontslag genomen uit zijn verschil lende functies. Het bestuur heeft ge tracht hem hiervan te weerhouden. Dr. Hoegen constateerde, dat er een alge mene en grote waardering bestaat voor hetgeen de heer Koot voor de Heemschut-gedachte heeft gedaan. Hierop werd uit de vergadering de opmerking gemaakt, dat er niettemin een groot gevoel van onbehagen bestaat omtrent hetgeen zich heeft voorgedaan. Er zou geprobeerd moe ten worden een en ander terug te draaien. Dr. Hoegen deelde hierop mee, dat het bestuur de heer Koot heeft gevraagd algemeen adviseur te worden en lid van het algemeen bestuur te blijven. Nadat hij dit aanvankelijk had aanvaard, heeft hij deze beslissing later ingetrok-

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1973 | | pagina 21