De St. Nicolaas- of Nieuwkerk te Dordrecht deze tak van „de bouw" nog slechter gaat dan in de andere takken. Het is kapitaalsvernietiging en daarom econo misch onverantwoord deze bedrijfstak te laten verkommeren. Derhalve is het tekort aan subsidies immoreel, onrechtvaardig en econo misch niet verantwoord. Quod erat demonstrandum. De slimmerik heeft nog een vraag. Hoe zal die bedrijfstak (stel dat dit eens gebeurt) een sprong van 184 naar 920 miljoen kunnen verwerken? Het antwoord is simpel. Een aantal jaren terug was een totale investering van 185 miljoen genoeg, om de be drijfstak gaande te houden (èn om de monumenten te redden, jawel lieve le zer, maar dat is nu niet aan de orde). Sindsdien is er in de bouwmarkt wel iets gebeurd. De loonstijgingen treffen restauraties harder dan het overige bouwvak. Het werk bestaat overwe gend uit zeer loonintensief handwerk. Zelfs materiaalkosten zijn veelal kosten van handwerk (het slopen, pellen, bik ken en tassen van oude baksteen bij voorbeeld). Verkortingen van de arbeidstijd treffen restauraties harder dan het overige bouwvak. Bij een kerkrestauratie zijn zeer uitgebreide steigers nodig, die veel groter zijn, en veel langer blijven staan dan bij nieuwbouw. Veel onder delen moeten ter plaatse worden bijge maakt of hersteld. Dat vereist de bouw van omvangrijke keten-complexen. Wanneer nu de arbeidstijd wordt ver kort en daardoor de duur van het werk wordt verlengd, drukken deze voorzie ningen nóg zwaarder dan tevoren. De luchtvervuiling heeft tot gevolg, dat de schade aan de te restaureren monu menten ernstiger is dan vóór de Tweede Wereldoorlog het geval placht te zijn. Dit beïnvloedt de kosten van restauraties in stijgende mate. Wanneer nu door de jaren heen de politieke wijsheid het verbiedt, dat hier mee rekening wordt gehouden, en voor subsidies steeds ongeveer het zelfde bedrag ter beschikking komt, dan betekent dat een langzaam (en niet eens zo erg langzaam) dichtdraaien van de kraan. Anders gezegd: er is een jaarlijks stij gende onderbezetting van deze be drijfstak. Ofwel, die 920 miljoen vormen geen enkel probleem. Wordt het geen tijd, dat al die Neder landers die het behoud van de monu menten van belang vinden, hetzij voor hun geestelijke gezondheid, hetzij om- De treurige staat waarin de Nieuwkerk van Dordrecht verkeert, heeft zij niet aan haar geschiedenis verdiend. De fundamenten en sommige delen van het' huidige bouwwerk zijn resten van een middeleeuwse kerk, de St. Nicolaaskerk. Over deze middel eeuwse kerk is weinig bekend. Som mige historici menen dat zij al in een stuk uit 1064 genoemd wordt. In 1567 brandde de St. Nicolaas af. Deze brand heeft Jan Doudijn geschilderd. De ka tholieken staken echter de handen uit de mouwen, in 1569, dus binnen twee jaar, was de herbouw zo ver gevor derd, dat de bisschop van Roermond het gebouw kon inwijden. In 1572 nam het nieuwe geloof de kerk over. Daarna is er duisternis in haar geschiedenis. In elk geval hebben de hervormden aan de kerk verder ge bouwd. In 1592 schijnt ze naar de zin te zijn geweest. De bouworde werd een tweeschepige hallenkerk, in welke vorm zij nu nog bestaat. De toren is van latere datum. Werd in 1854 het inwendige vernieuwd, aan het exterieur deed men kennelijk weinig, de meeste ramen zijn dichtgemetseld. Zo'n tien jaar geleden zong de ge meente er voor het laatst psalmen. Men roemde de kerk om de akoestiek. Nü is het orgel verkocht en zijn de bankenverdwenen. Het dak lekt, draagbalken vertonen duimdiepe dat ze er hun brood mee moeten ver dienen, eens gaan overleggen, hoe ze samen een dikke vuist kunnen maken? Misschien dat dan bij de Overheid het besef rijpt, dat het huidige beleid de kritiek van Fouché verdient: het is er ger dan een misdrijf, het is een fout! Corneille F. Janssen Hoe lang nog moet deze St. Nicolaaskerk of Nieuwkerk in Dordrecht aan onzekerheid en verwaarlozing blijven overgeleverd? barsten. De aftakeling is niet van giste ren of tien jaar geleden. Al in 1933 schreef de Dordtse archivaris J. L. van Dalen (Geschiedenis van Dordrecht dl. II, p. 720): „Zij (de Nieuwkerk) staat daar als een stomme getuige van een geest van verachtzaming, die zelfs in staat zou zijn haar voor afbraak te verkoopen en die allerminst aan restauratie denkt." Gelukkig heeft niet iedereen zo'n „geest van verachtzaming". Er bestaat in Dordrecht een stichting tot behoud en restauratie van deze kerk. Maar door omstandigheden heeft de stich ting op dit moment weinig armslag.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1973 | | pagina 15