r J De Nieuwe Kerk in vroeger jaren, toen de gracht nog niet gedempt was. raad èn de trouwzalen, moest voorlo pig achterwege blijven. Dat dit zeer tegen de zin van architect Luthmann was, laat zich verstaan. Hij heeft altijd gehoopt, dat het representatieve deel nog eens zou worden gebouwd, maar die hoop is niet in vervulling gegaan en het zal er ook nooit meer van komen. Want vergaderzaal voor de gemeente raad én tevens burgerzaal, is nu in moderne stijl gebouwd naast het pre cieuze stadhuisgeveltje aan de Groen markt. Zo kreeg Den Haag in feite twee stadhuizen en als we de trouwza len in de Javastraat er bij rekenen, zelfs drie! Om meer dan één reden een kwalijke oplossing. Voor wat Luthmann's bouwwerk op het Alexanderveld betreft, daar staat in feite niet meer dan een kantoorge bouw, dat bovendien grotendeels verscholen ligt achter de gevel van de Javastraat, een straatgevel, die tot beschermd stadsgezicht is verklaard. Het heeft niet zo mogen zijn. De basis van de geheel andere koers die is gekozen, ligt echter bij de beslissing het stadhuis niet te bouwen in het eerder genoemde Spuikwartier, dat in snel tempo verkrotte. Het proces van verval heeft er toe geleid, dat nu al vele jaren eén deel van de oude Haagse binnenstad een woestijn is, overdag en deels ook 's avonds en 's nachts vol gestouwd met geparkeerde auto's. Een rampzalige toestand. Die had niet be hoeven te ontstaan, want Dudok, de wereldbefaamde stedebouwer, legde na de bevrijding aan het gemeente bestuur een plan voor om van het Spuikwartier een nieuw regeringscen trum te maken. Dat was een voortref felijke gedachte, waarmee Dudok dit stadsdeel, nu er geen stadhuis mocht staan, toch een representatief karakter wilde geven. Maar de toenmalige re gering stak er een stokje voor. Het Rijk oordeelde dat een aantal ministeries ter plaatse vooral 's avonds een dode hoek zou gaan vormen. Alsof het niet mogelijk was geweest er ministeries te bouwen èn andere gebouwen met een levend element, zoals een schouwburg, een hotel, winkels. Die regeringsbeslis sing heeft ernstige gevolgen gehad. Grondspeculatie bracht een deel van het Spuikwartier in handen van de EMS, die de Italiaanse architect Nervi uitnodigde een bouwplan te ontwer- pen. Het werd een lijdensgeschiedenis. Nervi kwam met een architectonische conceptie, die zijn faam als architect bevestigde. Alleen, hij had onvoldoen de rekening gehouden met de nabijge legen Nieuwe Kerk, een 17e eeuws juweel in achtkanten vorm van Pieter Aaronsz. Noorwitz. Nervi's plan, o.m. kantoren, een hotel en een schouw burg omvattende, werd door de autori teiten afgewezen. Zijn massale bouw blok zou onherstelbare schade hebben toegebracht aan het gezicht op de Nieuwe Kerk. Nervi kreeg zijn werk teruggestuurd met de opdracht reke ning te houden met de bezwaren. Er kwam een tweede ontwerp, iets ope ner, iets minder massaal, maar ook dat kon geen genade vinden in de ogen van schoonheidscommissie en stedelij ke autoriteiten. De lijdensgeschiedenis nam daarmee geen einde. De architec ten Lucas en Niemeyer zouden Nervi's ontwerp aanpassen, maar inmiddels waren de denkbeelden over hetgeen er nu eigenlijk in het Spuikwartier zou moeten worden gebouwd, gewijzigd. De nieuwe inzichten hielden verband met de bouw van het nieuwe Station C.S. en met nieuwe verkeersplannen. Om een lang verhaal kort te maken, de twee Nederlandse architecten kregen een totaal nieuwe opdracht, nl. het ont werpen van een stedebouwkundig plan tussen ruwweg het nieuwe station en het Spui. Het resultaat van hun arbeid was het project dat de naam Nieuwe Hout kreeg. De twee bekwa me architecten kregen, geenszins ten onrechte, veel lof toegezwaaid voor hun huisvlijt. De Nieuwe Hout was ruimer van opzet dan het Nervi-plan, maar dat lag in hun opdracht besloten. Van betekenis was, dat het Rijk er interesse voor toonde. En nu komt het: nadat betrekkelijk kort na de oorlog de toenmalige regering niet wilde weten van de bouw van ministeries ter plaatse, bleek, dat men nu ineens weer wel enige departementsgebouwen in het Spuikwartier wilde neerzetten. Het kan verkeren, zei Breero al. De bezwa ren tegen Dudok's denkbeelden waren van de tafel geveegd. Toegegeven, het plan Dudok had inderdaad bezwaren. De denkbeelden omtrent de stede- bouwkundige conceptie van dit stadsdeel, als 't ware een uitloop van de oude binnenstad, zijn in zo'n dertig jaar gewijzigd. Bovendien kreeg men geleidelijk andere gedachten over wat er nu precies gebouwd zou moeten worden, terwijl intussen ook nog een strijd moest worden geleverd over de vraag waar nu precies het nieuwe sta tion zou moeten komen. Voorts gingen de verkeerscongestie en het daarmee gepaard gaande parkeervraagstuk een steeds belangrijker rol spelen. Terzijde moet nog worden vermeld, dat de Tweede Kamer intussen met de ge dachte heeft gespeeld in het onderha vige stadsdeel een nieuw parle mentsgebouw te zetten. Dit plan lijkt echter nu wel van de baan. Men moet Hagenaar zijn om goed te beseffen hoe er met de sanering van het verkrotte Spuikwartier is gesold. De woestijn is steeds groter gewor den. De slopers hebben hun werk grondig gedaan. Ware tijdig ingegre pen, menige fraaie gevel zou gespaard hebben kunnen worden. De hoofd schuldigen moet men intussen zoeken bij de grachtendempers van weleer. Wie nog eens prenten en foto's van dit stadsdeel uit het laatst van de vorige en het begin van deze eeuw bekijkt, staat het huilen nader dan het lachen. Van het oude - waarbij, dit moet wor den toegegeven, ook veel van weinig of geen waarde was - is niets meer over. Misschien blijft enkel het intieme Julianahofje gespaard. De Nieuwe Hout, in de een of andere vorm, zal er wel komen. Alleen vraagt iedere Hagenaar zich af: wanneer? De geschiedenis van het Spuikwartier

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1973 | | pagina 10