Het gaat allen aan Vijf miljoen gulden 108 2.K.H. Prins Claus tijdens zijn korte toespraak. staat in feite maar één geaccepteerde oplossing: Dem ping. Doorbraak. Sanering. Het argument van de moker geldt. De moker die gaten slaat, maar niets oplost. Want gaten trekken verkeer aan. Steeds meer verkeer, dat om steeds meer gaten vraagt. Aldus het signalement van een veel gebezigde aanpak, waaraan menige mooie stads- en dorpskern te gronde is gegaan, zonder dat er iets werd opgelost." „Is het wel zéker", vroeg de heer Hoegen, „dat het in de huidige situatie een kwestie is van het een of het ander? Of welvaart, of frisse lucht; of een leefbare natuur, of een tweede auto. Het één of het ander. Het is wél zeker, dat onze tomeloos saaie nieuwbouw de logische consequentie is van onze welvaart. Maar is af braak, demping en sanering wel het enige antwoord op de verkeers- en ruimteproblemen van onze binnenste den? Het wordt tijd dat we ons bewust worden dat er nog an dere waarden spelen dan de puur stoffelijke. Dat we be seffen dat ook investeren in schoonheid economisch ef fect kan sorteren. Dat het anders kan, anders moet. Het wordt tijd dat het besef doorbreekt dat we doende zijn een wissel te trekken op de toekomst die niet alleen de onze is, maar ook en vooral van onze kinderen." De heer Hoegen was van mening, dat de gevaren die ons milieu bedreigen zó groot zijn, dat ze ons allemaal aangaan. „Zij zijn te groot om ze louter te reserveren voor con gressen. Zij horen thuis in het geweten van een ieder van ons, in het geweten van ons allemaal. Biologen, sociologen, psychologen, zij hebben voor ons berekend dat de klok op vijf voor twaalf staat. Naast die drie dimensies, die wij altijd terugvinden: lucht, water en bodem, is ons woonmitieu onverbrekelijk de vierde dimensie. Daarom kan Heemschut zich niet beperken tot monu menten of beschermde stadsgezichten. Het gaat er om de mens nu en in de toekomst in een harmonische, aan de menselijke schaal aangepaste woonomgeving te la ten leven. Er moet een nieuwe visie ontwikkeld worden. Een visie die voor Heemschut niet nieuw is. Wij hebben dit al tien tallen jaren vergeefs bepleit. Een visie, die bij de over heid nog moet gaan leven. Een visie van waaruit een nieuwe samenwerking mogelijk moet worden tussen de ministeries die monumentenzorg en huisvesting beharti gen. Monumentenzorg en huisvesting zullen hand in hand moeten gaan. Want achter de gevels van wat Nederland aan historische monumenten bezit, gaat een zee van waardevolle woonruimte schuil. Noem deze visie: monumentenzorg nieuwe stijl. Of als u dat liever wilt: huisvesting nieuwe stijl." Sprekend over de toekomst besloot de heer Hoegen: „Laten we eens alles bij elkaar optellen. Het gebrek aan financiële middelen, de recentelijk in ongunstige zin ge wijzigde fiscale aftrekregeling, het verschijnsel dat de slopingspremies vele malen hoger zijn dan die voor wo ningherstel, het groeiende verkeer met als gevolg een behoefte aan steeds meer parkeerruimte en bredere af- voerwegen, het ontbreken van een officieel milieubeleid, het vaak niet aanwezig zijn van een visie op gemeente lijk niveau, ik kan u helaas geen optimistisch toekomst beeld voorspellen, maar wellicht is er hoop, want bij de burgerij is er gelukkig een oplevende belangstelling te constateren. Wel laat, maar hopelijk nog niet té laat." Vervolgens was het woord aan de heer H. J. E. van Beu- ningen, voorzitter van het Werkcomité voor Woudrichem. Hij zei o.a.: „Het bestuur van Heemschut heeft ons Werkcomité ver zocht om medewerking te willen geven aan het bijeen brengen van een aanzienlijk bedrag, waarbij wij nastre ven vijf miljoen gulden te bereiken. Dit geld is bestemd voor een speciaal in te stellen HULPFONDS voor herstel van grote woon- en leefprojecten met historische of cul turele waarde.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1971 | | pagina 12