De Vereniging
„Hendrick de Keyser"
iüSJ
:Sl
Toen in 1918 de Vereniging „Hendrick de Keyser"
werd opgericht, waren musea en monumentenzorg
nog nauw verwante zaken. Het ging om het bewaren
van oude en zeldzame stijlvoorbeelden.
Op de eerste generatie monumentenzorgers die vooral
oog had voor de middeleeuwse bouwkunst, was een al
bredere kring gevolgd, met een uitgesproken voorliefde
voor de levendige, rijk versierde architectuur van kort
vóór en na 1600, een stijl die ook veel werd geïmiteerd
en in het historisch bewustzijn samenhangt met het
ontstaan van de Nederlandse staat.
Het was de recente afbraak van een viertal belang
rijke panden van dit type, aan de Nieuwmarkt en op
hoek Keizersgracht-Westermarkt te Amsterdam, die
in 1918 zeven vooraanstaande Amsterdammers bijeen
bracht om een organisatie in het leven te roepen die
zou kunnen optreden tegen dergelijke verliezen.
De oprichters zagen in dat de enige effectieve manier
om bepaalde panden te behouden zeker toen er
nog geen wettelijke bescherming bestond zou be
staan in het zelf eigenaar worden, stijlzuiver restaure
ren en het onderhoud verzekeren door een passende
bestemming.
Herengracht 476 te Amsterdam, geschonken aan de Vereniging
„Hendrick de Keyser".
Nederland heeft een onwaarschijnlijke hoeveel
heid verenigingen, genootschappen, stichtingen
en in de laatste tijd ook naamloze vennootschap
pen die zich bezig houden met ons natuur-,
stads- en dorpsschoon. Om onze buitenlandse
gasten op het congres van Europa Nostra een
indruk te geven van het ogenschijnlijk zo inge
wikkelde systeem van organisaties in ons land
heeft Heemschut aan een twaalftal van deze
organisaties in dit nummer een beknopt artikel
gewijd. Wij hebben de keuze beperkt tot instel
lingen die zelf grond of huizen in bezit hebben
of beheren, en daarbij zoveel mogelijk op ver
scheidenheid in opzet en doel gelet. Hoe onvol
ledig de lijst daardoor ook zijn moge, een beeld
van veelzijdige activiteit voor de bescherming
van oude bouwkunst en natuurmonumenten
geeft zij wel.
Op voorstel van de portretschilder-auteur Jan Veth,
één der aanvoerders in de succesvolle strijd tegen het
plan de Reguliersgracht te dempen, werd de nieuwe
vereniging genoemd naar de architect-beeldhouwer
Hendrick de Keyser die omstreeks 1600 in Amsterdam
tal van huizen en torens had gebouwd.
Aanvankelijk alleen in Amsterdam, maar weldra in
het gehele land heeft de vereniging haar werkzaam
heden ontplooid volgens de oorspronkelijke doelstel
ling: „het behoud van architectonisch- of historisch
belangrijke oude gebouwen". De geldmiddelen om tot
aankoop en restauratie te kunnen overgaan werden
bijeengebracht door het uitgeven van obligaties. Reeds
in het begin werd voor 500.000,geplaatst.
Na aftrek van alle subsidies mogen de eigen kosten
per pand niet hoger zijn dan bij een normale exploi
tatie door de huren kan worden gedragen.
De vereniging kon met het aldus bijeengebrachte
kapitaal krachtig aan de gang gaan. Na 10 jaar waren
al ruim 60 panden verworven. Bij het 50-jarig jubi
leum in 1968 was dit bezit aangegroeid tot 169, waar
van 65 in Amsterdam, 10 in Blokzijl, verder verdeeld
over 45 steden en dorpen, waar grotendeels slechts
een of twee „Hendrick de Keyser"-huizen staan.
Hiervan werden 47 panden door schenking verkre
gen, o.a. de zetel van de vereniging, Herengracht 284,
en het prachtige pand Herengracht 476. Eigenaars
die zeker willen zijn dat een dierbaar huis na hun
overlijden in ere zal worden gehouden, weten dat het
bij „Hendrick de Keyser" in veilige handen zal zijn.
Omdat voor deze oudste en belangrijkste monumenten-
bezittende instelling de historische waarde, ook van
het interieur, voorop staat, en de restauratieplannen
daarop zijn gericht, krijgt de vereniging een hoger
subsidiepercentage dan de andere, nl. 40 van het
Rijk, 40 van de gemeente en 10 van de pro
vincie.
52