Heemschutberichten
Ik hoop, dat de misverstanden die door mijn eerdere
beschouwing in Heemschut gewekt kunnen zijn,
hiermede opgelost zijn.
In de gevallen genoemd onder 2, 4 en 6 werd in ge
heel gelijkluidende bewoordingen een beroep tegen
de kennisgeving van de voorgenomen plaatsing van
panden op de lijst van naar het oordeel van de Mi
nister voor bescherming in aanmerking komende
monumenten, niet ontvankelijk verklaard,
In Bouwrecht heeft de heer Verzijl de interessante
kwestie aangesneden, of wellicht beroep tegen de
voorgenomen plaatsing kan worden ingesteld-op
grond van de Wet Beroep Administratieve Beschik
kingen (B.A.B.), die een op andere wetten aanvul-
Interessante motivering.
Een beroep van.B. en W. van Rheden tegen het be
sluit van de Gedeputeerde Staten van Gelderland is
door de kroon ongegrond verklaard. De goedkeuring
is onthouden aan een herzien uitbreidingsplan voor
Dieren, betreffende de voormalige buitenplaats IJs-
selstein.
Volgens het plan zou ter plaatse van deze voormalige
buitenplaats een verzorgingsflat komen. De Kroon
vond de ligging op zichzelf niet-ongunstig. Het ter
rein ligt echter in de onmiddellijke nabijheid van de
druk bereden Rijksweg Arnhem-Zutphen. Verwezen
lijking van de voorgenomen bebouwing zou onver
mijdelijk een meer intensief gebruik van de bestaan
de uitwegen op deze Rijksweg ten gevolge hebben.
Dit acht de Kroon uit een oogpunt van verkeersvei
ligheid onaanvaardbaar. Gemeend wordt, dat Gede
puteerde Staten terecht aan dit plan de goedkeuring
onthouden hebben.
T. K
Amsterdam, city-vorming in de binnenstad of in de
Pijp
Heemschut 'heeft in een brief aan B. en W. zijn ver
ontrusting uitgesproken over het feit dat de ge
meente thans city-vorming in de 19de-eeuwse wijken
afwijst, en in een brief aan de burgemeester protest
aangetekend tegen de rede van ir. Snijders. Beide
vraagstukken en hun onderlinge samenhang zijn in
een afzonderlijk artikel in dit Heemschutnummër
besproken.
Hellendoorn, ijsfabriek
In hoger beroep heeft Heemschut bij G.S. van Over
ijssel bezwaar gemaakt tegen het raadsbesluit van
Hellendoorn om door wijziging van het bestem
mingsplan de vestiging van een ijsfabriek in een be
langrijk natuurgebied toe te staan.
lende beroepsregeling geeft.
De kennisgeving van voorgenomen plaatsing, die
volgens de Kroon evenmin als „het daaraan ten
grondslag liggende aanvankelijke voornemen op
zichzelf reeds als een beslissing in de zin van artikel
26 der wet kan worden gezien", zou dan wèl een ap-
pellabele beschikking in de zin van de Wet-B.A.B.
kunnen zijn. Volgens mededeling van de heer Ver
zijl is een beroep tegen voorgenomen plaatsing op de
lijst op grond van art. 26 Monumentenwet juncto
art. 4 Wet-B.A.B. ingesteld, zodat in de nabije toe
komst de Kroon zich over deze juridische puzzle zal
moeten uitspreken.
Mr. F. C. J. KETELAAR
Ijlst, „de Pikpólle
Bij K.B. van 12 okt. 1967 is ter wille van de land
schappelijke waarde goedkeuring onthouden aan de
bestemming van „de Pikpólle" tot industrieterrein.
Heemschut had de bezwaren van de eigenaar on
dersteund en hem terzake van advies gediend. Ver
volgens heeft Heemschut de minister van C.R.M.
gevraagd het omstreden gebied huis met beplan
ting tot beschermd dorpsgezicht aan te wijzen.
Warmond, bestemmingsplan Zwanburg
De bezwaren die Heemschut tegen het ontwerp-be-
stemmingsplan Zwanburg had aangevoerd, zijn door
de gemeenteraad ongegrond verklaard. Heemschut
is in hoger beroep gegaan bij het provinciaal be
stuur.
Ameland, verkeersdam
Eleemschut heeft aan de ministers van Verkeer en
Waterstaat, van Cultuur, Recreatie en Maatschap
pelijk Werk, en van Volkshuisvesting en Ruimtelij
ke Órdening gevraagd te willen bevorderen dat de
verkeersdam naar Ameland, waartoe G.S. van Fries
land besloten hebben, achterwege blijft. Dit werk
zou vooruit lopen op een beslissing over de van be
paalde zijde gepropageerde droogmakerij van de
Waddenzee en daarover is nog geen besluit geno
men.
Ziüolle, perceel Praubstraat 30
Verschillende door Heemschut bestreden punten uit
het bestemmingsplan stadskern Zwolle zijn door G.S.
geschrapt. Ten aanzien van de rooilijnverlegging
aan de Praubstraat verklaarden G.S. de bezwaren
echter ongegrond. Heemschut is in hoger beroep ge
gaan, maar heeft bovendien B. en W. verzocht om,
indien het omstreden pand Praubstraat 30 uiteinde
lijk toch zou worden gesloopt, dit elders in de stad
te herbouwen.
10