de verdiepingen van beide gebouwen verbindt, en in die van het meisjeshuis ook raamopeningen die uitzicht geven op de schilderijen. Deze worden zodoende toch opgenomen in de rondgang door de verzameling, op de plaats waar ze horen, zonder door hun omvang te storen. Dit is niet alleen een uitstekende oplossing voor de interne organisatie, maar ook voor de integratie van het museum in het voetgangersverkeer van de binnenstad." Vooral dit laatste is voor Dr. Levie een levensbelang van het nieuwe museum. „U moet bedenken," zegt hij, „dat beide helften van het ge bouwencomplex van het eerste begin af een sterk introvert karakter hebben gehad. Het waren geslo ten, naar binnen gekeerde eenheden, als klooster en als bejaardentehuis. De vereniging van beide helften in het weeshuis heeft dit versterkt. Jongens- en meisjes-wezen hebben hun eigen, gesloten poort: in de Kalverstraat en de St. Luciënsteeg. De poort tussen beide delen was ook op slot. Buitenstaanders hadden er niets te maken. Wie in Amsterdam behalve een kleine kring met een sterke historische belangstelling kent de prachtige binnenplaatsen? Museum-mensen zijn tegenwoordig intensief bezig met het verschijnsel drempelvrees. De in brede kring nog altijd bestaande drempelvrees voor musea wordt in dit geval nog versterkt door de historie van het gebouw. Ik zie de oplossing in de schuttersgalerij. Het moet een drukke voetgangersweg worden, een deel van het Kalverstraat-verkeer dat via de binnen plaatsen en de galerij van het jongenshuis verbin ding krijgt met het Begijnhof en het Spui, toegan kelijk voor iedereen, zonder verplichting maar met een uitnodigende mogelijkheid het museum even binnen te gaan. Natuurlijk blijft de schuttersgalerij een deel van het museum, maar toch, evenals de bin nenplaatsen, met een sterk openbaar karakter. Van groot belang is het in dit verband dat de voormalige koestal, later timmerloods, die aan de galerij van Pieter de Keyser is gelegen en dus in de loop ligt, ingericht zal worden als café-restaurant. Dat heeft een museum tegenwoordig nodig, en de situatie is hier wel bijzonder gelukkig. Hier komt nog iets bij. 34

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1967 | | pagina 16