De Ridderhofstede „DEVER" te Lisse Die schoonste plaats, die ik in Holland weet, Wiens schoonheid is met sierlijkheid bekleed. Met deze dichterlijke woorden bezingt Jan de Graaff Simonsz omstreeks 1770 in de „Lisser Arka- dia" zijn Roemwaard Dorp, zijn Roemrijk Lis. Is Lisse thans nog mooi? Bos en duin zijn groten deels verdwenen. Toch zal wie tijdens de bloeitijd op een niet te drukke dag de bollenstreek bezoekt, deze vraag zeer zeker positief beantwoorden. Als echter de bloei voorbij is en het gewas is afgestor ven, ontstaat een beeld, dat meer op een steppen- landschap gelijkt, dan op vruchtbare, Hollandse landouwen. De heggen, die vroeger de bollentuinen omsloten, zijn bijna alle gerooid en er blijft een beeld van dorrend loof en stuivend zand. Deze voor de bollenteelt waardevolle gronden moeten onbebouwd blijven. Daarom breidt het dorp zich naar het Oosten uit. De groene weiden aan de oostzijde van de straatweg Haarlem-Leiden zijn daardoor goeddeels verdwenen. Gelukkig heeft het gemeentebestuur van Lisse thans zeker een open oog voor de schoonheid van het dorp. Aan de groenvoorziening wordt veel aandacht besteed en het uitbreidingsplan „Poel polder" heeft bepaalt allure. (Indien men tenmin ste op ruimte en materiaal nu niet gaat beknib- beien)En dan is er nog de Keukenhof. Niet alleen het tentoonstellingsterrein, maar ook het grote bos met het bijbehorende duingebied, met zijn hakhout en zijn weilanden. Hoe ver lijken de twintiger jaren achter ons te liggen, toen men de Graat van Lynden een asociale instelling verweet, omdat hij zijn land goed niet wilde laten ontginnen voor de bollen- cultuur! Hier blijkt een verschrikkelijk gebrek aan visie, een visie waarop Heemschut altijd en overal weer een beroep blijft doen. Het blijkt voor dorps bewoners soms zeer moeilijk, hun eigen gemeen schap van zulk een afstand te bezien, dat deze visie mogelijk is. Wie van het zuiden uit Lisse nadert ziet aan zijn rechterzijde nog frisse, groene weilanden met wat boerenbebouwingen en dan, achter een bollentuin, een ruïne. De begrenzing aan de noordzijde is wel niet fraai, maar het geheel doet de haastige weggebruikers toch een ogenblik weldadig aan. Helaas zal dit rustieke landschap niet behouden kunnen blijven. Boerenland wordt verkocht, straten worden aangelegd, fabrieken worden gebouwd en de oude ruïne vervalt steen voor steen. Elet is mede door de welwillende houding van Lisse's ge- 11 Uitzicht van de dijk van de Poelpolder naar Dever in 1964: binnenkort zal dit grotendeels volgebouwd zijn. «W.J. wlSSL-. De ruïne van Dever in 1906, pastel door A. L. Koster, gemeenteareh ief J-ïaarlem.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1966 | | pagina 15