Heemschutberichten
70
Harderwijk, uitbreidingsplan Friesegracht
In het bezwaarschrift dat Heemschut in juni 1963 in
diende bij G. S. tegen het bovengenoemde uitbrei
dingsplan werd de vraag gesteld of het juist was ingrij
pende stedebouwkundige maatregelen ten aanzien van
de bebouwde kom, met inbegrip van de historische
stadskern, te vatten in de procedure van een uitbrei
dingsplan, of dat een dergelij ke structurele wijziging van
de stadskern niet door middel van bijzondere rooilijn
voorschriften, bouwverboden e.a. had dienen te wor
den geregeld. Uitvoerig werd in het adres voorts uit
eengezet dat de beoogde verkeersweg de kern van
Harderwijk geheel uit zijn verband zou trekken en
een even ernstige als onnodige aantasting van de bin
nenstad zou zijn.
In het besluit van 11 Mei 1964 lezen wij dat Gedepu
teerde Staten„overwegende dat het treffen van stede-
bouwkundige voorzieningen voor de oude stadskern
van Harderwijk weliswaar wenselijk moet worden ge
acht, doch dat dit niet met de procedure van het uit
breidingsplan kan worden geregeld hebben beslo
ten goedkeuring te onthouden aan het uitbreidings
plan - in onderdelen „Friesegracht" voor zover
het betreft de ontworpen doorbraak"
Dit betekent dat de aantasting van de stadskern voor
lopig van de baan is omdat het gemeentebestuur een
procedurefout had gemaakt. Op de zaak zelf zijn G. S.
niet ingegaan, en de zinsnede in de overweging dat
„het treffen van stedebouwkundige voorzieningen voor
de oude stadskern weliswaar wenselijk moet worden
geacht" opent wel de deur om een soortgelijk plan op
nieuw in te dienen maar dan in de juiste wettelijke
vorm. Hoe dan ook: de eerste poging is mislukt.
Alkmaar, demping Luttik Oudorp
Naar aanleiding van het door B. en W. van Alkmaar
uitgesproken voornemen om, in strijd met het na zo
veel moeite tot stand gekomen structuurplan, toch een
voorstel tot demping van het Luttik Oudorp in te die
nen, heeft het bestuur van de Bond Heemschut zich
opnieuw met een adres tot de gemeenteraad gewend.
Daarin worden de verschillende argumenten tegen het
dempen van grachten, in het algemeen en in dit spe
ciale geval, nog eens samengevatdat er geen verkeers-
oplossing door bereikt wordt, dat de verhoopte par-
keerverruiming tegenvalt en in het gehele binnenstad-
verkeersvraagstuk onjuist gesitueerd is, voorts de door
demping ontstaande wanverhouding in het wegprofiel,
en de kwalijke gevolgen van een voortgaande vestiging
en uitbreiding van industriële bedrijven in een ver
krottend stadsdeel, welke bedrijven juist aandringen
op demping omdat zij de enige zijn die er op korte
termijn van profiteren.
Van B. en W. kwam het antwoord dat de raad het
adres van Heemschut voorlopig voor kennisgeving
heeft aangenomen, omdat eerst bij indiening van een
voorstel tot wijziging van het stedebouwkundig basis
plan zal kunnen blijken in hoeverre er aanleiding is
om op de argumenten van Heemschut in te gaan.
Dat het standpunt van de Bond in Alkmaar toch wel
aandacht trekt konden wij constateren in het Alkmaars
Weekblad, waar het desbetreffende artikel uit ons blad
nr. 1 van deze jaargang (blz. 11-14), in extenso werd
overgenomen.
Tilburg, Tongerlose Hoef
In ons Decembernummer 1961, blz. 104, werd melding
gemaakt van de Tongerlose Hoef, een 17de-eeuwse
boerderij die in het uitbreidingsplan „het Zand" wel
iswaar gespaard wordt, maar waarvan het behoud
eerst verzekerd is wanneer er een passende bestemming
voor is gevonden en de nodige restauratiesubsidies zijn
toegezegd. Dat is, bijna driejaar later, nog steeds niet
gebeurd. Het gebouw staat leeg en zonder toezicht.
Er zijn plannen geopperd om er een restaurant in te
vestigen, een uitspanning, een wijkcentrum of jeugd-
gebouw, een permanente expositiegelegenheid en zelfs
om het te verplaatsen naar een recreatiecentrum elders.
Opnieuw heeft Heemschut zich terzake tot B. en W.
van Tilburg gewend, doch B. en W. wachten op een
ruimer rijkssubsidie dan aanvakelijk was toegezegd.
Friesland, bouw elektriciteitscentrale
De vraag waar de nieuwe centrale van het Provinciaal
Electriciteitsbedrijf moet worden gebouwd wekt in
Friesland beroering. Aan de situatie worden hoge eisen
gesteldbereikbaarheid per spoor, te water en over de
weg, en voldoende koelwater. Bedrijfstechnisch schijnt
een vestiging bij Grouw of bij Bergum de meeste voor
delen te bieden. Het gaat echter om een enorm gebouw
met 4 schoorstenen van 125 meter hoog en dat zou in
het wijde, open landschap bij Grouw midden in het
watersportgebied een „blikvanger" van de slechtste
soort zijn.
Behalve een onherstelbare aantasting van het Friese
waterland en het daarmee samenhangende nadeel voor
de watersport, zou de situering bij Grouw door de tem
peratuur van het afvalwater het schaatsenrijden in
een groot deel van midden Friesland onmogelijk ma
ken en een enorme vissterfte veroorzaken. Deze over
wegingen wogen voor de meerderheid in het college
van B. en W. van Idaarderadeel zo zwaar dat zij de
centrale niet bij Grouw wilden hebben. De meerder
heid in de gemeenteraad dacht er helaas anders over.
Zij hoopten op de vestiging van nieuwe bewoners in
het dorp. Ook in het Provinciaal Bestuur zijn de me-