Jaarverslag van de Centrale Commissie Stad-Dorp Jaarverslag van de commissie „De weg in het landschap" W.I.L. Tot besluit moge een beroep worden gedaan op al onze leden en buitengewone leden om in hun om geving op te wekken, diegenen die de schoonheid van stad en land voorstaan, zich aan te sluiten bij de Bond Heemschut. Ons streven is gericht op 10.000 leden, hetgeen in verschillende opzichten een stevige grond slag zal geven voor een doeltreffende werkwijze. Met gezamelijke hulp kan dat niet moeilijk zijn. TON KOOT Secretaris van de Bond Heemschut Centrale Commissies De samenstelling van de Centrale Commissie bleef ongewijzigd. Mutaties in de Provinciale Commissies In de Commissie Noord-Holland werd de vacature ontstaan door het bedanken van de heer Vorstman nog niet vervuld. Ir. Wilmes, Lid van de Commissie Gelderland heeft voor het lidmaatschap bedankt wegens drukke werk zaamheden. De Commissie Noord-Brabant werd uitgebreid met de heren Rouppe van der Voort en Mr. Berge. De voorzitter en secretaris van de Commissie Limburg resp. Prof. Dr. Timmers en de Heer Rouppe van der Voort bedankten als lid. Onderhandelingen zijn gaande voor een reconstructie van deze Commissie met inschakeling van het secretariaat van de Culturele Raad van Limburg. Wij vertrouwen dat deze op lossing thans spoedig tot stand zal komen. Aan de Commissie Groningen is de voorzitter de Hr. W. H. Leemhuis door den dood ontvallen. Een nieuwe voorzitter is gelukkig gevonden, doch nog niet ge- installeer d. Jaarverslag van de Commissies. Door vijf Commissies werd een jaarverslag uitgebracht over het afgelopen jaar, t.w. door Noord-Holland, Zuid-Holland, Utrecht, Gelderland en Noord-Brabant terwijl de Commissies Groningen en Limburg be richten dat door het ontbreken van een voorzitter geen activiteiten hebben plaats gevonden. Het laat zich aanzien dat zoals boven reeds is vermeld, de moeilijkheden hier thans wel overwonnen zijn. Moeilijker ligt de zaak echter in Zeeland, waar een Commissie momenteel praktisch geheel ontbreekt. Diverse besprekingen hebben bereids plaats gehad om hier tot heroprichting van een Provinciale Commissie te komen. Hernieuwde contacten met de Commissie Overijssel zijn zeer plezierig verlopen. Het is te betreuren dat het jaarverslag van deze verder wel active Commissie niet tijdig is ontvangen. De ontvangen verslagen maken melding van diverse acties en onderzoekingen ondernomen op eigen initia tief of öp verzoek van het dagelijks bestuur om over bedreigd stads- of natuurschoon het dagelijks bestuur in te lichten dat dan daarna de nodige stappen kan ondernemen. Het verslag van Noord-Brabant maakt nog melding van het feit dat de Commissie bezig is met een inven tarisatie van de torens van het oostelijk deel van de provincie, welke worden gegroepeerd in een urgentie- lijst uit een oogpunt van restauratie behoefte. Door de Commissie Noord-Holland werd een zeer geslaagde excursie gehouden naar de duinstreek tussen het Noordzeekanaal en de Hondsbosse Zeewering. Aan deze excursie werd door 108 personen deelge nomen. Ir. J. D. M. BARDET Voorzitter C. C. Voor zover de algemene beschouwingen met betrek king tot de taak van onze Commissie betreft, zou ik willen verwijzen naar het vorige Jaarverslag, aange zien zich sindsdien geen ontwikkelingen in gunstige of ongunstige zin hebben voorgedaan, die aanleiding zouden geven hierop nader in te gaan. Vermelding verdient evenwel - en dit met grote erkentelijkheid voor het initiatief - het speciale num mer van het weekblad ,,De Nederlandsche Gemeente" van 12 juli 1963 (nr. 28), gewijd aan ,,de goed ver zorgde gemeente" en waarin tevens melding werd gemaakt van een tweetal brieven, resp. van 14 en 15 mei 1963, van onze Commissie, gericht aan de Ver eniging van Nederlandsche Gemeenten, over industrie vestiging langs de wegen en het toenemende aantal opslagplaatsen van oude materialen, in het bijzonder van autowrakken. Van de zijde van Gedeputeerde Staten der provincies werd, in antwoord op onze desbetreffende brieven, verzekerd dat de ontsiering van het landschap door opslagplaatsen van oude materialen en z.g. autokerk hoven, de volle aandacht van deze colleges heeft en dat aan de beplantingen van de provinciale wegen in nauw overleg met het Staatsbosbeheer grote zorg wordt besteed. Door de Provinciale Planologische dienst Utrecht werd ons bericht, dat het provinciale opslagterrein, een enigszins verdiept gelegen terrein, ontstaan door een zandafgraving, in Soesterberg gereed is, zodat binnen afzienbare tijd een begin kan worden gemaakt met het opruimen van een „bijzonder hinderlijke autosloperij". Het terrein zal niet de bestemming ver krijgen van plaats waar overtreders der onderhavige verordening hun bedrijf van autosloper of handelaar in oude materialen naar eigen inzicht en goedvinden 58

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1964 | | pagina 12