FijnaartKerkringgracht Wat er aan de hand is met de Kerkringgracht te Fijnaart werd al op blz. 62 van onze jaargang 1961 en op blz 81 van 1962 vermeld. Ondanks de advie zen en adressen van Heemschut besloot de gemeen teraad van Fijnaart en Heijningen op 20 dec. j.1. om over te gaan tot de uit verkeersoverwegingen onnodige demping van het water, waardoor een karakteristieke aanleg (zie Willemstad waar deze nog intact is) zou veranderen in een vormloos plein met hiervoor te lage bebouwing (zie Klun- dert waar de Kerkringgracht gedempt werd)Heem schut heeft thans een adres gericht tot G. S. met het verzoek aan dit raadsbesluit de goedkeuring te onthouden. Nieuwer-Amstel, bebouwing Amsteloever ln hoger beroep ging Heemschut eveneens tegen hét „Uitbreidingsplan in hoofdzaak en in onderdelen Westelijke Amsteloever, Oostelijk deel der gemeente Nieuwer Amstel", hetgeen de ambtelijke aandui ding is van een plan om tussen de nog intacte bui tenplaatsen Oostermeer en Westeramstel, waar de Amsteloever een der mooiste landschappen van Noord-Holland te zien geeft, bebouwing toe te laten. Aan dit onderdeel van het Nieuwer-Amstelse uitbrei dingsplan hebben G.S. hun goedkeuring onthouden. Nu deze zaak in hoger beroep bij de Kroon komt, heeft het bestuur van de Bond Heemschut verzocht deze beslissing van G.S. te willen handhaven. s-Gravenhage, bebouwing Buitenhof Het „dorp der steden een waar iedere straat een stad is" volgens Huijgens is er de laatste jaren niet mooier op geworden. Van het deftige Den Haag der stadhouders en de residentie van voor 1940 wor den telkens stukken afgeknaagd. Wie een schoolvoor beeld zoekt voor de ongelukkige gevolgen van grach- tendempen, vindt dit in de Prinsengracht waar langs de drukke verkeersader de statige oude huizen staan te verkommeren. Voegt men hierbij de zware verlie zen die het Haagse stadsschoon door oorlogshande lingen leed, dan is er reden te over om bijzondere zorg te besteden aan het beperkte gebied dat nog zo typisch en stijlvol Den Haag is gebleven: het com plex Binnenhof en Buitenhof, Vijverberg en Voor hout, met hun naaste omgeving. Het bestuur van de Bond Heemschut heeft dan ook in een adres aan de gemeenteraad uiting gegeven aan zijn ongerustheid over de blijkens persberichten ontworpen plannen om de percelen Buitenhof nr. 45, 46, 47 en 48 te slopen en te vervangen door een groot modem kantoor- en winkelpand. Vooral van het 18de-eeuwse huis Buitenhof nr. 47, dat een goed voorbeeld vormt van de voorname gebouwen die dit historische plein zijn allure hebben gegeven, zou de sloping een onherstelbaar verlies betekenen. Het Buitenhof verdient beterl Utrechtsingeldemping Het College van B. en W. van Utrecht heeft mede gedeeld dat het in de bedoeling ligt te bevorderen dat de noordelijke stadsgracht, van het Paardeveld tot de Kleine Singel, omstreeks 1 jan. 1966 aan het scheepvaartverkeer zal worden onttrokken, en dat een jaar later hetzelfde gelden zal voor de gehele Catirarijnesingel. Hiermee wordt de eerste stap gedaan om de demping der singels voor te bereiden. Het bestuur van de Bond Heemschut heeft hiertegen bezwaar gemaakt op grond van de volgende overwegingen, ln de eerste plaats hebben zowel prof. Feuchtinger als ir. Kuiper in opdracht van het gemeentebestuur hun aandacht primair op verkeersopiossingen gericht. Een „stadsplan" is er nog niet; daarvoor zijn belang rijke facetten nog in studie. Het is daarom, naar het oordeel van Heemschut, prematuur om thans reeds dempingen voor te bereiden, ln het algemeen is im mers het dempen van een historische stadsgracht en de vervanging door een grote verkeersweg een zo drastische ingreep dat de consequenties grondig moe ten zijn bestudeerd. De praktijk heeft uitgewezen dat gedempte grachten door de wanverhouding tus sen wegbreedte en bebouwingshoogte en door het wegvallen van de milde werking van het water die zelfs minder gelukkige bebouwing nog aanvaardbaar maakt, een wezenlijke verarming van de stad bete kenen. Een verkeerstechnisch gelukkige oplossing zou hier bovendien niet ontstaan: de bebouwing langs de Begijnekade en de Noorderstraat zou ais het ware op een verkeerseiland komen te liggen, wat hetzij de aanleg van voetgangerstunnels hetzij amo- vering van die bebouwing in het verschiet brengt. De zeer hoge kosten die zowel op dit punt als elders langs de ontworpen verkeersweg nodig zijn om een stedebouwkundig bevredigende verhouding tussen wegbreedte en bebouwingshoogte te bereiken, kun nen, volgens de Bond Heemschut, beter besteed worden aan een oplossing die stedebouwkundig, verkeerstechnisch en historisch beter verantwoord is. Daartoe zijn verschillende bruikbare suggesties ge daan, o.a. door de z.g. „studiekring". Ook het denk beeld om de oostelijke verkeersader niet vlak langs het Lucasbolwerk doch meer oostelijk te projecteren naar het schijnt staat ir. Kuiper hier evenmin af wijzend tegenover maakt het mogelijk de noor delijke ader ruimer, beter en zonder singeldemping te ontwerpen. Met klem heeft Heemschut er daarom bij B. en W. op aangedrongen andere oplossingen te bevorderen die de historische stadsgrachten sparen. Amsterdamgevel C. en A. Het bestuur van de Bond Heemschut zond een tele gram naar B. en W. met het verzoek om te bevorde ren dat de gevel van het uitgebrande C. en A.-gebouw aan het Damrak, als een der eerste belangrijke schep pingen van Berlage, gehandhaafd zal blijven. Over de betekenis van het bouwwerk vindt men hierna een meer uitvoerige beschouwing. G. B. 32

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1963 | | pagina 10