Twee mededelingen Nieuwe leden 78 Het was eveneens onze Bond, die aan het gemeente bestuur van de hoofdstad andere ideeën voorlegde tot leniging van het verkeersvraagstuk. Juist de hoofdstad, omdat bekend is, hoe in zovele op zichten de hoofdstad voor andere gemeenten een voor beeld is. Het strekt tot voldoening, dat thans meer en meer het besef doordringt voor de gevaren waar Heemschut jarenlang op heeft gewezen. Wie twijfelt aan de juist heid van deze bewering, die neme oude jaargangen van ons tijdschrift ter hand en overtuige zich. Als thans dempingen, doorbraken, slopingen e.d. wor den voorgenomen en in het openbaar komen wat helaas niet altijd tijdig het geval is terwijl er o.i. betere oplossingen bestaan, dan is het waarlijk niet meer alleen uit de hoek van Heemschut dat geprotes teerd wordt. Naarmate het publiek meer reist, geconfronteerd wordt met de nivellering in het hedendaagse bouwen, naarmate het beter, begrip krijgt voor de achtergron den van het verkeer en voor de rechten van de mens ten aanzien van zijn werken, wonen en zijn recreatie, naar die mate krijgen de jarenlang gevoerde acties van de Bond Heemschut d.w.z. voor de betekenis van de schoonheid van het land, meer responsie. Naast het soms roekeloze optreden bij ruilverkave lingen, de nijpende situatie waarin kasteeleigenaren zijn gekomen, de ontstellende vermindering van het aantal mooie in het landschap passende boerderijen en molens, naast de catastrofale gevolgen van een niet meer in de hand gehouden verkeersvloed, zijn het nu in het bijzonder onze waardevolle (in het wereldbeeld steeds zeldzamer wordende) stadskernen, die op de helling gaan. En die hellingen zijn steil! Onbegrip, gevolgd door ondoordacht handelen, kun nen dit karakter sneller doen veranderen dan wij in onze wildste nachtmerries durfden vrezen. Zoals de verkeersontwikkeling in de negentiende eeuw kinder spel is in vergelijking met wat zich thans afspeelt, zo zijn de gesmade veranderingen van de stads- en dorps patronen in de negentiende eeuw onbetekenende schoonheidsvlekjes in vergelijking met de massale ver nietiging, die hedendaagse bouwrobots op papier werpen en met behulp van drilboren, draglines en buldozers voltrekken. Toch ware dit nog te verontschuldigen, als inderdaad nieuwe schoonheid overal oude schoonheid vervangen zou. Maar, de hemel sta ons bij, hoe weinig gebeurt dit! Daarom: bouw nieuw op het nieuwe land, maar heb respect voor de waardevolle schoonheid der bin nensteden. Houdt deze levend en karaktervol door restauratie, reconstructie en revalidatie, waarmee zij tevens haar karakter behouden en haar aantrekkelijk heid om er te wonen en werken. En bovenal laat wijzigingen in de kernen alleen door bekwame bouw meesters verrichten. Het stads- en dorpsbeeld is bestemd om generaties lang mee te gaan en die generaties hebben er recht op, dat die steden en dorpen gaaf, harmonieus en karak tervol zijn. Opnieuw vraagt Heemschut met de uitgave van dit dubbele nummer van ons tijdschrift aandacht voor het vraagstuk dat ons reeds zovele jaren bezig houdt, namelijk de toekomst der oude stadskernen. Argumenten voor een beleid dat niet ver nielt, maar geneest, dat openbaar vervoer bevordert en parti culier parkeren beperkt, dat city-vorming spreidt en niet con centreert, al die argumenten hebben de laatste jaren aan kracht en invloed gewonnen. En toch blijft de vraag klemmen: zal het gelukken in de komende, beslissende jaren het allerwegen in gang zijnde verkrottings- en verstoppingsproces Lot staan te brengen? zjal het gelukken tijdig de routine van doortas tendeplannenmakers te doorbreken, de kortzichtigheid van sloop- en dempgrage bestuurders te overwinnen? Na de speciale nummers van april en augustus ig55 worden in dit Heemschutnuminer van oktoberIdecember ig6s nogmaals de vragen aan de orde gesteld in een aantal artikelen die zo wel algemene aspecten als plaatselijke situaties behandelen. Behalve Leiden, Utrecht, Zwolle en Amsterdam zouden tien tallen andere steden, kleine en grotere, besproken moeten wor den om een overzicht te geven. Dat was onmogelijk. Ook dit nummer blijft fragmentarisch en onvolledig. Wij hopen desondanks een bruikbare bijdrage te leveren in de strijd voor het behoud van een onvervangbaar nationaal bezit: de schoonheid der Nederlandse steden. Het is de. bedoeling dat het volgende Heemschut-nummer in januari ig6g verschijnen zal en niet, zoals gebruikelijk, in februari, zodat de tot ons leedwezen ingeslopen achterstand in de verschijning wordt ingehaald en de tussen twee afleveringen liggende tijd niet langer wordt dan twee maanden. Een tweede mededeling betreft de huisvesting van hel Heem schutbureau. Zoa-is reeds door een bijgevoegde circulaire in ons vorige nummer werd vermeld is het bureauverhuisd naar Oosterpark nr. 22 te Amsterdam. Telefoon nr. 55/f.8j. Zoudl u dit willen noleren en geen correspondentie meer zenden naar het oude adres Singel 5i2? G.B. Als buitengewoon lid traden toe: Lt. kol. M. P. L. van Aalst, Venlo; Mevr. M. H. Bicker Caarten, Bussum; Prof. Dr. W. Bleeker, de Bilt; Ads. Bouman, Zaandam; J. Fortuyn Droog- leever, Deventer; O. Dubbelman, Dordrecht; A. Honig, Koog a/d. Zaan; Dra. R. Koperberg, Am sterdam; Mej. B. E. A. Mulder, 's-Gravenhage; Mevr. W. Nieuwenhuijse-van der Linden, Warris- veld; Mej. A. Reichart, Amstelveen; Gabriël Smit, Laren N.H.; C. Schreuder, Amsterdam; F. A. Ste vens, Valkenburg; J. W. F. Swane, Utrecht; F. H. A. Wennekers, Thorn; J. J. van de Weijer, Maas tricht; K. Zeegers, Amsterdam.

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1962 | | pagina 8