voortschrijdende verval en de daarmee gepaard gaan de verhoging van de kosten. De voordracht werd in de raadzitting van 12 dec. 1960 aangehouden. De raad wenste eerst pre-advies over de ingekomen adressen, benevens het oordeel van de gemeentelijke monumentencommissie. Deze commissie schatte het benodigde extra krediet op slechts 15.000,— subsidiabel door het Rijk en adviseerde met de meeste nadruk tot spoedig herstel. Op dit advies en de adressen gaven B. en W. geen ander antwoord dan de herhaling dat, met erken- ning van de architectonische en historische waarde, j het toch niet een zo voornaam historisch kunstpro- H dukt was dat het beslist zou moeten worden ge- spaard, dat het nog wel 4000 meer zou gaan kosten dan in december 1960 werd geraamd en dat men uiteraard van mening kon verschillen omtrent de waarde van het gebouwtje als esthetisch element in de nieuwe stadswijk. Verder: geen nieuwe gezichts punten en geen aanleiding tot nadere beschouwin gen. Er is in de Haagse raad nog veel over gespro ken, de stemmen staakten bij een voorstel om nog een nieuw pre-advies in te winnen en tenslotte kwam de zaak er met een kleine meerderheid door. De koepel is zodra dit „succes" bereikt was met de grootste spoed gesloopt. Wat blijft is een pijnlijke verlegenheid: moet het gemeentebestuur van den Haag op dergelijke nietszeggende gronden zijn his- orische monumenten vernietigen? Is een extra kre diet van enkele tienduizenden voor de Haagse ge meentebegroting te zwaar om een architectonisch waardevolle herinnering aan het stadhouderlijke tijdperk te bewaren? Bergambacht, boerderij „Tussen Laenen" Het Nederlandse landschap wordt er niet mooier op. Van alle kanten knagen stadsuitbreidingen, ver keer en industrialisatie aan de wijde stilte van het polderland waar molens en monumentale boerderij- en de ruimte accentueren. Ruilverkaveling en vaak f smaakloze modernisering tasten het bezit aan oude landelijke bouwkunst steeds verder aan; schaars zijn S daarentegen de eigenaars die voor de architectoni sche en landschappelijke waarde tot offers bereid zijn. Dat is het geval met de eigenaar van de boer derijen „Bouwlust" uit 1672 en „Tussen Laenen" uit 1661, beide in Bergambacht. Vooral de laatste is na de omvangrijke restauratie een sieraad van het dorp. Helaas omsluit het uitbreidingsplan van Berg ambacht de achter- en zijkant van „Tussen Laenen" al te veel; aan de voorzijde is echter de ruimte nog open. Daar is nu de bouw van een rioolwaterzuive ringsinstallatie geprojecteerd, waardoor het aanzien van de statige boerderij afbreuk zou worden gedaan terwijl het gezicht op de wijde ruimte van de Krim- penerwaard verloren zou gaan. Nu kan een derge lijke niet hoge installatie gecamoufleerd worden door struiken en plantsoenen, maar dat past even min in de omgeving. Het bestuur van de Bond Heemschut heeft het ge meentebestuur verzocht deze installatie op een an dere plaats te doen bouwen. Fijnaartkerkringgracht Van de Ned. Hervormde kerk in Fijnaart is de lig ging aantrekkelijker dan de architectuur, want toen de oude kerk in 1879 was afgebrand en door het hui dige gebouw werd vervangen bleef de middeleeuwse kerkring behouden. Deze situering van de kerk aan het eind en in de as van de hoofdstraat, midden op een rechthoekig terrein dat door een gracht van de omgeving is afgescheiden, is karakteristiek voor dit deel van West-Brabant; Willemstad toont hoe goed een dergelijke plaatsing voldoet, Klundert laat zien welk een troosteloos beeld ontstaat wanneer de kerk ringgracht wordt gedempt. Verkeersmoeilijkheden waren de aanleiding om ook in Fijnaart een plan te ontwerpen om tot demping over te gaan. Het be stuur van de Bond Heemschut heeft, na onderzoek en- besprekingen ter plaatse, het gemeentebestuur verzocht een zodanig besluit niet te nemen. Door demping zou namelijk niet alleen een aantrekkelijke en historisch belangrijke situatie verloren gaan; ook de schaal van de omringende huizen zou ontwricht worden. Eenrichtingsverkeer om de kerk zal ver keersmoeilijkheden kunnen voorkomen, terwijl des noods leen kleine teruglegging van de gracht aan de voorzijde en een verbreding van de weg aldaar denk baar is om meer ruimte te scheppen voor het vervoer naar het veilinggebouw. Ouderkerk aan de Amstel, omgeving Ned. Hervorm de Kerk Volgens de 18e eeuwse historicus Wagenaar wercl Amsterdam pas in 1334 een eigen parochie; voordien hoorde de toekomstige hoofdstad van Nederland bij Ouderkerk. Het dorp aan de splitsing van de Am- stel en de Bullewijk wordt door de Amsterdammers wel niet als „moederstad" vereerd, maar als eind punt van een uitstapje hoog gewaardeerd, en het heeft dan ook in zijn oude kern nog bijzonder fraaie punten. Dit geldt in de eerste plaats voor de monu mentale Ned. Hervormde kerk met haar entourage van geboomte en enkele huizen, waaronder een smidsemet travalje die reeds op 17e eeuwse prenten is afgebeeld. De laatste wijziging van het uitbrei dingsplan houdt echter in dat de weg Raadhuislaan- Kerkstraat-Achterdijk tot 8 meter zou worden ver breed, terwijl de kerk dan „vrijgelegd" wordt. Waarvóór dit nodig zou zijn is niet duidelijk daar de aansluitende polderweg langs de Bullewijk maar 6 meter breed is en voor het geringe plaatselijke verkeer ook niet breder hoeft te zijn. Wel zou het gevolg zijn dat de trits kerk, ophaalbrug en smidse, 69

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1961 | | pagina 19