camouflage als cache-misère van de aldus gepropa
geerde nieuwbouw lijkt niet overbodig! Ook Ir. G.
Haandrikman van de Centrale Directie van de Cul
tuurtechnische Dienst zegt het op blz. 17 duidelijk:
„Overbodige bouwkundige en esthetische eisen zijn,
evenals in andere takken van het bedrijfsleven, ook
in de landbouw economisch onhoudbaar."
Agrobouw
Wij plaatsen hierbij twee foto's van een boerderij bij
Horssen (Land van Maas en Waal), ons welwillend
afgestaan door Ir. A. Bentum, secretaris van de
architectengroep „Agrobouw," die het ontwierp.
Als wij het ter discussie gebrachte voorbeeld nog
geenszins esthetisch geslaagd vinden, er waren nog
wel verontrustender voorbeelden en projecten ten
toongesteld. Ir. Bentum zelf erkent in zijn aankondi
ging van de genoemde tentoonstelling in het tijd
schrift der Nederlandse Heide Maatschappij (juni
'939) blz. 145) dat de planologische en architecto
nische facetten van de boerderijbouw zeer waardevol
zijn, en spreekt de hoop uit dat de expositie „aan
leiding mag zijn zich opnieuw te bezinnen over de
problematiek rond de boerderijenbouw."
Tentoonstelling Bouwcentrum
Plaatsruimte ontbreekt om de verheugend talrijke en
felle reacties in de pers op deze tentoonstelling weer
te geven. Ik mag volstaan met enkele citaten uit een
beoordeling van de juist op het gebied van boerde
rijen deskundige (en niet „romantische") R. C. Hek-
ker, in „Het Vaderland" van 17 oktober j.1., over de
architectonische vormgeving van de getoonde nieuwe
boerderijtypen: „Het esthetische resultaat is in het
algemeen niet om over te juichen. Bovendien har
monieert de architectuur van de woning zelden met
de vormgeving van het bedrijfsgedeelte. Men kan zich
niet aan de indruk onttrekken dat er in de bedoelde
gevallen een woningwetwoning of premiehuisje naast
of tegen een fabriekshal is geplaatst.
„De verbetering van deze agrarische architectuur
door een aantrekkelijker groepering van de hoofd
elementen, gavere verhoudingen en een zorgvuldiger
gevelbehandeling is van de grootste betekenis voor
de toekomstige sfeer van het platteland Tot nu toe
zijn er 400 nieuwe bedrijven gesticht en dit is nog slechts
een begin. Een begin, dat in architectonisch opzicht
het ergste doet vrezen, want men moet al heel op
timistisch zijn, indien men in het wilde geëxperimen-
teer in het Land van Maas en Waal en in de Bomme-
lerwaard de kiemen van een nieuwe bouwkunst ziet.
„De inrichters van de tentoonstelling hebben hun
best gedaan om te laten zien hoeveel kennis er nodig
is om een goede boerderij te bouwen. In deze opzet
zijn ze volkomen geslaagd. Ze hebben ons echter niet
kunnen geruststellen omtrent hun zorg voor een goede
architectuur.
„Behalve aan de landbouwtechnische eisen moet een
boerderij toch nog voldoen aan esthetische voorwaar
den, ook al zouden hierdoor de bouwkosten iets stij
gen. Wij dienen zuinig te zijn op ons landschap.
Tevens hadden de inrichters de schijn van mee
dogenloze vernieuwers kunnen vermijden door aan
te geven hoe men fraaie oude boerderijen voor een
modern bedrijf zou kunnen inrichten, of anders voor
een nieuwe functie geschikt zou kunnen maken.
Nu de historische boerderijen als sneeuw voor de
zon verdwijnen, mogen de landbouwdeskundigen
wel eens een strohalm uitsteken!" Tot zover de heer
Hekker.
Conclusie
Ik zou willen concluderen dat het zijn nut kan hebben
dat deze tentoonstelling de huidige aspecten van de
moderne boerderijenbouw in de praktijk-.; duidelijker
in het licht heeft gesteld. Het heeft m.i. scherp aange
toond welk een dankbaar werkterrein er op het platte
land ligt voor een verder te bevorderen samenwerking
tussen agrariërs, cultuurtechnici en planologen, ar
chitecten en schoonheidscommissies. De noodzaak
vervolg op blz. 6)
„Agrobouw boerderij te Horssen Land van Maas en Waal), van twee kanten gezien. Gelede bouw van varkens- en rundveevleugel, hoge lasruimte
en door „hals" verbonden woning, j (foto's Ned. Heide Mij., Arnhem)