Een kerkje en een handvol huizen
9
Tot de meest opwindende belevenissen van een
buitenlandse reis behoren de ontdekkingstochten in
de vreemde keuken. Van het landschap en de steden
heeft men zich, dank zij foto's, al een beeld kunnen
vormen; hoe de culinaire specialiteiten smaken ont
trekt zich aan beschrijving: men moet het proeven. En
wie op zijn kruimige ,,aarpel" blijft staan mist veel, dat
zijn reisgenot kan kruiden met een onvergetelijk aroma.
Wie zo de platgereden hoofdwegen van het massa
toerisme verlaat, zal ook de kans niet voorbij laten
gaan om zijn reisgids eens ontrouw te worden en zij
wegen in te slaan. Het zal hem dan vaak zijn opge
vallen, dat men in het buitenland naar verhouding
veel mooie dorpen ontmoet. Dorpen, waar het silhouet
nog niet verstoord wordt door silo's van de landbouw
coöperatie, waar de huizen en bedrijfsgebouwen nog
een harmonisch dorpsbeeld opleveren, dat verschoond
bleef van het nadrukkelijk fatsoen der keurige burger
huisjes. Hij zal het buitenland daarom benijden: in ons
land zijn zulke dorpskernen niet meer aanwezig. Slechts
enkele tonen nog, zij het in verminkte of onderkomen
staat, hoe mooi ook onze dorpen eens zijn geweest.
Bij het horen van de naam IJmuiden zal niemand
aan zo'n oude dorpskern denken. De gemeente waarin
IJmuiden ligt, heet Velzen, en het gemeentebestuur
zetelt nog steeds in het oude dorp, dat tegenover
IJmuiden bijna in het niet valt. De jeugd groeit
de ouderdom boven het hoofd. In de eerste decennia
van de achtste eeuw schenkt Karei Martel de St.
Engelmundus kerk te Velzen aan de abdij van
Echternach. De huidige kerk gaat wel niet tot deze
tijd terug, maar omvat in zijn huidige, verminkte staat
toch muurwerk uit de i ode of 11 de eeuw, en een
tufstenen toren uit het begin der dertiende eeuw, die
een eeuw later in baksteen werd verhoogd. Opmerke
lijk is het in de toren aangebrachte misschien uit de
zelfde tijd daterende reliëf, de Herrezene voorstellend.
Het kerkje ligt op een iets verheven, ongeveer vierkant
kerkhof, min of meer verscholen achter de bebouwing
die zelfs ten dele met de achterzijde naar de kerk ge
keerd is. De beslotenheid en rust van dit kerkhof, vlak
naast een knooppunt van drukke verkeerswegen is ver
rassend en een verademing.
Ten noorden van de kerk begint een straat, die zich
eerst presenteert als een onregelmatig pleintje, met
een eenvoudig, nobel 18de eeuws pand aan de ene
kant, en een nerveus, opdringerig 19de eeuws ge
meentehuis daartegenover.
Tussen, een trapgeveltje en een huis met een hoog
pannendak door bereikt men een hoogst schilderachtig
straatje, waar de huizen onregelmatig gegroepeerd
staan, naar het lijkt, zonder orde of systeem. De meeste
wekken de indruk 17de eeuws te zijn, maar zullen,
gezien het „achterlopen" van de plattelandsarchitec
tuur bij de stedelijke bouwkunst wel uit de 18de eeuw
stammen. Wie door het verval heenkijkt ziet aardige
details, een lantaarnarm, een paar sierankers, een
kraagsteen. We kijken terug, en zien de toren van het
kerkje boven de daken uitkomen.
Aan het eind van het straatje een paar passen naar
rechts; en vlak voor ons vaart een schip voorbij, op
weg naar Amsterdam.
Ook in de andere straatjes zijn nog tal van aardige
elementen te noteren; éen vergelijking met de andere
oude dorpskernen in Kennemerland leert al gauw,
dat Velzen's kom nog de gaafste is van het hele oude
graafschap.
Voor hoe lang nog? Gevaren zijn er vele. Het dorp
is een aanhangsel geworden in een gemeente, die
geheel op IJmuiden georiënteerd is, waar de naam
Velzen een anomalie geworden is. De huizen zijn in
verval, wat in voorbije jaren niet verknoeid werd,
wordt nu verwaarloosd, Sommige huizen zijn ge
splitst, zodat wat eens één woning was, nu een rijtje
krotten vormt. Bij de kerk staat nog het gemeentehuis;
te zijner tijd zal een nieuw raadhuis verrijzen in
IJmuiden. Dan zal Velzen afdalen tot een sta-in-de-
weg. Ten noorden ligt het Noordzeekanaal pal tegen
de kom aan; het moet verbreed worden .Ten oosten
vindt men de oude Rijksweg, het pontveer en de
tunnel. Van zuid naar west loopt, al even dicht langs
de kom, de hoofdweg naar IJmuiden, die het dorp
afsnijdt van de oude buitens, zoals Velserbeek. Aan
drie zijden bekneld en bedreigd en inwendig niet onge
vaarlijk verkrot, dreigt Velzen zijn ondergang met
spoed tegemoet te gaan. De nieuwe tijd heeft zijn
rechten, het oude dorp heeft zijn raison-d'-être ver
loren, het oude sterft, gelijk het behoort.
Toch zijn er redenen, die ons aan de juistheid van
zó'n vonnis doen twijfelen. Het kerkje is het oudste
van geheel Kennemerland, in meer dan één opzicht
merkwaardig. Zijn schilderachtige en intieme ligging
dankt het aan: het omringende dorp. Dit dgrp is in
Kennemerland het enige, dat nog een oud karakter
bezit, en dat met de nog overgebleven buitens (Velser
beek, Waterland en Beeckesteyn) een charmant geheel
vormt.
Zou men er ooit toe komen, een lijst op te maken van
de dorpen die nog zoveel van hun oude karakter be
waarden, dat het de moeite loont naar hun behoud
te streven, dan zal die lijst niet lang zijn, maar Velzen
zou er op voor komen!
Misschien is het te veel gevergd van een gemeente
bestuur aan de dynamische IJmond, dat men zich
voor het behoud van een dorpskerntje zou inspannen?
Maar misschien dat het herstel van Beeckesteyn de
harten wakker maakt voor dit merkwaardige stukje
Oud-Kennemerland: drie buitens, een kerkje en een
handvol huizen. Er zou iets kunnen ontstaan, dat ons
in onze benauwde randstad een kleine herinnering zou
kunnen bezorgen aan die grote lusthof, die wij geheel
te vergeten schijnen. CORNEILLE F. JANSSEN