De Schippersbeurs te Elsloo
Heemschuts leden presenteren zich VIII
Elsloo is zeker een der mooiste en oudste dorpen
in Limburg. Het is gelegen op de hoge rechter-
maasoever, waar Maas en Julianakanaal elkaar
het dichtst naderen en de Maas een grote S-bocht
maakt in de richting België. Van hieruit heeft men
een schitterend gezicht op de Belgische Kempen.
Elsloo was vroeger een vrije Heerlijkheid. Het
werd geregeerd door de Heren van Elsloo en op
volgende geslachten.
Van het kasteel der Heren van Elsloo is niets meer
over. Volgens een oude kroniek werd het in 1457
met een gedeelte van het dorp door de Maas ver
zwolgen. Alleen een prachtig park met aangren
zend bos herinnert er nog aan.
De Maasscheepvaart
Een andere boeiende periode uit Elsloo's rijke
geschiedenis is de Maasscheepvaart. Hierbij moe
ten we langer stilstaan, omdat deze in nauw ver
band staat met het hier te beschrijven gebouw: de
Schippersbeurs of het Schippershuis.
In vroeger tijd had op de Maas een drukke
scheepvaart plaats, misschien reeds in de 15e eeuw
en vroeger. Een bekende Maasschipper uit de 16e
eeuw was Dirk Engelen te Elsloo. Hij voer tussen
Luik en Dordrecht en handelde in raapzaad en
olie (geslagen te Venlo), later ook in granen. Zijn
vrouw Merken (Maria) hield op de plaats waar
nu het Schippershuis staat een gelagkamer waar
de Maasschippers verzamelden. Dirk Engelen
stierf in 1579, na de inneming van Maastricht
door Parma, aan de pest. Zijn vrouw zette het
schippersbedrijf voort. Als schippersknecht had
ze in dienst genomen Jan Conincx van Elsloo. Deze
huwde bij haar in en zette het bedrijf voort. Jan
Conincx ging later handelen in Namense hard
steen of Ardenner steen. Dat deze handel hem geen
windeieren legde blijkt reeds hieruit dat Jan
Conincx na enige jaren een vermogend man was
geworden, die grote bezittingen in Elsloo verkreeg.
Ook bezat hij een groot magazijn te Dordrecht.
Hij nam huurschippersin dienst en een paar van zijn
agenten reisden vooral op Amsterdam. In 1618 liet
hij ook de oude gelagkamer bijna tot de grond af
breken en bouwde daar een hoog en deftig stenen
huis „met schaleyen gedekt" d.i. het tegenwoor
dige Schippershuis. In dezelfde straat bouwde hij
nog een aanzienlijk huis, maar dit is zo verbouwd
en verhaspeld, dat er niets meer van te herkennen
is.
De zijgevels van het Schippershuis zijn gebouwd
in afwisselende lagen van baksteen (Maassteen)
en mergel z.g. speklagen, het front van het huis
bezit kruisramen, met Namense steen omzoomd.
In deze Schippersbeurs maakte Jan Conincx
„sieck ende kranck synde naer den lichaem" etc.
in 1621 zijn testament (dat we in zijn geheel
kennen) en stierf aldaar korten tijd daarna. Hij
werd „binnen der kerken tot Elsloo" begraven
„by dy sepulture van synen joncxten soen, wylen
Dyrick Conincx".
Na den dood van Jan Conincx heeft het Schippers-
84