De restauratie van het Raadhuis
31
Toen omstreeks het midden van de vorige eeuw het
raadhuis van Hulst drastisch werd verbouwd, bleef er
van de opzet van Laureis Keldermans en Willem van
Sassen slechts weinig over. In de jaren 1528-1534
bouwden genoemde architecten het Raadhuis, dat
voor die jaren uiterst sober van opzet bleef. Een ge
detailleerde gevelbehandeling, in die jaren zo vanzelf
sprekend, bleef achterwege, terwijl ook de toren tot aan
het achtkant geheel vlak bleef en slechts door water
lijsten werd verlevendigd. Dat er oorspronkelijk wel
degelijk enige versieringen waren aangebracht, leert
ons het gezicht op Hulst dat Cornelis de Vos in 1628
maakte en dat nog steeds op het
Raadhuis hangt. Hierop ziet men
dat de toren oorspronkelijk eeu
rijkbewerkte natuurstenen bekro
ning had. In hoeverre de raad-
huisgevel aan de Markt bekroond
werd door een opengewerkte ba
lustrade was niet meer na te gaan
doch is wel waarschijnlijk.
De naar de Markt gekeerde gevels
van het Raadhuis zijn geheel be
kleed met gobertanger en leder
steen, de beide andere gevels ver
tonen een afwisseling van baksteen
met natuurstenen banden. De bei
de eindgevels zullen oorspronke
lijk trapgevels hebben gehad,
doch toen bij de verbouwing in
1844 het dak een flauwere helling
kreeg, werden ook deze gevels
ingekort. Dat het dak vroeger veel
steiler was, is thans nog duidelijk
zichtbaar in het bakstenen ge
deelte van de toren, dat vroeger
beneden het dakvlak bleef. Bij
de wijziging van het dak werd de
voorgevelbekroning eveneens ver
wijderd en vervangen door een
klassieke kroonlijst. Bij deze ver
bouwing, of misschien al bij een
eerdere, verdwenen eveneens de
natuurstenen kruiskozijnen om te
worden vervangen door z.g. em
pire ramen, die in hun verbasterde
vormen en ongedetailleerdheid
een uiterst miezerig, haast ge
vangenisachtige indruk maakten.
Ook het hoge bordes moet toen
2ijn gewijzigden voorzien van een
Het Raadhuis van Hidst; de gevel aan de
Markt foto Monumentenzorg)
empire-achtige ijzeren balustrade met lantaarns. In
1876 werd dit bordes nog verrijkt met grote hardstenen
reliefs met de wapens van Oranje, Vlaanderen en Hulst,
afkomstig van de in dat jaar verbrande kerktorenbe
kroning en daterend uit 1666. Van de torenbekroning
was reeds in 1806 het achtkant bijna geheel gesloopt;
slechts het onderste gedeelte bleef gespaard. In 1844
bouwde men hierop een uiterst sober bakstenen acht
kant. De natuurstenen balustrade verdween eveneens,
slechts de rijk bewerkte ver naar buiten uitgekraagde
lijst bleef gespaard.
Ook inwendig bleef zowat niets over wat zou kunnen