C. Visser, Adviseur der Vereniging
AANKOOP, ONDERHOUD EN ADMINISTRATIE VAN DE HUIZEN
DER VERENIGING
A. Aankoop
Ongetwijfeld zullen vele lezers van „Heemschut"
er belangstelling voor hebben te weten, hoe in
het algemeen de aankopen van de huizen van de
Vereniging tot stand komen.
De vraag zal dan tevens rijzen hoe en waardoor de
belangrijkheid van een aankoop wordt bepaald.
De ervaring van veertig jaren heeft geleerd, dat
weliswaar in de Statuten van de Vereniging is be
paald dat zij streeft naar „het behoud van architec
tonisch- of historisch belangrijke oude gebouwen"
maar dat toch in verreweg de meeste gevallen het
de gevels en meer speciaal de voorgevels van die ge
bouwen zijn, die hen voor de Vereniging aantrek
kelijk maken. Mits die gevels slechts de stijl ver
tolken van de tijd, waarin ze werden gebouwd.
Bepaalde voorkeur voor enigerlei stijl heeft de
Vereniging niet. Voor bouwwerken, die in de
Romaanse of Gotische stijl zijn gesticht, interesseert
zij zich evenzeer als voor die, welke in de stijl der
Renaissance, de Lodewijkstijlen of het Empire stijl
zijn opgetrokken. Evenmin speelt de stad of hetdorp,
waar ook in den lande het gebouw mocht zijn ge
bouwd, een rol; de ruim honderd panden die zij tot
nu toe verwierf zijn over het gehele land verspreid.
Al gaat het dan ook in de meeste gevallen om de
gevels, ook komt het voor, dat de interieurs een
gezaghebbend woord meespreken. Zelfs kunnen zij
de hoofdreden zijn waarom een huis wordt aan
gekocht. Slechts bij uitzondering evenwel zijn de
oorspronkelijke interieurs bewaard gebleven, haast
altijd zijn zij aan de smaak van de tijd aangepast.
De Vereniging is bij haar aankopen meer passief
dan actief. Dat wil zeggen, zij wacht af tot haar be
langstelling voor enig pand wordt gevraagd. Op
verschillende wijzen geschiedt dit. Soms is het de
eigenaar, die zich van zijn bezit wil ontdoen, dan
weer is het een belangstellende particulier, de
Gemeentelijke overheid of Rijksmonumentenzorg.
Biedt een particulier zijn eigendom te koop aan,
dan ontvangt hij van het secretariaat een brief
waarbij hem wordt gevraagd een foto van de voor
gevel over te leggen, opgave te doen van de huur
waarde, de verschillende lasten en uiteindelijk van
de voor het pand gevraagde prijs. Behalve een
praktische heeft deze brief ook zijn psychologische
betekenis. Heeft de eigenaar zich soms in het hoofd
gezet, dat de Vereniging er een is van „rijke Am
sterdammers" die geneigd zou zijn voor een huis
een ongelimitèerde (antiek) waarde te betalen,
dan leert deze brief hem de zakelijke basis kennen,
waarop de aankopen van de Vereniging plegen tot
stand te komen. De ervaring heeft geleerd, dat met
deze opvatting; rekening moet worden gehouden.
Wordt de aandacht voor een pand door een Over
heidslichaam gevraagd, dan informeert het secre
tariaat daarenboven of er geneigdheid tot verkoop
bestaat en of het betrokken pand gevaar loopt te
worden gesloopt, door verbouwing verknoeid etc.
Het hangt van het resultaat van deze informaties af
of de zaak al dan niet wordt ter hand genomen.
Is dit inderdaad het geval, dan worden de advi
seurs der Vereniging uitgenodigd het pand te gaan
bezichtigen en het bestuur daarover te rapporteren.
Allereerst hebben de adviseurs dan tot taak te be
oordelen, of het pand, n.h.m. voldoende belangrijk
is om aan het bezit van de Vereniging te worden
toegevoegd. Is dit wél het geval, dan rapporteren
7
Qnclerpui van Beulingstraat 25, Amsterdam, na de restauratie.