bosjes straks geplant zullen worden. Maar het initiatief is genomen en de eerste stap is gezet en dat is verheugend. Eigenlijk zou het zo moeten worden dat ieder streekplan en misschien zelfs ieder uitbreidingsplan in de toekomst vergezeld gaat van een landschapsplan, dat dan ook perio diek zo eens in de vijf en twintig jaar wordt her zien. Daardoor zou een basis gelegd worden om de instandhouding of de opbouw van het landschap regelmatig te toetsen aan de voorhanden wensen en mogelijkheden en de eisen die iedere nieuwe tijd daaraan stelt. Ook bij de opstelling van dit eerste landschapsplan voor de Vecht is men er zich van bewust geweest, dat van een poging tot restauratie van het merk waardige landschap van vroeger geen sprake kan zijn. De enkele nog aanwezige kastelen en de gelukkig nog vrij talrijke buitens vormen met hun tuinen en geboomte nog slechts een geringe af schaduwing van de „zegepralende Vecht" uit de 18e en 19e eeuw. En wat er nog van aanwezig is verkeert, uit een oogpunt van landgoedstijl bezien, afgezien van een enkele goede restauratie, in ver vallen staat. Maar als natuurruimtc vormt het Vechtgebied nog steeds een uitermate waardevol landschap door het boeiend samengaan van het telkens wisselend rivierbeeld en de fraaie oude bospartijen en statige behuizingen met de talrijke relicten uit het glorie vol verleden: de koepels, de inrijhekken, de oprij lanen, de parken en overtuinen. En al is de tijd van het landgoed goeddeels voorbij, de behoefte r 'TT i .'Iv aan bos en geboomte en recreatie in de natuur is groter dan ooit tevoren! Daarom is het van het grootste belang dat verdere schending van dit landschap wordt tegengegaan. Regeling van de be bouwing en andere bestemmingen zijn bij het streekplan en de uitbreidingsplannen voorzien. Het landschapsplan geelt aan waar beplantingen met bomen en struiken of knotwilgen op weg bermen, kanaaldijken, langs kavelgrenzen en op boerdcrijcrvcn gewenst zijn. Voorts zijn bosstroken en loofhoutsingcls ont worpen op plaatsen waar het landschapsbeeld door binnengedrongen industrie of anderszins gestoord is en waar door een aanvullende en afschermende beplanting veel kan worden verbeterd. Ook be planting van overhoeken en de aanleg van enkele kleine bosjes zal wellicht mogelijk blijken te zijn. Veel meer kan m deze tijd van schaarste aan land bouwgronden waarschijnlijk niet worden gedaan. Maar als ook in de verdere toekomst stelselmatig wordt gewerkt aan de instandhouding en vorm geving van dit merkwaardige landschap, zal het zeker mogelijk zijn veel schoons te behouden, schade te herstellen en tegen te gaan en nieuwe schoonheid aan de bestaande toe te voegen. Prachtige kernen zijn nog aanwezig. Men denkc slechts aan Gunterstein en Nijenrode, Sterren- schans en Rupclmondc, Overholland, Kalorama, Vredenhoff, aan Loenen en Vreeland en het fraaie landschap van de Angstel en het Gein. Nog altijd biedt het Vechtgebied grote mogelijk heden. Maar het is de hoogste tijd dat wij het voor verder verval gaan be- t hoeden. Niet alleen de oude historische monumen- v ten en de enkele nog be staande boskernen dienen te worden verzorgd en be heerd, doch het landschap als geheel. Dan kan deze historische lusthof als recreatie- en natuur- ruimte behouden blij ven en in de toekomst zelfs nog in betekenis toenemen. Vecht U mee voor nieuwe leden? 45 Gedicht op Slootdyk (bij |Loenen)

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1954 | | pagina 21