Binnen Damsterdiep, hoewel restauratie mogelijk
geacht moest worden, toch afgebroken. Bij de toe
stemming welke hiervoor gegeven werd was de
voorwaarde, dat herbouw diende te vólgen. Daar
over wordt nu gezwegen. Het Binnen Damsterdiep
is afgedamd naar het Westen. Opnieuw doorgra
ven van deze oude toegang van de Oostzijde tot de
stad, zou de aantrekkelijkheid van deze zeer te
stade komen. De jongste plannen doen dat niet,
men wil nl. van deze dam een standplaats voor
autobussen maken. Is 'men dan blind in Gronin
gen Een onzer parate leden in Groningen wijst er
op, hoe het vergraven bij de Sluiskolk bij langs de
Damstersingel, die buiten gebruik is gesteld door
het afsluiten van het Buiten-Damsterdiep, de stad
een binnenhaven rijker kan maken, waaraan overi
gens ter plaatse grote behoefte bestaat. De verbin
ding van het Binnen Damsterdiep met het Schui-
tendiep zou bovendien de vervuiling van dit water
voorkomen. Misschien is het goed in dit verband
nog eens te herinneren aan de verklaringen van wij
len Prof. Van der Steur en Dr Jan Kalf, die het Bin
nen Damsterdiep een der aardigste stadsgezichten
van Nederland noemden. Hoe onaardig ook, mis
schien is het toch wel aardig om in de herinnering
op te roepen de uitspraak van het Koninklijk Oud
heidkundig Genootschap in 1885 gedaan in een
adres aan de Raad van Amsterdam, toen het be
sluit was gevallen de N.Z. Voorburgwal en de N.Z.
Kolk te dempen, nl. dat het veranderen van straten
en grachten „een laffe en karakterloze nabootsing
van vreemde steden" was.
De aandacht van'gemeentebesturen, die architec
tonisch en historisch waardevolle oude kernen en
wijken in hun gemeenten hebben, wordt gevestigd
op de interpretatie van de welstandsbepaling door
Burgemeester en Wethouders van Zierikzee. De
voorzitter van de Bond Heemschut vermeldt deze
interpretatie uitvoerig, in zijn rubriek „Heem-
schut's Ledenkring" in dit nummer.
Naar aanleiding Van de in ons vorige nummer op
blz. 25 opgenomen foto van de ontsierende buiten
reclame te Volendam, ontvingen wij bericht van
het gemeentebestuur dat maatregelen zullen wor
den getroffen ter beteugeling van dit euvel.
Tenslotte nog een hoopgevend bericht uit Bergen
NH- Burgemeester en Wethouders hebben aan de
Bond Heemschut advies gevraagd inzake de „Oude
Hof" welke bedreigd wordt en waarover wij in ons
vorige nummer schreven. Deze gewaardeerde uit
nodiging brengt de gelegenheid enige invloed uit te
oefenen op een besluit, hetwelk wij met bezorgd
heid tegemoet zagen. Het advies is intussen uit
gebracht.
Ds.A. L. BROER
RUIMTE IN HET LANDSCHAP
Nederland zou het larid der vergezichten genoemd
kunnen worden. De bossen en de duinvalleien zijn
ons lief, de intieme hoekjes in oude steden, de plei
nen en de parken, al die plaatsen, waar een om
sloten schoonheid bekoort. Maar naast deze en
meer dan deze zijn het de ruimten van ons vader
land, die karakter aan het Nederlandse landschap
geven. Dë vraag kan worden gesteld, hoe staat het,
na de oorlog, met deze ruimten Is hier schade ge
leden of is ons landschap er in dit opzicht juist op
vooruit gegaan hier en daar Om met dit laatste
optimistisch dus te beginnen; inderdaad valt er
hier en daar winst te boeken.
Er zijn hier in mijn omgeving in het Gooi, maar
ook elders plekjes, die aan ruimte, daardoor aan
schoonheid hebben gewonnen.
Er was hier vlak bij ons huis, op een der hoogste
punten van Hilversum, op de Boomberg, een stukje
bos, stammetje naast stammetje, dicht opeen als
spelden op een kussen op de rondende hoogte ge
prikt. Het waren in de laatste oorlogswinter al
flinke stammen geworden. Ze stonden dicht bij de
bebouwde kom, niemand vond er veel aan, het
Corversbos met veel meer echte woudschoonheid
was vlakbij, ze zijn zonder veel hartzeer, de een na
de ander door buurtbewoners neergeveld en opge
stookt. Eerst ging het je aan het hart, zoals altijd
wanneer een boom, een machtig stuk leven valt.
35