17t^Iïir l
ke een betrekkelijk korte levensduur hebben, is wel
zeer hoog in verhouding tot die van een huis, wan
neer men bedenkt dat vaak prijzen van 10.000,
tot j 20.000,— gevraagd worden. Hierbij dient op
gemerkt dat voor een goed onderhoud het nood
zakelijk is dat het schip om de 3 jaar op de helling
gaat, hetgeen vrij hoge kosten meebrengt, om maar
niet te spreken van de schepen die door niet-des-
kundigen gebouwd zijn, waarbij de onderhoudskos
ten wel hoger zullen liggen
Het door de overheid instellen van bepalingen die
de ligplaats en de welstand van de woonschepen
regelen is dan ook dringend noodzakelijk.
BOEKBESPREKINGEN
Niemand zal ons euvel duiden, dat wij de stroom
van boeken, welke na lange stilstand over ons
kwam, niet op de voet volgen. Dat behoeft ook niet.
Veel kunnen wij rustig laten stromen. Tot de-boe
ken van blijvende waarde rekenen wij de volgende:
De zeventiende-eeuwsche beeldhouwkunst in de Noordelijke
Nederlanden door Dr Elisabeth Neurdenburg. Uitg.
J. M. Meulenhoff 1948, 319 blz.
Met haar monografie over Hendrick de Keyser,
welke in 1930 verscheen, hebben wij de schrijfster
al leren kennen als een serieus werkster-met veel
hart voor de Noordnederlandse sculptuur. Over
vloed van literatuur, noch van belangstelling was
er. Misschien is het juist daarom, nu de moderne
Nederlandse beeldhouwkunst nieuwe belangstel
ling wekt, zo goed, dat dit grote en zo rijk uitge
geven werk het licht ziet. Natuurlijk zijn het Hen
drick de Keyser, Artus Quellinius en Rombout
Verhulst die een grote plaats in dit boek innemen,
maar daarnaast zijn het ook Lieven de Key, Gerg.
Cool, Francesco Dieussart, Gillis Huppe, de zonen
van H. de Keyser, Bach Eggers én tal van minder
bekende beeldhouwers, wier werk besproken wordt.
De schrijfster beperkte zich niet tot beelden, maar
nam zoveel mogelijk belangwekkende reliefs, gevel
stenen en grafzerken in haar bespreking op.
De wijze waarop zij haar omvangrijke taak op zo
schaars betreden terrein heeft opgevat, is voorbeelr
dig te noemen. Het boek bevat 210 illustraties en
een uitvoerig register. Voor een ieder, die de
schoonheid van ons land na staat een begeerlijk be
zit.
Folklore van de Joden door K. ter Laan, Uitg. Engel
hard, Van Embden Co Amsterdam, 1949, 271
blz.
Een aantal afzonderlijke verhalen en korte gege
vens, maar zo fascinerend wonderlijk van toon en
nobel van gedachten, dat zij zich als één boeiend
verhaal laten lezen en herlezen, een diepe indruk
nalatend van het fantasierijke, gevoelige gedach-
tenleven van het Joodse volk.
AmsterdamParadijs der Herinnering door Jan Mens,
Uitgave Kosmos Amsterdam 1947, 237 blz.
De romanschrijver Jan Mens heeft op een gezellig
vertellende wijze de historie van Amsterdam neer
geschreven. Hij noemt het zelf een naïef boek en dat
is het. De historicus zal er aan voorbij gaan, maar
hij dié er wel eens wat van weten wil en al die an
deren, die er al wat van weten en allicht meer wil
len lezen van hun goede stad Amsterdam, zullen
het met genoegen lezen, want het is geschreven door
één wiens hart vol is van onze schone hoofdstad en
zijn pen levert daar de zeer leesbare getuigenis van.
T.K.
De Rijksdienst voor de Monumentenzorg vraagt
ter completering enkele ontbrekende nummers van
ons orgaan. Helaas zijnde gevraagde nummers niet
.meer bij het secretariaat voorradig. Wanneer er
onder onze lezers iemand mocht zijn, die deze
nummers in zijn bezit heeft en hiervan afstand
zou willen doen, dan verzoeken wij hem/haar
beleefd zich met ons in verbinding te willen stellen.
De gevraagde nummers zijn: De gehele ie jaar
gang en van de ge jaargang nr. 1.
47
Als de schuit lek raakt
foto B.S.