de Burcht te Leiden of de burcht te Oos.tvoorne: een hoge heuvel, bekroond door een kasteei. Wie het huis Bergh bekijkt of het kasteel Waarden burg, krijgt niet bepaald de indruk van een sterkte op een heuvel. De muren staan met hun voet in het grachtwater. Wel ligt het burchtplein vrij_ hoog boven de omgeving, maar men ontkomt niet aan de indruk, dat dit meer te maken heeft met de ge vreesde hoge waterstanden, dan met een eis van verdedigbaarheid. Misschien zou de oorspronke lijke tufstenen toren van Bergh als een donjon op een heuvel gezien kunnen worden, maar het feit blijft, dat het niveau van de voorburcht geen aan merkelijk verschil met het binnenplein van het hoofdgebouw vertoont. En dit juist is bij de zuivere vertegenwoordigers van het type wel zeer opval lend. De Nijenbeek onder Voorst treedt in het artikel van Van Nispen op als vertegenwoordiger van de grote groep alleenstaande torens op vierkant of rechthoekig grond plan. Ik vraag mij echter af, of het wel zo zeker is, dat de Nijenbeek oorspronkelijk als alleenstaande toren gebouwd is. Genoeg hiervan. De schrijver heeft het niet gemakkelijk gehad en men moet zijn geschrift meer beschou wen als een verkenning, dan als een doorwrocht wetenschappelijk betoog. Het is te begrijpen, dat hij aan het eind van zijn beschou wing moet bekennen, dat er wei nig typisch Gelders valt aan te wijzen. Slechts enkele onderge schikte details kunnen misschien als zodanig fungeren. De volgende bijdrage is van de hand van de heer J. H. van Heek en houdt zich met de Doornen burg bezig. Het eerste deel, ge schreven in 1942, behandelt de Doornenburg na de ingrijpende restauraties. Een geschiedkundige inleiding geeft verschillende bij zonderheden. Ik releveer de me ning van de schrijver, dat de voorburcht eerder dan de hoofd burcht ontstaan is, omdat die aan de Linge werd gesticht. Dit is natuurlijk niet uitgesloten; een archeologisch onderzoek zou wel licht uitsluitsel over de kwestie kunnen geven. Maar met die Linge moeten we wel heel voorzichtig zijn. De heer Van Heek kon toen hij zijn bijdrage schreef nog niet weten, dat het oostelijke deel van de Linge eerst in de Middeleeuwen gegraven is, en waarschijnlijk tamelijk laat. Deze wetenschap is het verrassende resultaat van een recent onderzoek der streek vanwege de Stichting voor Bodemkarte- ring. Ook hier moet ik weer waarschuwen tegen het trek ken van vergelijkingen. Schrijver vergelijkt het oudste stadium van de Doornenburg een recht hoekig gebouw met daarvoor gelegen ommuurde binnenplaats met het huis Ophemert. Het is ech ter wel zeer de vraag of Ophemert oorspronkelijk deze vorm heeft gehad. Nader onderzoek zou wel eens kunnen uitwijzen, dat de ommuring van het voorplein die nu niet boven borsthoogte uit- 20 Het Kasteel Doornenburgh voor 14 Maart 1945 Foto George Flipse

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1949 | | pagina 6