TON KOOT
OP HEEMWACHT
Het verheugt het Dagelijks Bestuur zeer, temogen
mededelen, dat het namens H.M. Koningin
Juliana een schrijven heeft ontvangen, waaruit
blijkt, dat Hare Majesteit gaarne bereid is, het
Beschermvrouwschap van de Bond Heemschut te
aanvaarden, nu hare Koninklijke Hoogheid Prin
ses Wilhelmina de wens te: kennen heeft gegeven
zich als zodanig terug te trekken.
Het Bestuur brengt in herinnering, hoe in 1914,
driejaren na de oprichting van onze Bond, H. M.
Koningin Wilhelmina het Beschermvrouwschap
reeds aanvaardde. Dat thans ook Haar dochter,als
onze Landsvrouwe, bereid is gebleken de Bond
onder Haar hoge bescherming te nemen, stemt tot
diepe erkentelijkheid en sterkt ongetwijfeld allen
die zich onder onze vaan schaarden in de moed
om de strijd voor het behoud van de schoonheid
van Nederland onvermoeid voort te zetten.
Wat zou de binnenstad van Amsterdam aan
schoonheid kunnen winnen, wanneer door over
heid en particulieren met hart en hoofd gewerkt
werd om schennis en sloping te voorkomen en
noodzakelijke restauraties of moderniseringen vol
komen verantwoord te doen zijn. Daarmee zij be
doeld, dat het accent niet uitsluitend op de econo
mische zijde van het probleem wordt gelegd, maar
ook de culturele zijde in het geding wordt gebracht.
Voorlopig zij dan nog even buiten beschouwing ge
laten wat er gedaan zou kunnen worden aan de
reeds te vele niet verantwoorde bebouwingen en
verbouwingen, zoals die nu de stadskern ontsieren.
Teneinde te mogen vernemen wat terzake het
standpunt van de Dienst der Publieke Werken van
Amsterdam was en in het bijzonder van het ge
meentelijk bureau voor de monumentenzorg (het
welk in oorlogstijd zulk goed werk deed, maar
waarvan wij sindsdien niet veel meer vernamen)
had het Dagelijks Bestuur de wnd. Stadsarchitect,
hoofd van het voornoemde bureau uitgenodigd,
over zijn werk ter bescherming van het oude stads-
schoon iets te komen vertellen.
Een verslag van diens inleiding treft men in dit
nummer aan. De lezing was voor oplettende toe
hoorders, die meer begrijpen kunnen dan alleen de
gesproken woorden zeggen, uitermate leerzaam.
Begrijpelijk voor deze tijd was de samenvatting van
de talloze moeilijkheden die de zorg voor de monu
menten in de weg worden gelegd, zoals het ontbre
ken van een goed hanteerbare en duidelijke wetge
ving om maar niet te spreken over de ernstige be
zuiniging, 'waardoor het van Rijkswege beschik
baar gestélde bedrag aan subsidie tot een derde
van dat van 1948 is teruggebracht.
Teleurstellend was het wel, dat geen door geest
drift gedragen opsomming van de mogelijkheden
kon worden gegeven. Wij zijn zo optimistisch om:
te geloven, dat zelfs met beperkte middelen, maar
met bezielde overtuigingskracht toch nog heel veel
te bereiken ware. Moge in de toekomst blijken, dat!
die op de desbetreffende bureaux wel aanwezig is,
zij het dan verdrukt achter de ontegenzeggelijk vele
moeilijkheden, die het verantwoorde bouwen en,
verbouwen in de binnenstad van een der schoonste
steden ter wereld blijken in de weg te staan. De
hand geboden door Ir Leupen, onder verzekering,
dat de samenwerking met en de redelijke kritiek
van de erkende verenigingen, die zich óp dit ter
rein bewegen, gaarne aanvaard worden, heeft on
zerzijds oprechte voldoening gewekt en geeft ver
trouwen voor de mogelijkheden.
Op het eiland Rozenburg, om precies te zijn in het
oude Blankenburg, staat een toren te verwaarlozen.
Op zichzelf is dat niets bijzonders evenmin is het
bijzonder, dat de Bond Heemschut zich daarover
bezorgd maakt. In dit geval echter betreft het een
kerktoren, welke niet op de monumentenlijst voor
komt en zelfs niet mooi is en dat maakt het wel
bijzonder.
De toren staat alleen in de oude, voormalige, dorps
kern, de kerk is al afgebroken, een nieuwe kerk is
verderop gebouwd, waar de nieuwe concentratie
van de bevolking zich bevindt. In de gemeente
raad, werd herstel van de oude toren voorgesteld,,
kosten 1000.-. De raad die het nut van dit be
houd niet en van zijn duizend gulden wel inzag,
stemde dit voorstel af met 61 stemmen. Dit gaf
de burgemeester aanleiding het besluit ter vernieti
ging aan de Kroon voor te dragen. Dit had
2
