62 neming van het ledental. De laatste "bladzijden van dit nummer leveren er het bewijs van. Zoo reiken dé belangen elkaar de hand. Gedurende vele jaren werden de werkzaamheden voor den Bond Heemschut ver richt door den Bestuurssecretaris met als eenige hulp een kantoormeisje. Hierin is nu verbetering gekomen. De Heer J. P. BOSMAN is thans Administrateur met een kantoormeisje tot hulp, zoodat de laatste het eenvoudige administratieve werk kan doen en de Heer BOSMAN zich meer aan de Heemschutserie zal kunnen geven, want dit vereischt veel werk. Voor elk der deelen is men aangewezen op deschaarsche vakmenschen op dit gebied, van wien niet steeds verwacht kan worden, dat hun manuséript litterair verzorgd is, of die niet steeds bij machte zijn het benoodigde illustratiemateriaal te verwerven. Slechts uit de samenwerking van den auteur, den uitgever en den Bond Heemschut als redactie kunnen een_ goede Heemschutserie en Heemschutbibliotheek groeien. Thans iets over de loopende werkzaamheden. De aloudeHeemschutvraagstukken herleven. Te Edam zijn planneri om een kippenhoudersbedrijf uit Bergen aan Zee over te plaatsen, hetgeen voor het stille stadje welkom zal zijn. Daarvoor is echter een verkeerde plek gekozen aan den toegang van de stad uit 't Zuiden, van Amsterdam komende,' juist waar men thans een wijd uitzicht heeft over de weilanden met op den achtergrond het silhouet van Volendam. Te Hattem komt het uit breidingsplan weder in de belangstelling. Dit is te groot, zoodat op terrein, dat daarvoor niet geschikt is, industriegebouwen zullen komen. Wat echter het belangrijkste is, zal zijn het omvangrijke werk, dat de Bond Heem schut zal dienen aan te pakken, al datgene wat verband houdt met; de vele ver woestingen welke ten gevolge van den oorlog in Nederland hebben plaats gehad, aan de steden, de dorpen en' aan het landschap, Het juiste richtsnoer daarvoor is nog niet gevonden. De Bond Heemschut is steeds raadgevend opgetreden. Het Bureau van *den Wederopbouw is reeds krachtdadig bezig, door in tal van ver woeste steden architecten aan te wijzen om het stadsplan te herzien en leiding te te geven bij den wederopbouw. In welken zin is reeds te zien in de steden die in 1940 geschonden werden, voornamelijk Wageningen en Rhenen. Ook de Provin ciale schoonheidscommissiën zullen nuttig werk kunnen doen. Dit kan, bij het vele dat te doen valt, echter niet afdoend zijn. De vraagstukken zullen zich vanzelf ont plooien. In de bestuursvergaderingen werd reeds de wenschelijkheid besproken naast den Administrateur een aesthetisch gevormde technische kracht in dienst te nemen om in dorp en landschap na bezoek ter plaatse advies te geven. Is deze organisatie tot stand gebracht, dan zal de bestuurssecretaris ontheven kunnen worden van werkzaamheden, welke vele jaren door hem verricht werden en zal het tevens niet meer noodig zijn, dat de opvolger, wanneer dit aan de orde zal zijn, een architect moet zijn. Bij beschadigde monumenten doet zich veelvuldig het vraagstuk voor, dat de her stelling van de oorlogsschade niet, zal kunnen zijn het in den vorigen toestand terugbrengen, doch dat de beschadiging en herstelling tevens de restauratie zal dienen te omvatten. Dit onderwerp is bij het Rijksbureau voor de Monumenten zorg in veilige handen. Daar zal men de handen vol krijgen," want alleen aan oude kerkgebouwen zijn er eenige honderden, welke min of meer beschadigd zijn. De taak van den Bond Heemschut zal zijn om in samenwerking met de overheids- colleges goed werk te verrichten, of de verschillende instellingen te doen samen werken, van Monumentenzorg, Wederopbouw, Streekplannendiensten en Provinciale Schoonheidscommissiën, zoo wel wat betreft de bebouwde plekken als het open landschap. Met blijmoedigheid gaat het Bestuur van den Bond Heemschut den. nieuwen tijd tegemoet. De bestuursleden "zijn vele jaren en gedurende den ooslog op hun post gebleven. Thans is de tijd aangebroken dat de oudsten geleidelijk hun plaats zullen vrijmaken voor jongere bëstuursleden. Ook voor de Commissie „De Weg in het Landschap" en de Commissie „Stad en Dorp" ligt een onafzienbaar arbeidsveld gereed. De secretaris A. A. KOK. I

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1944 | | pagina 3