HET OUDEZIJDS HUISZITTENHUIS IN EERE HERSTELD 39 Op 1 April 1943 werd met eenige plechtigheid het voormalige Oudezijds Huiszit- tenhuis, later bekend als het Arsenaal, aan het Waterlooplein te Amsterdam, in gebruik genomen als kantoor van het Gemeentelijk Waterleidingbedrijf, afd. Nieu we Werken. Daar de geschiedenis van dit gebouw belangwekkend is uit het oog punt van monumentenbescherming, loont het de moeite er hier iets over mede te deelen. De niet in gestichten ondergebrachte armlastigen, de huiszittende armen, genoten vroeger geregeld steun in natura, vooral in den vorm van brood, boter en turf. Ter vervanging van een andere opslagplaats lieten de Huiszittenmeesters in 1605 vier groote pakhuizen bouwen aan de toenmalige Leprozengracht, ook wel Hout gracht geheeten, of Turfgracht naar deze turfpakhuizen. Het gebouw w'erd in typisch Amsterdamschen bouwstijl opgetrokken, met natuur- steenen banden in den gevel en natuursteenen blokken, sommige met leeuwenmas kers boven vensters en deuren. Als-in alle Amsterdamsche pakhuizen kwamen er groote deuren en luiken in met smalle vensters er naast. De twee middelste kre gen tezamen één gevelveld, met op de horizontale beëindiging een (thans verdwe nen) balustrade ter versiering. Ook nu is nog te zien- dat er geen kosten werden gespaard om een hecht en imposant, maar ook architectonisch goed verzorgd ge heel te verkrijgen. De achtergevels aan de Amstelstraat werden even rijk versierd als de voorgevels. In 1655 werd naast de pakhuizen een nieuw gebouw geplaatst, waar de brood- en boteruitdeelingen konden plaats vinden, die tot dat tijdstip in de Oude Kerk ge schiedden. Het bevatte tevens een mooie regentenzaal en eenige administratieloka len. Dit gebouw werd uit ruime beurs opgetrokken. De gevel is betrekkelijk een voudig; naast de speelsche renaissance van de pakhuizen met hun punt- of tuit- gevels kwam een lijstgevel, waarop een klassiek fronton, volgens den wat beza- digden smaak van dien tijd. De hooge stoep en goede vensterindeeling gaven het geheel- een voornaam cachet. De plattegrond is van een regelmatige monumentaliteit, zooals de degelijke bouw kundige opvattingen die eischten. De regentenzaal werd getooid met een schouw en plafondschilderingen. Het voorhuis werd eveneens met plafond- en muurschilde ringen verfraaid. Bovendien werden schilderijen van bekende meesters opgehangen, waarop de uitdeelingen en de deftige regentencolleges verbeeld waren. Voor de uitdeelingen werden de achtervertrekken bestemd en in het onderstuk kwam een woning voor den „binnenvader". Om den bedeelden het wachten te veraangenamen werd rondom den tuin een gesloten galerij aangebracht, welke betreden kon worden uit de Amstelstraat, waar de klassieke poort nog aanwezig is. De aanwezige stookplaatsen doen vermoeden dat de galerij 's winters zelfs ver warmd werd, zoodat men niet alleen" tegen wind en regen maar ook tegen koude beschermd werd. In onzen distributietijd, welke ieder uren in de rij doet staan, begrijpen we eens zoo goed als vroeger de waarde hiervan. De tuin werd naar den smaak van den tijd aangelegd en door de vensters van de galerij, waarin regentenwapens waren aangebracht, had men zelfs het gezicht op

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1943 | | pagina 5