HEEMSCHUT
67
LANDSCHAPPELIJKE-ZORG BIJ TECHNISCHE EN
CULTUURTECHNISCHE WERKEN
Het valt niet te ontkennen, dat de bewuste, deskundige zorg voor het landschap
bij al die werken van technischen en cultuurtechnischen aard, die invloed oefenen
op het landschapsbeeld, in de laatste- halve eeuw het eerst en het sterkst tot uiting
is gekomen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerikahet woord en het begrip
landschap-architect en landschap-architectuur zijn dan ook van daar afkomstig.
Daar is het ook geweest, dat door het vóórgaan van enkele landschaparchitecten
van groot formaat als OLMSTED Sr. en JR., GEORGE ELIOT, JOHN NOLEN, e.a.,
de landschaparchitectuur reeds zeer vroeg een groote, dat beteekent de haar toe
komende, plaats heeft kunnen innemen ook in den stedebouw, een plaats, die zij
in ons land nog steeds niet in voldoende mate heeft kunnen veroveren.
Deze groote plaats in de Amerikaansche samenleving is, behalve aan verschillende
prominente figuren, tevens daaraan te danken, dat aldaar aan het onderwijs in de
landschaparchitectuur reeds lang veel aandacht en zorg zijn besteed, niet alleen
door het Middelbare, doch ook door het Hoogere onderwijs: op vele der Améri-
kaansche universiteiten wordt de landschaparchitectuur gedoceerd, ik wijs hier b.v.
op de beroemde Harvard University, alwaar de vakken architectuur, stedebouw
en landschaparchitectuur tot één faculteit zijn vereenigd. -Het spreekt vanzelf,
dat landschaparchitecten van een dergelijke breede algemeene ontwikkeling, wanneer
daarmede een natuurlijke kunstzinnige aanleg gepaard gaat, met reden hun recht
matig aandeel kunnen opeischen bij het ontwerpen en bij de uitvoering van al diè
verschillende werken, die invloed hebben op de vorming of de hervorming van
het landschapsbeeld, en waarbij dus hun deskundige medewerking zelfs niet zonder
schade gemist kan worden.
Dit begrip nu van de noodzakelijkheid van de medewerking van den landschaps-
deskundige heeft zich op- voorbeeld van Amerika den laatsten tijd ook in steeds
groeiende mate in verschillende Europeesche landen- ontwikkeld, waarmede ik,
behalve ons eigen land, (men denke aan den Rijkswaterstaat en verschillende
Provinciale Waterstaten), verder in de eerste plaats Duitschland wil noemen.
Het is naar ik aanneem bekend, dat de zorg voor het landschap in Duitschland
reeds vele jaren den steun van de Lands-Overheid geniet; minder bekend is het
wellicht, dat daar ook in de kringen der technici de noodzakelijkheid niet slechts
van aandachtige zorg voor het landschap, doch ook van de daartoe onontbeerlijke
samenwerking met de landschapsdeskundigen: de landschaparchitecten, steeds meer
tot uiting komt. Als sprekend en leerzaam voorbeeld wil ik aanhalen een artikel
uit het tijdschrift „Deutsche Wasserwirtschaft"„Vorlaufige Richtlinien für die
Landschaftsgestaltung innerhalb der Reichswasserstrassenverwaltung", waarvan iri
„De Ingenieur" van 25 October j.1. een verslag wordt verstrekt, en waarvan het
mij nuttig lijkt hier den hoofdinhoud weer te geven.
Het artikel begint te vermelden, dat het voorbeeld van de zorg voor het landschap
bij technische werken in Duitschland is uitgegaan van den Dienst voor de Rijks-