HEEMSCHUT
63
goed bewoond en gemeubileerd is, vormt het geheel een kostelijk bezit voor de
Vereeniging en een fraai stuk studiemateriaal voor interieurkunst.
Het huis In de Steencotse aan de Dwarskaai is zwaar getroffen. Het is ledig
gebrand. Er bleef alleen van over de achtergevel en het onderste gedeelte van
den voorgevel. Verder niets dan de overwelfde kelder. Bijna twintig jaar geleden
werd dit huis van de Gemeente Middelburg ten geschenke ontvangen. Het werd
toen gerestaureerd waarbij zorg en geld niet gespaard werden. Daarna werd het
gehuurd door een kunstlievend bewoner die de prachtigste antiquiteiten in het huis
bracht. Het huis, de gevel, de binnenhof, het geheele inwendige was een beziens
waardigheid voor landgenoot en vreemdeling. Dat is nu alles weg. Huis en meubilair.
De bewoner die wij ontmoetten bezat niets meer dan de kleeren die hij aan had.
Toch kan, met goeden wil en geld, de Steenrots herbouwd worden. Tal 'van
fragmenten van den gevel zijn bewaard gebleven en uit het puin te voorschijn
gehaald. Deze natuursteenen onderdeden zijn beschadigd door vallen, niet door
vuur. Wel is door vuur verpulverd een deel van de overgebleven pui, doch die
werd 20 jaar geleden goeddeels vernieuwd. Achter het huis werd indertijd, toen
de restauratie gereed was, een keukentje bijgebouwd dat door een misverstand in
machinalen steen werd gemaakt en leelijk werd. Het noodlot heeft gewild dat dit
aanbouwtje netjes bewaard is gebleven, een goede keet bij den wederopbouw om
daarna te verdwijnen.
Het huis In de Steenrotse dateerde van 1590. Dat stond boven in den gevel. Het
huis werd gebouwd voor en door ANDRIES DE VALCKENAERE, een steenhouwer
die wegens geloofsovertuiging van Antwerpen naar Middelburg kwam. Dit verklaart
het eenige voorbeeld van een Vlaamschen gevel in Zeeland en Nederland. Een
rij van vijf reliefs die gespaard zijn gebleven stelt het steenhouwersambacht
voor van de steengroeve tot het wegbrengen der gereede steenblokken. Drie
reliefs daarboven die nu in brokken liggen stellen het verhaal voor uit
EXODUS, waar MOZES het water uit de Steenrots doet vloeien. Boven in den
gevel waren twee medaillons, van JULIUS CAESAR en OCTAVIANUS AUGUSTUS.
Ze liggen nu in stukken gebroken tusschen het puin.
Het huis de Gulden Sonne stond aan de Lange Delft tusschen het hotel Verseput
en de Bibliotheek. De voorgevel was in vroegeren tijd eenigermate gerestaureerd
en het huis was sedert eenige jaren eigendom van de Vereeniging Hendrick de Keyser.
De gevel was een merkwaardig staal van de renaissancekunst in de Nederlanden.
De vormen deden sterk denken aan de voorbeeldenboeken van VREDEMAN DE
VRIES, die in het eind der 16e eeuw van invloed waren op de bouwkunst. De
gevel was gedateerd 1635. Men zou hem 50 jaar vroeger willen schatten. Van
dit huis is niets over. Het hardsteenen plint van de winkelpui en een puinhoop,
verder niet. De plek was in de woestenij terug te vinden door fragmenten van
den gevel, stukken pilaster, cartouches, basementen, lijststukken. Op het eerste
gezicht zegt men: deze. gevel is verloren. Doch bij bezien van de foto van vroeger
komt de gedachte dat de gevel grootendeels van natuursteen was, van besten zand
steen die heel wat hebben kan, dat er niets weg kan zijn en dat gebroken stukken
tegen elkaar gemetseld kunnen worden, kortom dat het mogelijk moet zijn dezen