HEEMSCHUT
63
zustervereenigingen ook in het afgeloopen jaar ons aller streven bevorderd heeft.
Op initiatief van den Bond van Nederlandsche Architecten en in overleg met ons
Bestuur werd eene Commissie ingesteld die in opdracht heeft te onderzoeken in
hoeverre aan de werkloosheid onder jeugdige afgestudeerde bouwkundige teekenaars
en architecten eenigermate zou zijn tegemoet te komen door hen opdrachten te
verstrekken voor het doen van opmetingen en in teekening brengen van oude
boerderijen en landelijke bedrijven. Bij dit plan heeft de bedoeling voorgezeten in
boek- of anderen vorm de structuur en indeeling dier gebouwen nauwkeurig vast
te leggen èn als historisch document èn als bron van kennis voor nieuwen bouw,
welke, bij veranderingen in het landbouwbedrijf vaak anders zal moeten zijn, maar
waarvan men toch hoopt dat de goede beginselen uit den verleden tijd daarin
zullen teruggevonden worden.
Ook aan de Nederlandsche Natuurhistorische Vereeniging heeft onze Bond tezamen
met den A.N.W.B. en de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten steun
toegezegd in de actie welke zij op touw wil zetten tegen verontreiniging in de
natuur. De Vereeniging meent dat, hoezeer te waardeeren is wat de Toeristenbond
in dat opzicht reeds sedert jaren heeft gedaan, de tijd gekomen is om in een breed
opgezette propagandavergadering, waarvoor in de eerste plaats onderwijzers en
opvoeders zullen worden uitgenoodigd, de aandacht van het groote publiek te
vestigen op het bij voortduring toenemende euvel van verontreiniging van bosschen,
parken en andere recreatieoorden. Men vertrouwt middelen daartegen te kunnen
vinden welke meer kans op succes bieden dan de tot nu toe gebezigde aanmaningen,
welke hoe geestig gevonden blijkbaar niet tot het gemoed doordringen.
Langs deze en velerhand wegen moet aan de jeugd de liefde voor het schoone in
de natuur en kunst worden bijgebracht. De Commissie voor Heemkunde, vroeger
genaamd Commissie tot bevordering der Heemschutgedachte onder de Jeugd, doet
dit op hare wijze. Zij doet dit door het organiseeren van kleine Heemschuttentoon
stellingen, het laatst eene te Haarlem in de maand Januari van dit jaar in het
Frans Halsmuseum. Ook onzerzijds is voor een inzending zorggedragen. Professor
VAN POELJE, Voorzitter der Commissie hield de openingsrede. De tentoonstelling
werd naar haar bedoeling in het bijzonder door een groot aantal leerlingen onder
leiding hunner onderwijzers bezocht. Indien de flnancieele middelen het toelaten,
zullen voor en na in alle provinciën dergelijke tentoonstellingen georganiseerd
worden. Wij hopen dat de heer AüOLF, secretaris der Commissie en de heer
CLEIJNDERT die zich zoo bijzonder veel moeite voor dit werk getroosten voldoe
ning van hun werk hebben!
Tentoonstellingen en propagandavergaderingen het zijn voorwaar schoone dingen.
Maar hoeveel sneller zou de Heemschutgedachte gemeengoed van het opgroeiende
geslacht worden indien de Overheid het daarheen zou leiden dat op de andere
lesuren wekelijks een half uurtje werd uitgespaard teneinde de leerlingen op bevat
telijke en pakkende wijze over natuur en natuurbescherming te onderhouden.
Voor ons eigen werk zijn de jaarlijksche Vergadering en het Maandblad de voor
naamste propagandamiddelen. Het Orgaan is een onmisbare band tusschen bestuur