62 HEEMSCHUT in de 16e eeuw zich hebben gebouwd, worden nog vele in goeden staat aangetroffen. Dit is waarschijnlijk mede daaraan te danken dat Hoorn, ook nadat de stad sedert het begin der 18e eeuw als internationale haven en handelsplaats door den ongunst der tijden, welke trouwens ook elders in het land ondervonden werd zeer sterk was achteruit gegaan, toch altijd een belangrijke markt is gebleven voor de producten van landbouw en veeteelt uit de haar omringende dorpen, welke reeds welvarend waren toen begin 1300 de eerste huizen van wat later Hoorn zou zijn, gebouwd werden. Om dezelfde reden bleef Hoorn een onmisbaar centrum voor den lokalen handel. Daarbij mag niet vergeten worden dat op den Hoornaar VoNDEL's woord met een kleine wijziging van toepassing was: „de liefde voor zijn stad is elk aangeboren", zoodat in tijden waar zoo vaak elders het oude werd verwaarloosd, veel van wat in den bloeitijd was gebouwd in Hoorn werd gerestaureerd en in stand gehouden. En als ge dan straks onder leiding van Bestuursleden van de in dit opzicht zeer verdienstelijke Vereeniging „Oud Hoorn" deze oude en toch zonnige stad zult gaan bekijken en bewonderen, zult gij naar wij hopen Uw Bestuur geen verwijt maken dat het U voor de Jaarvergadering een eenigszins-verre reis heeft doen ondernemen. Uit hetgeen vooraf gaat zal U duidelijk zijn, dat het voorgenomen bezoek aan Hoorn in geenen deele Uw Bestuur geïnspireerd heeft tot het onderwerp, waarover een tweetal sprekers, Mr. F. VAN LANSCHOT en de Heer KOK het woord tot U zullen richten. Juist omdat wij allen straks bij den rondgang zullen kunnen zien, dat geregeld onderhoud, zij 't wat minder in slechte tijden, een stad haar steden bouwkundig aanzien kan doen behouden, is het nuttig ons er eens goed rekenschap van te geven tot welke funeste gevolgen gestadige verwaarloozing en verslonzing consequent moet leiden. Dit geldt zoowel voor huizen als voor grachten, voor poorten als voor gedenkteekenen, voor meubels en schilderijen, ja eigenlijk voor dat kleine fraaie goed, dat in tallooze huizen en volstrekt niet alleen van de welvarenden te vinden is, dat dateert uit den tijd toen aan elk voorwerp van gebruik en versiering de liefde voor het handwerk zichtbaar was. Mogen de beide, bij uitstek deskundige inleiders van dit onderwerp, zoo overtuigend tot U spreken, dat ge na thuiskomst Uw eigen geweten aan een ernstig onderzoek gaat onderwerpen! De Bossche Burgemeester, Voorzitter van de Commissie „de Weg in het Landschap" heeft ten deze reeds zijn sporen verdiend, doordat hij reeds eenige jaren onvermoeid in alle hoeken van Nederland voordrachten houdt over den weg en wat daarmede in verband staat. Indien onze Leden en Donateurs geregeld het Orgaan van den Bond Heemschut lezen en dat mag de Redacteur toch wel van hen verwachten -zijn ze vanzelf eenigermate op de hoogte van de belangrijkste onderwerpen waaraan het Algemeen- en Dagelijksch Bestuur in 1937 hunne aandacht hebben gewijd. En daar het verslag van den Secretaris daarover in bijzonderheden zal treden, moge ik volstaan met op slechts enkele punten het licht te doen vallen. In de eerste plaats kan dan en met voldoening vastgesteld worden dat het systeem van samenwerking en arbeidsverdeeling tusschen den Bond Heemschut en de

Periodieken van Erfgoed Vereniging Heemschut

Heemschut - Tijdschrift 1924-2022 | 1938 | | pagina 2