'42
HEEMSCHUT
den Bond Heemschut in breede trekken verhaald en zijn recht, ja de noodzaak
van zijn bestaan aangetoond, zijn langdurigen strijd tegen onkunde en gebrek aan
kunstzin, zijn overwinning in groeiende samenwerking met de toen reeds bestaande
en later opgerichte vereenigingen en commissies, welke een gelijk doel nastreven,
In een schoone peroratie liet hij op fijnzinnige wijze het licht vallen op de ideëele
doeleinden door Heemschut nagestreefd daarbijden nadruk leggende dat ons
werk een bij uitstek nationaal werk is. Een langdurig applaus bewees ten volle
hoezeer zijn enthusiaste rede allen had meegesleept. Een boottocht door de grachten
van Amsterdam oud en nieuw gaf gelegenheid deze prachtige stad in haar schoonste
te bewonderen. Met een druk bezochte receptie in het Amstelhotel werd de een
voudige herdenking van het 25-jarig jubileum besloten.
Ook in het achter ons liggende jaar zijn wij voortgegaan de behandeling der
grootere vraagstukken op te dragen aan die Vereenigingen of Commissies welke
voor een bepaald doel zijn ingesteld; dus doende decentraliseeren wij het toch
reeds wat vele werk dat anders door den Bond zou moeten geschieden en allicht
niet voldoende zou kunnen worden aangepakt; ook wordt de kans om bij de
autoriteiten een gewillig oor te vinden vergroot indien bezwaren door speciaal
deskundigen worden voorgedragen. Wij denken hier in'<de eerste plaats aan de
dë Commissie „De Weg in het Landschap", welke zich onder voortreffelijke
leiding van Mr. F. VAN LANSCHOT en de groote 'activiteit van den Secretaris,
den heer CLEIjNDERT,* het behoud van de schoonheid van den weg zelf en van
de schoonheid van het aangrenzende landschap in vollen omvang tot taak heeft
gesteld. Hierbij zij tevens een woord van waardeering en hulde toegevoegd aan
het lid der Commissie, den heer OVERDIJKINK die met zijne brochure „De Weg
in 'het Landschap", sprekende door de foto's, een machtig propagandamiddel aan
de Commissie verschafte. Haar jaarverslag dat straks zal worden uitgebracht zal
van» haar pogen en vaak slagen getuigen.
De Stichting „Menno van Coehoorn", aan welke de historie en het schoon van
oude vestingen ter harte gaat, slaagde erin de plannen om de wallen van de oude
vesting Retranchement af te graven voorloopig te doen opschorten. Zij doet thans
pogingen een oud stuk vestingwerk te Terneuzen,' dat gevaar loopt, te behouden.
Waar de kwesties van meer algemeenen aard waren en veelzijdiger druk gewenscht
scheen, zochten wij samenwerking met zustervereenigingen. Zoo mochten wij
tezamen- met het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap en het Genootschap
„Amstelodamum" een actie voeren tegen het aanbrengen van ijzeren ramen in het
Paleis op den Dam. Mocht die actie zelve al niet slagen, bereikt werd toch dat
het vraagstuk der moderne techniek in oude bouwwerken in eene vergadering van
den Oudheidkundigen Bond aan de orde werd gesteld.
De jarenlange strijd tegen de lintbebouwing, welke zijn culminatiepunt vond in
de groote vergadering van November 1935, welke onder leiding van den heer
BERGSMA in samenwerking met A.N.W.B. en de Ver. Het Nederl. Wegencongres
gehouden werd, heeft dan toch vruchten- gedragen want nog pas kort geleden
heeft de Volksvertegenwoordiging een wet op de lintbebouwing aangenomen.